Paul Delva en Brigitte De Pauw over de rol van de VGC

© Brussel Deze Week
01/03/2012
“Veel Brusselse gemeenten blijven achter in de toepassing van belangrijke Vlaamse decreten,” constateren Brigitte De Pauw en Paul Delva (CD&V). Een gemiste kans, vinden ze. “De Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) moet de mogelijkheid krijgen om een echte brug te vormen tussen deze gemeenten en de Vlaamse overheid.”

In de Vlaamse decreetgeving wordt aan gemeentebesturen vaak de mogelijkheid geboden om 'in te stappen' in een bepaalde regelgeving, mits deze besturen aan een aantal (terechte) voorwaarden voldoen. Een sprekend voorbeeld is het decreet op het lokaal cultuurbeleid: gemeentebesturen krijgen van de Vlaamse overheid middelen ter beschikking om het lokale culturele leven te ondersteunen, op voorwaarde dat ze een lokaal cultuurbeleidsplan indienen, een cultuurbeleidscoördinator aanwerven, over voldoende infrastructuur beschikken...

Voor gemeenschapsmateries (cultuur, onderwijs, jeugd, welzijn, maar ook toerisme en ontwikkelingssamenwerking) spreekt het voor zich dat ook Brusselse organisaties en gemeentebesturen in het Vlaamse verhaal kunnen instappen. Maar hoe zit dat nu op het terrein? Maken de Brusselse gemeentebesturen wel gebruik van deze mogelijkheden?

Een kort (niet-exhaustief) overzicht spreekt boekdelen. Van de negentien Brusselse gemeentebesturen stapten er tot nog toe dertien in het decreet op het lokaal cultuurbeleid en welgeteld nul (0!) in het Sport voor Allen-decreet. Slechts twee Brusselse gemeenten schreven zich in in het decreet inzake de ge­meentelijke ontwikkelingssamenwerking. En in een samenwerking met het Steunpunt Vakantieparticipatie (beleidsdomein Toerisme) is tot nog toe slechts één Brussels OCMW geïnteresseerd... Het decreet op het lokaal jeugdbeleid zit dan weer anders in elkaar: daar krijgt de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC) de verantwoordelijkheid voor de 'Brusselse' uitvoering ervan. Slechts drie Brusselse gemeenten hebben een vertegenwoordiger in de VGC-jeugdraad.

Wat meteen opvalt, is dat veel te weinig Brusselse gemeentebesturen vandaag meewerken aan de uitvoering van de voornoemde Vlaamse decreten. Dat is twee keer jammer: voor de inwoners van de betrokken gemeenten, én voor de Vlaamse overheid, die haar beleid in Brussel niet kan uitvoeren.

Ambassadeur
Waarom maken zo weinig Brusselse gemeentebesturen gebruik van de mogelijkheden die de Vlaamse decreten bieden? In een aantal decreten (bijvoorbeeld Sport voor Allen) liggen de 'instapdrempels' voor de Brusselse gemeentebesturen te hoog (maar dat is in Vlaanderen ook zo...). In andere gevallen lijken de Brusselse gemeentebesturen niet goed op de hoogte te zijn van de Vlaamse regelgeving; die staat te ver van hun bed, en vele lokale ambtenaren in Brussel zijn nu eenmaal weinig vertrouwd met de regelgeving in Vlaanderen.

Soms lijkt er, naast desinteresse of onwetendheid, ook een bepaalde vorm van onwil mee gemoeid te zijn. Hoe valt anders te verklaren dat slechts één OCMW uit Brussel wil meewerken met het Steunpunt Vakantieparticipatie? En ook de ondervertegenwoordiging van de Nederlandstaligen in de Brusselse gemeentebesturen laat zich natuurlijk voelen...

Maar ook de Vlaamse overheid gaat niet altijd vrijuit. Een 'standaardcommunicatie' van de Vlaamse administratie naar alle gemeentebesturen (Vlaamse én Brusselse) valt wellicht in vruchtbare aarde in Vlaanderen, maar stuit in Brussel soms op (technisch en taalkundig) onbegrip. Toen we onlangs aan de Vlaamse minister van Toerisme vroegen om een extra inspanning te doen om het Steunpunt Vakantieparticipatie in Brussel beter bekend te maken, stuitte de vraag op een duidelijk njet. Jammer.

Wat ook de redenen zijn, het is tijd voor actie. De Brusselse gemeenten spelen te weinig in op de financiële mogelijkheden van de Vlaamse Gemeenschap. Want laten we wel wezen, 'de Vlaamse overheid' is voor vele Brusselse gemeenten een vrij abstract gegeven. We moeten dus dringend werk maken van een krachtige én pragmatische brugfunctie tussen de Vlaamse overheid en de gemeenten in Brussel. Bedoeling hierbij is om aan de gemeenten in Brussel helder en op een aangepaste manier uit te leggen welke Vlaamse decreten belangrijk zijn voor hen en welke van toepassing kunnen zijn.

Wie zou die brugfunctie nu kunnen vervullen? Een belangrijke rol lijkt ons vanzelfsprekend weggelegd voor de Conferentie van Vlaamse Schepenen en OCMW-voorzitters in Brussel. Daarnaast duikt - vermits Vlaanderen (beleid en adminis­tratie) er niet zelf in slaagt de Brusselse gemeenten warm te maken voor de toepassing van zijn decreten - vanzelfsprekend de VGC op. De VGC is, als 'Brusselpoot' van Vlaanderen, én met haar enorme terrein- en dossierkennis, een bijzonder geschikte partner om de brugfunctie uit te oefenen. Deze taak zou overigens ook een (op)waardering betekenen voor de cruciale rol die de VGC in Brussel speelt.

Als expert op het Brusselse terrein zou de VGC ook - veel meer dan vandaag het geval is - betrokken moeten worden bij de uittekening van het Vlaamse gemeenschapsbeleid (en dus niet alleen bij de uitvoering ervan).

We pleiten er dus voor dat de VGC de opdracht én de bijbehorende middelen van Vlaanderen krijgt om een echte ambassadeursrol op te nemen voor de Vlaamse decreten bij de Brusselse gemeenten. De band Brussel-Vlaanderen kan er alleen wel bij varen.

---------------------------------------
Brigitte De Pauw is Brussels volksvertegenwoordiger en fractievoorzitster,
Paul Delva is Vlaams volksvertegenwoordiger uit Brussel, beiden voor CD&V

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Opinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni