De Vlaamsche Leeuw Van Landuyt Van Parijs

1915-1918: Vlaams complot te Molenbeek

Christophe Degreef
© Brussel Deze Week
18/02/2015

Dit jaar is het honderd jaar geleden dat het sluikblad ‘De Vlaamsche Leeuw’ werd geboren. Drijvende kracht erachter was Richard Van Landuyt, die een duidelijke koningsgezinde en Vlaamslievende koers voer. Van Landuyt is bovendien de grootvader van de Brusselsgezinde filosoof Philippe Van Parijs. Het verhaal van de Nederlandstalige La Libre Belgique, en van een meertalige familie.

‘W ij, Vlaamschgezinden, die wanneer het onze taalbelangen geldt, steeds op den eersten rang staan om ze te verdedigen en om deze reden dikwijls vóór en onder den oorlog, als slechte vaderlanders uitgescholden werden, wij zullen er met fierheid mogen op wijzen dat, wanneer in tijd van vervolging, de Belgische belangen en rechten moesten voorgestaan worden, het wederom wij waren die met even vollen ijver voor ‘t vaderland in ‘t harnas sprongen om ‘t Vlaamsche volk de te volgen richting aan te duiden. Wij zetten onze ijverige medewerkers aan, zich enkel tot vaste en voorzichtige personen te richten, om buiten alle betrekkingen met valsche broeders te blijven.”

Bovenstaand uittreksel komt uit het elfde nummer van De Vlaamsche Leeuw, en vat de missie van het clandestien uitgegeven blad bondig samen: de Vlamingen een stem geven in het door de Duitsers bezette België, maar geen activistische stem. Voor Richard Van Landuyt waren activisten – Vlaamsgezinden die samenwerkten met de Duitsers om taalrechten te bekomen in het dan nog Franstalige België – volksverraders. Dat blijkt ook uit een opstootje dat hij tijdens de oorlog had met een zekere H., voor de Brusselse Sint-Goedelekathedraal. H., een oorspronkelijke, maar weifelende medewerker van De Vlaamsche Leeuw, nam er deel aan een demonstratie van activisten. Van Landuyt begon een discussie met een activist, en H. verdedigde die laatste, waarop Van Landuyt hem toebeet dat hij een lafaard was.

Van Ninove naar Picnic The Streets
Richard Van Landuyt werd in 1888 geboren in Ninove als zoon van kleine handelaars. Toen Richard een tiener was, verkaste de familie naar Koekelberg, en belandde daarna in Sint-Jans-Molenbeek, waar vader Van Landuyt een huis bouwde in de Oostendestraat nummer 101. Na zijn humaniora op Collège Saint Louis studeerde Richard niet verder, maar toog aan het werk in de Meunerie Bruxelloise, aan de Schaarbeeklei, waar hij zou werken tot hij in 1920 een bakkerscoöperatieve stichtte, waar hij tot het einde van zijn loopbaan directeur van was. Hij engageerde zich ook in de progressieve vleugel van de katholieke partij en was lange tijd gemeenteraadslid en schepen van Financiën in Molenbeek, ook tijdens de Tweede Wereldoorlog. Hij weigerde echter om schepen te worden in ‘Groot-Brussel’, de bestuurskundige structuur die de Duitsers in WO II hadden uitgetekend.

Van Landuyt houdt er vandaag bekende Brusselse familie op na, namelijk de familie-Van Parijs, waaronder de filosoof Philippe, bekend vanwege onder anderen Picnic The Streets en zijn strijd voor Brusselse eigenheid. Daar komen we later op terug.

Hachelijk
Volgens Maryline Van Parijs, de zus van Philippe, was grootvader Van Landuyt een sterke persoonlijkheid, met wie je altijd kon praten of discussiëren. In huis mocht geen Frans gesproken worden, en het op gelijke voet stellen van het Nederlands en de rechten van de Vlamingen zouden zijn hele leven lang strijdpunten blijven. Van Landuyt schaamde zich ook niet om zelfs in hachelijke posities zijn mening te geven. Zo was er in het voorjaar van 1916 een lezing op het Schaarbeekse Helmetplein over vaderlandsliefde, op het getouw gezet door activisten. Hij sprak er openlijk zijn afkeer uit van “diegenen die hulp inroepen van een vreemde indringer.”

Wat Van Landuyt tot risicovolle weerstand leidde, zal waarschijnlijk nooit helemaal geweten zijn. Maar misschien hield zijn christelijke geloof en zijn rechtvaardigheidsgevoel dat tegen. Hij was een vriend van Frans Van Cauwelaert, die er rotsvast van overtuigd was dat de rechten van de Vlamingen binnen België konden afgedwongen worden. Richard zou ook altijd blijven benadrukken dat hij de samenhorigheid onder Vlamingen wilde benadrukken, en dat de kleine man nooit slachtoffer mocht worden van grotere machten.

Kent u een drukker?
Maar hoe is De Vlaamsche Leeuw ontstaan? Daarvoor moeten we terug naar de beginjaren van de Eerste Wereldoorlog. Koningsgezinde Franstaligen stichtten toen La Libre Belgique om het Belgische Patriottisme aan te zwengelen in bezet België. In oktober 1915 krijgt een jonge Richard Van Landuyt de vraag of hij soms geen drukker kent die een Nederlandstalige variant van La Libre Belgique wil uitgeven. Aanvankelijk geeft Van Landuyt het project geen kans, maar hij belooft toch om het aan zijn vriend Van Loo te vragen, een drukker in de Hoopstraat te Molenbeek. De bal ging tot zijn verbazing aan het rollen, en voor Van Landuyt het goed en wel besefte rolde het eerste exemplaar van de persen. H., die we kennen van de activistische betoging, trok daarna zijn medewerking in. Van Landuyt was echter ondertussen al zo doordrongen van de noodzaak van een Vlaams passivistisch sluikblad dat hij tezamen met Van Loo het werk voortzette. Tijdens zijn piek zou De Vlaamsche Leeuw op 5.000 exemplaren gedrukt worden, en overal in Vlaanderen verspreid worden.

Een pak (van zijn hart)
De samenstelling, de druk en de verspreiding van het blad was echter geen wandeling in het park. Op het drukken van ongecensureerde blaadjes stonden gevangenisstraffen en geldboetes, en meermaals spraken de Duitsers doodstraffen uit voor medewerkers van La Libre Belgique. De doodstraf werd nooit uitgesproken voor medewerkers van De Vlaamsche Leeuw, maar toch zijn enkele distributeurs opgesloten geweest. Ook drukker Van Loo moest op een bepaald moment twee maanden brommen, al was dat omdat er in zijn drukkerij een ongecensureerde strooibrief werd aangetroffen. Een verband met De Vlaamsche Leeuw konden de Duitsers nooit aantonen. De ‘onschuld’ van Van Loo werd ook aangetoond wanneer de Duitsers vaststelden dat het blad gewoon bleef bestaan toen de drukker in de nor zat.

Maar de nieuwe drukker, Frans Van Cutsem uit Evere, was een beginneling, en had minder persen dan Van Loo. Bovendien kampte De Vlaamsche Leeuw meermaals met geldproblemen, en moest Van Landuyt nu met de tram via het Verboekhovenplein in Schaarbeek naar het nog landelijke Evere. In de oorlog was het Verboekhovenplein berucht voor de controles die de Duitsers er hielden op smokkelaars. Leuke anekdote: Van Landuyt nam meermaals met grote pakken de tram terug naar de stad om De Vlaamsche Leeuw te laten vouwen en verspreiden, en hij kreeg meermaals hulp van een Duitse soldaat om de zware pakken op de tram te hijsen. De soldaten waren soms zelfs zo vriendelijk er tot aan de Noordstatie over te waken, niet wetende wat er in zat.

Het is eigenlijk zeer merkwaardig dat de redactie van De Vlaamsche Leeuw nooit gekend is geweest bij de Duitsers. Ter illustratie: het achtjarige neefje dat bij de familie-Van Landuyt inwoonde, kwam op een dag met een tekening aanzetten en gaf die aan Richard, met de boodschap: “Ge denkt zeker dat ik niet weet dat gij De Vlaamsche Leeuw schrijft.” Het neefje kende zelfs de bergplaats van de exemplaren. En toen er van drukker gewisseld werd, kreeg Van Landuyt meermaals te horen dat “men echt dacht dat hij er aan medewerktet.”

Eerbetoon
Van Landuyts talrijkze nazaten -waaronder de familie-Van Parijs, en advocaat Willy Van Landuyt, oudste zoon van Richard - houden vandaag de nalatenschap van Richard Van Landuyt in ere. Philippe Van Parijs zegt dat grootvader Richard een belangrijke rol heeft gespeeld in zijn leven, want dankzij grootvader heeft hij sympathie voor de Vlaamse strijd gekregen. De kinderen Van Parijs liepen school in het Frans, maar werden dankzij hun grootvader tweetalig opgevoed. “Toch kon ik uren met hem praten en discussiëren,” zegt Philippe Van Parijs. Als eerbetoon droeg de filosoof zijn eerste boek over sociale rechtvaardigheid aan Richard van Landuyt op. De familie-Van Parijs is tegenwoordig erg meertalig en internationaal gericht; Philippe leerde zijn vrouw in Oxford kennen, en enkele kinderen van Maryline en Philippe wonen in het buitenland en hebben buitenlandse partners.

De Vlaamse strijd zou telkens zwaar gehavend uit beide wereldoorlogen komen. Pers en politiek zouden elk Vlaams streven jarenlang de kop indrukken door de fouten van de oorlog. Daardoor schreef Richard Van Landuyt al in 1919 het verhaal van De Vlaamsche Leeuw op, met als inleiding: “Doch zie, de antivaderlandsche houding van zekere bladen schijnt voor doel te hebben de schande, waarmede de activisten zich belaadden, op al de Vlaamschgezinden te doen terugvallen. Men stelt zich moeilijk voor hoe pijnlijk het is dezen die wij de onze noemen, aanhoudend te horen uitschelden voor aktivisten of huichelaars, door lieden wier vaderlandliefde moeilijk kan bewezen worden, terwijl wij, dezelfde gedachten verdedigend, uit louter plichtsgevoel, met al de overtuiging van onzen Vlaamsch-Belgischen aard, gedurende meer dan drie jaar, vrijwillig tijd, geld en gezondheid hebben opgeofferd tot opbeuring en voorlichting van ons volk en tot bestrijding van dezen, die zich van de Vlaamsche Beweging zoo schandelijk bedienden om hunne belangen te steunen.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sint-Jans-Molenbeek , Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni