Da Vinci bedrijvenpark Evere naamborden

Agoria Brussels: Waarom bedrijven en burgers uit Brussel verhuizen?

© Brussel Deze Week
30/04/2014

Veel burgers en bedrijven verlaten Brussel en dat wordt weleens uit het oog verloren. In het belang van iedereen die woont en werkt in Brussel dient de bedrijfsfiscaliteit fundamenteel te worden aangepakt bij het begin van de volgende regeerperiode, meent Agoria Brussel.

De Brusselse politici zien de bevolkingsgroei als dé uitdaging van de komende jaren. Daarbij wordt zelden vermeld dat ook burgers én bedrijven Brussel verlaten. Volgens het Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse hebben de afgelopen tien jaar maar liefst 10.000 middenklassegezinnen onze hoofdstad ingeruild voor een stekje in Vlaanderen of Wallonië. Ook heel wat bedrijven hebben in diezelfde periode de deur van hun Brusselse vestiging definitief achter zich dichtgetrokken. Gevolg hiervan is dat de financiële draagkracht en de economische leefbaarheid van Brussel in gevaar komt.

Het lijkt er sterk op dat een houdbaarheidsdatum staat op de aanwezigheid in een Brusselse stadscontext. Daar waar burgers niet altijd tevreden zijn over de geboden leefkwaliteit schuiven bedrijven steevast de mobiliteitsproblemen en de ondernemersfiscaliteit naar voren. Laten we deze laatste eens meer in detail bekijken.

In Brussel gevestigde bedrijven betalen gemiddeld een derde meer gemeentelijke en gewestbelastingen dan deze gevestigd aan de andere kant van de gewestgrens. Het zijn vooral de Brusselse gemeentes die de factuur doen oplopen. Bedrijven betalen dubbel zoveel gemeentebelastingen in het Brussels Gewest in vergelijking met de Vlaamse en Waalse Rand. Sint-Joost-ten-Node, Brussel-Stad, Schaarbeek en Evere voeren de ranglijst aan.

Volgens cijfers van Belfius stegen in 2013 de gemeentebelastingen in het Brussels Gewest met 8,7 procent. Deze stijging komt bovenop de stijging van 6,5 procent voor bedrijfsbelastingen tussen 2007 en 2012. In dezelfde periode bleven de gemeentebelastingen in Vlaanderen quasi gelijk (+0,3 procent) en stegen ze licht in Wallonië (+3,1 procent).

Lokale beleidsmakers lijken onvoldoende te beseffen wat de impact van deze lokale belastingen is voor de concurrentiekracht van de Brusselse ondernemingen en de jobcreatie in het gewest. En dus voor groei en jobs op langere termijn. Een concreet voorbeeld om dit te illustreren. Een middelgroot bedrijf van 220 werknemers uit Evere betaalt 263.780 euro aan lokale belastingen. Enkele kilometers verder in het Vlaams-Brabantse Zaventem is dat maar 53.680 euro en in het Waals-Brabantse Waver bedraagt dit 58.960 euro. Een verschil van meer dan 200.000 euro!

Compensatiefonds
De afgelopen jaren zien we dan ook een toename van (technologie)bedrijven die Brussel verlaten, anderen zijn bezig met deze oefening. Ook potentiële investeerders dreigen af te haken. Het totale kostenplaatje is te hoog geworden. Ontegensprekelijk weegt het fiscale aspect vandaag bij het nemen van dergelijke beslissingen zwaarder door dan andere factoren zoals de taalneutraliteit of het internationale karakter van Brussel.

Sinds de oprichting van het gemeentelijk compensatiefonds in de vorige legislatuur zijn opmerkelijk genoeg geen bijkomende stappen gezet om dit probleem aan te pakken, ook niet wat betreft de voorziene harmonisatie van gemeentebelastingen. Bovendien werd de aangekondigde afschaffing van de bureaubelasting in de bedrijfszones van Citydev nog steeds niet uitgevoerd. En zal de rekening voor vele ondernemingen de komende jaren alleen maar verder oplopen met de recent ingevoerde gewestelijke milieubelasting op kantoorparking.

Bedrijfsfiscaliteit
Als je economisch aantrekkelijk wilt zijn, dient een regionaal gecoördineerd fiscaal beleid te worden gevoerd en dient paal en perk te worden gesteld aan de typisch Brusselse belastingen. Zo houdt de onroerende voorheffing op materieel en outillage nieuwe materiële investeringen tegen en is op die manier jobdodend. In Vlaanderen en Wallonië werd deze belasting al lang hervormd en voor nieuwe investeringen volledig afgeschaft. Ook de bureautaks draagt niet bij tot een bedrijfsvriendelijk klimaat. Brusselse bedrijven dienen liefst drie keer langs de kassa te passeren: bij het gewest, bij de gemeente en nog eens via de onroerende voorheffing op gebouwen.

Het is duidelijk dat de hoge fiscale druk belangrijke gevolgen heeft voor de economische ontwikkeling van Brussel en de werkgelegenheid. In het belang van iedereen die woont en werkt in Brussel dient de bedrijfsfiscaliteit dan ook prioritair en fundamenteel te worden aangepakt bij het begin van de volgende regeerperiode.

Floriane de Kerchove en Mathias Cys
Agoria Brussel

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Politiek , Opinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni