Zelfbrouwer BRUZZ 1519

Bij de hobbybrouwer: ‘Mijn diepvriezer is een hopparadijs’

Hilke Andries
© BRUZZ
20/04/2016

In elke hoek van het appartement van Stephen Renders, gelegen op de eerste verdieping van een statig gebouw in Sint-Gillis, staat materiaal dat je eerder in een brouwerij zou verwachten. “Het is meer dan een uit de hand gelopen hobby geworden,” geeft hij zelf toe.

Stephen was al jarenlang fan van een goed glas bier maar zo’n twee jaar geleden, wanneer vrienden op een barbecue hun zelfgebrouwen bier lieten proeven, sprong de vonk pas echt over. “Zo moeilijk kan het dus niet zijn om in je keuken aan het brouwen te gaan,” dacht hij.

Meteen voegde hij de daad bij het woord en schreef zich in voor een brouwcursus. Hij beet zich stevig vast in de materie en wil er dan ook alles over te weten komen. Er ging een volledige nieuwe wereld voor hem open, en nog leert hij elke dag bij. Als hij niet aan het brouwen is, zit hij met zijn neus tussen de boeken. “Het is wat uit de hand gelopen. Het was eerst een hobby, dan werd het een passie nu is het een obsessie geworden.”

Om je caférekening binnen de perken te houden, hoef je niet meteen aan het brouwen te slaan bij je thuis. Al kan je met een filterzak, een kookpot, een emmer en ander basis keukenmateriaal al van start gaan om je eigen bier te brouwen. Als je een beetje handig bent, kan je ook veel zelf bouwen zoals een koeler of een pomp. Maar wil je echt deftig aan de slag, dan moet je toch al gauw ongeveer 400 euro neertellen voor een basisuitrusting.

Een kijkje in zijn koelkast verklapt dat hier een bierliefhebber woont, tussen de tientallen bruine flesjes is er is amper eten te bespeuren. En ook zijn diepvriesvak zit vol met hop. “Mijn diepvriezer is een hopparadijs.” Wanneer je je appartement of huis wil ombouwen tot een microbrouwerij, woon je het best met iemand samen die af en toe een oogje kan dichtknijpen en die niet te erg op orde is gesteld. Gelukkig is dat bij Stephen het geval.

Relax
Wij zijn erbij wanneer Stephen zijn laatst gebrouwen bier gaat overhevelen om daarna te bottelen. Hét moment van de waarheid voor een brouwer, zo blijkt. Alles moet onder uiterste concentratie en volgens strikte hygiënische regels gebeuren. De amateurbrouwer geeft toe dat hij af en toe wel eens verstrooid durft te zijn. Zenuwachtig loopt hij door zijn keuken, praat tegen zichzelf en af en toe wordt er al eens gevloekt en stevig gezucht.

“Relax, don’t worry, have a homebrew,” wordt dan gezegd in de brouwwereld. “Niet te veel panikeren, het komt wel goed.” Eén foutje en het gerstennat is niet meer te drinken.

Eens het bier gegist is, moet je al het contact met zuurstof vermijden want dat zorgt voor oxidatie. En een journalist en een fotograaf die tijdens dit proces op zijn vingers aan het kijken zijn, kan hij dan ook best missen. “Bier maken is niet heel erg moeilijk maar consistent bier maken, dat is echt niet gemakkelijk,” vertelt hij. Samen met een vriend stellen ze hun recepten op punt. Soms krijg je iets anders dan oorspronkelijk het idee was. En wordt een trippel door het feit dat de mout slecht geschroot is, plots iets helemaal anders. De huidige econoom koestert stil de droom om van bier brouwen ook effectief zijn beroep te maken.

Bier door buurmans plafond
Het daadwerkelijke brouwen zelf, gebeurt in de badkamer. Waar naast het bad ook een speciale koelkast staat voor het brouwgebeuren. Ook al klinkt dit misschien niet meteen smakelijk maar na twee accidenten waarbij het bier door het plafond van zijn onderbuur naar beneden sijpelde, heeft de thuisbrouwer zijn les wel geleerd. Kraantjeswater is goed om mee te brouwen, al is het hardere Brusselse water iets beter geschikt voor het brouwen van donkere bieren.

Je kan je water bewerken en er bijvoorbeeld brouwzouten aan toevoegen, maar dat doet Stephen niet. “Er zijn periodes geweest waarbij ik gedurende een paar maand echt elk weekend in mijn badkamer aan het brouwen was,” vertelt Stephen. “Je bent dan van ‘s ochtends tot ‘s avonds bezig en na zo’n intensieve dag vol concentratie ben je echt wel kapot. En dan is een welverdiende pint meer dan welkom.” Na zo’n brouwdag mag hij zich de trotse eigenaar van zo’n 20l bier noemen. De meerderheid deelt hij daarvan uit. “Vroeger kocht ik bier in functie van hoeveel vrienden er langskwamen. Nu nodig ik vrienden uit in functie van hoeveel bier er gebrouwen is.”

Wat hij nu zo bijzonder vindt aan het brouwen? “Je krijgt door zelf te brouwen ongetwijfeld meer respect voor bier omdat je weet wat erin zit.” Je hoort een brouwer dan ook zeggen dat gist de hardste werker is binnen het hele proces. “Het is de natuur die je zijn gang moet laten gaan. En zeker een geuze, die ‘leeft’ nog wanneer je die drinkt. Ik heb daar heel veel bewondering voor.” besluit Stephen.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sint-Gillis, Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni