© Maarten Coosemans - BRUZZ

Edito: mag het wat minder zijn?

Steven Van Garsse
© BRUZZ
24/10/2017

Een Brusselse mobiliteitsexpert legde onlangs een interessante paradox bloot. Elke maatregel om de auto uit de stad te houden is gedoemd om te mislukken. De vrijgekomen plaats wordt zo weer ingenomen door andere auto’s.

Steven Van Garsse BRUZZ 1566
© Saskia Vanderstichele
Die bevinding zou aanleiding kunnen geven tot een soort van fatalisme. Files, je moet ze er maar bijnemen. Of erger nog, tot een soort van cynisme. Tenminste tonen de files dat de economie hier floreert.

Fout natuurlijk. De economie kreunt onder de files, en ze kosten de Belgische overheid handenvol geld. En files leiden tot een onleefbare stad en tot stadsvlucht, en daardoor tot weer nieuwe files. Een straatje zonder eind dus.

Voor wie oplossingen wil – en dat wil vandaag eigenlijk iedereen - volstaat het om de bovenstaande vreemde paradox te doorgronden. Wetenschappers zeggen het al jaren: de automobiliteit werkt als een zuigpomp. Creëer je wegen bij, dan zijn die binnen enkele jaren weer verzadigd. Dat effect speelt op drie niveaus: plaats, tijd en modus. Automobilisten vullen de lege plekken (plaats), ze gaan weer op momenten rijden dat er vroeger files waren (tijd), of ze nemen weer de wagen, terwijl ze vroeger het openbaar vervoer namen (modus).

In die zin is de maatregel van Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts (N-VA) om met spitsstroken de capaciteit op onze snelwegen, ook rond Brussel, te verhogen, een absurditeit. Over enkele jaren slibben die ook weer dicht. Je hoeft geen Einstein te zijn om dat in te zien.

De andere maatregel, de wegen zachtjes dichtschroeven, vergt veel meer politieke moed. Die strijkt de dagelijkse automobilist, die al nerveus in de file staat aan te schuiven, serieus tegen de haren in. Dat is waar. Maar het is, samen met een betere afstemming van woon- en werkplaats en rekeningrijden, de enige serieuze manier om de mobiliteit aan te pakken.

De plaats die vrijkomt moet dan naar openbaar vervoer gaan, dat veel meer mensen in korte tijd naar de werkplek kan brengen, of naar de fiets, die niet alleen gezonder is voor de stad, maar ook minder plaats inneemt en veel lagere infrastructuurkosten heeft.

Er zijn tekenen dat de Brusselse beleidsmakers dat in die zin begrepen hebben. Zo was er de voorbije week goed nieuws over het fietspad op de Kleine Ring. Maar er zijn ook tal van andere voorbeelden te noemen waar het nog steeds ‘auto eerst’ is. Zoals op de Charleroisesteenweg waar parkeerhinder voor de trams wordt opgelost door de voetpaden te versmallen in plaats van de parkeerplaats te schrappen.

Volgens een recent artikel in Revue Politique is de laatste tien jaar minder dan drie procent beknibbeld op de riante plaats die de auto toebedeeld krijgt op de openbare weg in Brussel. Dat is een peulschil, vergeleken met de last die het dagelijkse verkeersgedreun bij de stedeling veroorzaakt.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Opinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni