Uit een sociaal-economische studie blijkt dat er steeds minder Vlamingen in de gemeenten in de Rand rond Brussel wonen. Oorzaak is voornamelijk de grote instroom van Brusselaars en de instroom van mensen uit de Europese Unie. Het Vlaamse karakter in de Rand staat dan ook onder druk.

Sinds 1991 is het aandeel van de buitenlandse bevolking in de Vlaamse Rand, de negentien gemeenten rond Brussel, gevoelig gestegen, met 44 procent. Dat blijkt uit een studie van de Vlaamse overheid die luistert naar de titel 'De Vlaamse Rand: socio-economisch profiel en een blik op het Vlaamse karakter'.

Van de ongeveer 400.000 inwoners van de Rand waren er in 2008 11,5 procent van buitenlandse oorsprong. De gemeenten Kraainem, Wezenbeek-Oppem, Tervuren en Overijse hebben het hoogste percentage.

Voor de hele provincie Vlaams-Brabant - waar het aantal buitenlanders nog niet zo hoog lag - steeg het aantal buitenlanders met 62 procent sinds 1991.

Het Brussels gewest kende een stijging van zeven procent. Het aantal buitenlanders ligt daar in 2008 op 28,1 procent.

In de periode 1991-2008 werden in de Rand ook 13.500 buitenlanders genaturaliseerd tot Belg.

Drie kwart buitenlanders is Europees
Het overgrote deel van de buitenlanders in de Rand is afkomstig uit de Europese Unie: meer dan 75 procent. Zes procent komt uit Turkije en Marokko. Er is ook een relatief hoog percentage Amerikanen en Canadezen (samen vormen zij bijna vier procent van alle buitenlanders).

Vrijwel alle gemeenten in de Rand kennen een positief intern migratiesaldo, dat wil zeggen dat ze bewoners winnen door binnenlandse migratie. Vilvoorde en Dilbeek zijn hier de koplopers (periode 1997-2006). Alleen Kraainem, Sint-Genesius-Rode en Wezembeek-Oppem verloren bewoners door binnenlandse migratie.

Oorzaak van het positieve saldo is in grote mate de migratie vanuit het Brussels Hoofdstedelijk gewest. Het aantal personen dat elk jaar het Gewest verlaat, gaat bovendien in stijgende lijn. Daar komt ook bij dat de Rand elk jaar bewoners verliest aan de rest van Vlaanderen en aan Wallonië. Sinds '97 gaat het om 28.000 personen.

Minder Nederlands thuis
Dit alles heeft zijn invloed op het taalgebruik in de Rand. In iets meer dan 40 procent van de gezinnen met kinderen geboren in 2007, wordt thuis Nederlands gesproken. In de faciliteitengemeenten daalt dit aandeel tot 14 procent.

Volgens het onderzoek daalt dit aantal nog verder en neemt de ontnederlandsing van de Rand toe. In heel Vlaanderen bedraagt het percentage jonge gezinnen dat Nederlands spreekt thuis, 79 procent. De cijfers zijn gebaseerd op gegevens van Kind en Gezin.

Ook het aantal anderstalige in het onderwijs loopt op door de demografische evoluties in de Rand. Zo spreekt 35 procent van de leerlingen in het basisonderwijs thuis geen Nederlands. Dat aandeel is het hoogst in de groeipolen Zaventem, Machelen en Vilvoorde en in Sint-Pieters-Leeuw.

De studie werd in 2009 uitgevoerd door onderzoeker Daniël Derudder van de Studiedienst van de Vlaamse Regering.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Politiek

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni