Naar het Museum van de Nationale Bank van België

Patrick Jordens
© Brussel Deze Week
06/02/2010
Elke maand gaan we naar een klein, minder bekend museum van Brussel. Dit week: het Museum van de Nationale Bank aan de beurt. Samen met de vierdeklassers van een schooltje uit Krokegem (bij Asse) zagen we veel soorten geld en kwamen we te weten waar geld vandaan komt.

"De Nationale Bank is zowat de baas van alle banken," vertelt onze jonge gids Maarten bij het begin van ons bezoek. "Maar er is nog iets speciaals aan deze bank: hier wordt ook geld gedrukt. We hebben als enige bank een drukkerij waar de biljetten van de pers rollen." Die drukkerij kunnen we jammer genoeg niet bezoeken (lees: overvallen).

Maarten brengt ons eerst naar een zaal waar heel veel oude munten te zien zijn, maar ook allerlei andere voorwerpen, zoals gigantisch grote ronde stenen met een gat erin, zout, juwelen, of schelpjes. "Vroeger deden de mensen vooral aan ruilhandel. Dat betekent dat ze om het even welk voorwerp voor iets anders ruilden, bijvoorbeeld een koe voor tien vissen. Na een tijdje 'betaalde' men alleen nog met objecten waarvan iedereen vond dat ze veel waard waren. Met deze zoutstaven bijvoorbeeld! Maar... weten jullie waarom zout zo kostbaar was?" vraagt Maarten.

"Omdat ze dat aan de andere kant van de wereld moesten gaan halen?" probeert een van de jongens. "Nee, toch niet," zegt Maarten. "Vroeger waren er nog geen diepvriezers. En daarom hadden de mensen veel zout nodig, want als je vlees en vis in zout legt, blijft het langer vers. Zout was dus een soort ijskast toen. In Rome werden alle officieren ermee betaald. Dat het gedurende lange tijd een belangrijk betaalmiddel was, hoor je nog in een woord als salaris, wat 'loon' betekent. Salaris komt van het Latijnse woord sal (of sel in het Frans), wat 'zout' betekent.

Zilveren uilen
Geleidelijk aan ging men meer en meer met metaal betalen, omdat het een kostbaar en herkenbaar goed was, en ook makkelijk mee te nemen. In een van de vitrinekasten kunnen de leerlingen onder een vergrootglas een van de allereerste (en een van de kleinste) muntjes ter wereld bewonderen. "Het is gemaakt in de zevende eeuw voor Christus, dus het is ongeveer 2.600 jaar oud," weet Maarten te zeggen.

"Op die eerste munten stonden vaak dieren afgebeeld." Maarten haalt een munt boven waarop een uil met uitpuilende ogen prijkt. "Dit muntje is afkomstig uit het Griekse rijk. Er staat een uil op omdat die toen het symbool was van de hoofdstad Athene. Op het Griekse muntstuk van één euro van vandaag kun je diezelfde uil zien, als herinnering aan een van de alleroudste centen." De kinderen kijken hun ogen uit, een beetje als die Griekse uil eigenlijk.

Wankele tafel
In 2002 werd onze Belgische frank vervangen door de euromunt, en in een van de vele andere kasten zien we hele rijtjes euro's blinken. Elk rijtje stemt overeen met een van de zestien landen van de Europese Unie waar men nu met euro's betaalt. "Ik weet hoe je kan zien welke euro uit welk land komt," roept Matthias, een verwoed geldverzamelaar, enthousiast. "Achteraan staat er een code, een letter met veel cijfers erachter. De letter voor België is de Z, en voor Duitsland de X!" - "Klopt," antwoordt Maarten een beetje verbaasd. Ik haal meteen mijn tieneurobiljet boven. Die heeft de letter Y en blijkt volgens Matthias afkomstig uit... Griekenland.

"Wisten jullie dat jullie de oude frankbiljetten nog altijd kunnen komen omruilen in de Nationale Bank?" vraagt Maarten. "Zo was hier onlangs een oude mevrouw, en die had thuis nog zes biljetten van tienduizend frank liggen. Dat is vandaag 1.500 euro waard! Omdat haar tafel nogal wankelde, had ze die briefjes opgevouwen tot een pakketje en onder één van de tafelpoten gestoken. Daardoor wiebelde haar tafel niet meer. Ze wist helemaal niet dat ze die briefjes nog kon omwisselen." De kinderen moeten er eens goed om lachen, maar Sander is er niet helemaal gerust op en vraagt of ze de biljetten intussen is komen omruilen. "Ik hoop van wel," zegt Maarten lachend.

"Ah ja, want daar kon ze dan een nieuwe tafel mee kopen," voegt Yago eraan toe.

Ach, dat geld... Het wordt ook weleens 'het slijk der aarde' genoemd, en mensen kunnen er jammer genoeg zo hebberig van worden. Maar bij het bezoek aan dit boeiende museum hingen er sappige verhalen aan vast en viel er best wat plezier aan te beleven!

:: Het Museum van de Nationale Bank van België ligt in de Wildewoudstraat 10, pal naast de Sint-Michiels- en Sint-Goedelekathedraal. In het weekend mag je er gratis binnen, en in de week worden er speciale rondleidingen gegeven voor je klas en de juf of meester. Ga maar eens kijken op www.nbbmuseum.be

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni