Speelpleinen Berg en Dal c Saskia Vanderstichele

Taalschool Tutti Frutti: 'Een taal leer je niet, je beleeft ze'

© Brussel Deze Week
28/01/2015

Te veel kinderen krijgen er na zes à tien jaar taalonderwijs geen deftige zin uit, stellen directrice Patricia Pitisci en pedagogisch directeur Joy Simar van taalschool voor kinderen Tutti Frutti. Ze pleiten daarom voor minder taallessen binnen de schoolmuren en meer taalbeleid op plaatsen waar het aanleren ervan met plezier samengaat.

E en klassieker: de pijnlijke gelaatsuitdrukking wanneer mensen terugdenken aan de taallessen die ze op de middelbare school kregen. Hoe vaak hoor je ze niet zeggen dat ze een afkeer hebben gekregen van het Frans of het Nederlands door de saaie, interactie-loze lessen van weleer? En, die fameuze ex-cathedra houding, hoe vaak vormt zij niet het onderwerp van hun verwijten? Zelfs die enthousiaste leerkracht met de beste intenties kreeg te weinig bijval.

Er is de laatste decennia niet veel veranderd. Overvolle klassen maken een ludiekere aanpak nog moeilijker. Daar komt nog het schrijnend tekort aan taalleerkrachten in Brussel bij. Te veel kinderen krijgen er na 6 à 10 jaar taalonderwijs nog geen deftige zin uit! Daarom de vraag: is het vreemdetalenonderwijs op school een overroepen concept, want het lijkt gewoon niet te werken?

Stimuleren
Nochtans, het aanleren van talen, is van cruciaal belang. Enerzijds zijn het Nederlands, Frans en Engels - vanwege hun status in Brussel - een kwestie van economisch overleven, sociale ontplooiing, en burgerlijke emancipatie. Dit hoeft geen betoog. Anderzijds zijn het bestendigen en respecteren van de moedertaal - in Brussel vaak verschillend van de voornoemde talen- ook van wezenlijk belang voor het opbouwen van een eigen identiteit en het ontwikkelen van meertaligheid. In verband met dit laatste bestaan er interessante ontwikkelingen; een aantal Nederlandstalige scholen in Brussel laten kinderen toe om vrij hun moedertaal te spreken op de speelplaats. Dit was vroeger niet zo vanzelfsprekend.

De wetenschappelijke studies die de voordelen van meertaligheid aantonen zijn alomtegenwoordig. Toch blijft de vraag: hoe krijgen we dit gedaan in een Brusselse context? Misschien is de middelbare school niet de plek waar we ons taalbeleid op moeten richten, want een taal leer je niet, je beleeft ze.

Het stimuleren van sportactiviteiten, creatieve ateliers of ludieke naschoolse opvang in een “vreemde taal” zijn mogelijke, misschien efficiëntere, alternatieven. In een ideale wereld gebeurt dit al vanaf kleuterleeftijd.

Taal en plezier
Als taalleerkrachten merken we dat de snelst aangeleerde zinnen vaak niet behoren tot de cursus. “Mag ik nog wat water?”, “Nog een koekje alsjeblief” en “Ik moet naar toilet” zijn de toppers. De intrinsieke motivatie is de motor.

Het ligt zo voor de hand: de resultaten van de taallessen van de middelbare school nemen een hele kleine plaats in vergeleken met de uren die er op de schoolbanken werden voor doorgebracht of vergeleken met de mateloze energie die leerkrachten erin steken.
Waarom zouden we ons beleid niet openbreken en aanpassen aan die realiteit? Minder talen leren binnen de schoolmuren, meer taalbeleid op het sportterrein, het speelplein en het vakantiekamp, in het kunstatelier, het museum, de snoepwinkels, de jeugdbeweging, de cinema, het zwembad en bij de bakker. Taal vloeit het snelst wanneer het aanleren ervan met plezier samengaat. Wanneer je de taal voelt, ruikt, proeft. Kortom: wanneer je de taal beleeft. Niet echt op de schoolbanken dus.

Patricia Pitisci, Directrice Tutti Frutti en Joy Simar, pedagogisch coördinator

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Opinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni