Belgo-Marokkanen openen nieuw cultuurhuis in Brussel

Belgo-Marokkanen met roots in de Rifstreek in het noorden van Marokko openden op vrijdagavond officieel hun eerste cultuurhuis in Brussel. Het doel van dat initiatief beperkt zich niet tot het aanbieden van Riffijnse, culturele activiteiten. “Met dit centrum willen we de integratie bevorderen.”

“Na bijna 60 jaar Riffijnse diaspora in België is het eindelijk zover,” vertelt Mohamed Aadel, één van de stichters, aan BRUZZ. “Ons eerste cultuurhuis in België is eindelijk een feit.”

Aadel is ambitieus. “Dit centrum zal meerdere zaken aanbieden. Geïnteresseerden zullen er meer te weten kunnen komen over de Riffijnse cultuur. Op termijn is het zelfs de bedoeling om een bibliotheek aan te leggen,” zegt hij.

Maar daarnaast gelooft Aadel ook dat ‘Thaddath N Arif’, ofwel ‘Huis van de Rif’, de integratie kan bevorderen. “We willen een ontmoetingsplek zijn voor jongeren en voor vrouwen. We willen jongeren helpen met hun huiswerk, en vrouwen met het aanleren van de Belgische landstalen,” klinkt het enthousiast.

Lidgeld

Om op kruissnelheid te komen, is het nieuwe cultuurhuis evenwel nog op zoek naar sponsors. “Voorlopig hebben we ons officieel adres in Vorst waar we al kunnen samenkomen om te overleggen,” zegt Aadel.

“Maar om er een echt ontmoetingscentrum van te maken, zijn we nog op zoek naar een gebouw, ” aldus Aadel. “Voorlopig vragen we wel lidgeld, maar zonder subsidies zal het moeilijk zijn om onze activiteiten te organiseren.”

Op vrijdagavond werd de eerste Raad van Bestuur van het nieuwe cultuurhuis samengesteld. “We hopen zo snel mogelijk van start te kunnen gaan,” klinkt het. “En daarbij is iedereen welkom.”

Brusselse Riffijnen

De keuze voor Brussel als plaats voor het nieuwe cultuurhuis lag voor de hand, volgens Aadel. “De Belgo-Marokkaanse gemeenschap leeft voor zo goed als de helft in het Brussels gewest.”

Tot 1974 was migratie vanuit Marokko naar België bovendien hoofdzakelijk afkomstig uit het noordelijke Rifgebied. Pas nadien kwamen ook andere Marokkaanse regio’s aan bod.