Het Brussel van mijn dromen (4): 'Weg met het kolonialisme'

© Brussel Deze Week
28/08/2009
De historicus Paul De Ridder veroverde bij de gewestverkiezingen van 7 juni voor N-VA een zitje in het Brussels parlement. Voordat hij aanbelandt in het Brussel van zijn dromen, moet er heel veel veranderen, vindt hij. "Een 'Ik doe mijn goesting'-mentaliteit heeft nog nooit geleid tot een menselijke samenleving."

Meer dan dertig procent van de jongeren in het Brussels hoofdstedelijk gewest is vandaag werkloos. Niet minder dan 25 procent van de Brusselaars leeft onder de armoedegrens. Vele senioren moeten elke maand elke euro tweemaal omdraaien om rond te komen. Op vele plaatsen in onze stad nemen de verkrotting, de verloedering en de vervuiling zienderogen toe. Heel wat bedrijven en handelszaken gaan failliet. Kortom: het gaat niet goed met Brussel.

En waarmee houden de francofone politici zich bezig? Met de schrijnende noden van Brussel? Vergeet het!

Ze staan op de barricaden voor de zogenaamde 'rechten' van de francofonen in de Rand. Op de koop toe gaat het hier vaak om mensen die Brussel in de steek hebben gelaten. Omdat zij de stad onleefbaar vonden, trokken die bourgeoismensen naar het groene Brabantse ommeland. Doodleuk eisen zij daar - in het Nederlandse taalgebied - een Franstalig regime: in het gemeentehuis, in het postkantoor, bij de belastingdienst, in het cultureel centrum, in de winkels,...

Overal ter wereld werd het kolonialisme afgeschaft omdat het strijdig was met de mensenrechten. In de rand rond Brussel echter willen sommigen het opnieuw invoeren. Terzelfder tijd - il faut le faire! - beweren deze lieden doodernstig dat niet zij, maar de Nederlandstaligen 'communautaire problemen' maken. Deze patriotten zwaaien driftig met de Belgische tricolore en organiseren schijnheilige betogingen als Red de solidariteit . Daarin stappen ze achter slogans als 'Dank u voor de verfransing', vergezeld van een paar Vlamingen die fungeren als de 'nuttige idioten' met dienst.

Iedereen verantwoordelijk
Wij dromen van een stad waar iedereen zijn verantwoordelijkheid opneemt. Niet alleen de overheid, maar elke inwoner moet - dag in, dag uit - waken over de welvaart en het welzijn van deze stad. Iedereen kan zijn steentje bijdragen om Brussel leefbaar te maken. Dit vergt respect voor een aantal normen en waarden. Een mentaliteit van "Ik doe mijn goesting" heeft nog nooit geleid tot een menselijke samenleving. Het besef van rechten en plichten des te meer.

Wij dromen van een stad die - net als weleer - in harmonie leeft én met haar ommeland, én met haar geschiedenis. Brussel is niet meer de Brabantse en de Nederlandse stad die ze eeuwenlang is geweest. Maar Brussel vormt nog steeds een enclave in het Nederlandse Gewest.

Sociaal-economisch blijft onze stad meer dan ooit vervlochten met Brabant (en daarbij hoort ook de zogenoemde provincie Antwerpen). De Vlaamse ruit waarover economen het hebben, blijkt in werkelijkheid eerst en vooral een Brabantse ruit te zijn. Dat laatste belet overigens allerminst dat wij ook met Vlaanderen, met Limburg en de andere regio's moeten samenwerken.

Vegeterend bestaan
In 1788 was 95 procent van de bevolking van Brussel Nederlandstalig. Na 1830 en vooral sinds het einde van de negentiende eeuw werd Brussel diepgaand verfranst door het Belgische regime. Tijdens de laatste decennia is Brussel evenwel uitgegroeid tot een multiculturele stad waar mensen van zeer diverse afkomst wonen.

Het is onze verdomde plicht erover te waken dat onze Nederlandse taal en cultuur hier op een wezenlijke manier aanwezig blijven. Iemand die in idyllische bewoordingen de multiculturele samenleving bezingt, maar niet resoluut opkomt voor het Nederlands, is een huichelaar. Bovendien stelt hij zich bijzonder asociaal op, niet alleen tegenover de Nederlandstaligen, maar ook en vooral tegenover de allochtonen.

Iedereen weet dat de overgrote meerderheid van de jongere werklozen niet aan de bak komt omdat ze onvoldoende Nederlands kennen. Velen onder hen vegeteren dan ook noodgedwongen in een zinledig nihilistisch bestaan. Op datzelfde moment schreeuwt men in de Rand van Brussel om goed opgeleide werkkrachten. Door allochtonen respectvol te behandelen en door met hen steevast Nederlands te spreken, zorgen wij ervoor dat zij hun schoolse kennis van onze taal vervolmaken. Dit stelt hen in staat werk te vinden. Zo dragen we zeer concreet bij tot de socia­le ontvoogding van brede groepen in de Brusselse samenleving. Zij krijgen uitzicht op sociale promotie, en terzelfder tijd bevorderen wij de verstandhouding onder de verschillende gemeenschappen in onze stad.

Kortom: wijzelf kunnen een wezenlijke bijdrage leveren tot het betere Brussel waarvan we dromen.

door : dr. Paul De Ridder

:: Paul De Ridder is Brussels, volksvertegenwoordiger voor N-VA

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Politiek

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni