Brusselse eindpunten: Terminus Heiligenborre

© brusselnieuws.be
27/06/2008
Deze zomer verkennen we verafgelegen uithoeken van Brussel. We nemen daarvoor steeds de bus, tram of metro, helemaal tot aan de terminus. De tentakels van het MIVB-netwerk reiken tot aan welluidende eindhaltes, zoals Helden, Goede Lucht of Stilte. Vandaag brengen we een bezoek aan de Bezemhoek, een wijk aan de eindhalte Heiligenborre, in Bosvoorde.

Heiligenborre was vroeger de laatste halte van bus 95, maar sinds de hervorming van het MIVB-net is het de eindbestemming van bus 17. Het andere uiteinde vind je aan metrostation Beaulieu van lijn 1A.

Arbeidershuisjes in het woud
Door de nabijheid van het woud woonden er in Bosvoorde veel klompenmakers, houthakkers en bezembinders. Deze armelui woonden in arbeidershuisjes aan het einde van de Terhulpensesteenweg, en zo ontstond de naam 'Bezemhoek'.

Bosvoorde bleef lang een klein dorp, ver van de grote stad. In de Bezemhoek woonden tot in de jaren 1950 vooral sociaal achtergestelde Vlamingen. In de tweetalige gemeenteschool van Watermaal-Bosvoorde waren voor de Tweede Wereldoorlog de Franstalige klassen voor de gegoede klasse. En de Nederlandstalige klassen waren voor de 'onderontwikkelde' kinderen van de Bezemhoek.

Klein-Tibet
De Vlaamse aanwezigheid kalft nu af in de Bezemhoek. Maar de arbeidershuisjes van de vroegere bezembinders zijn wel in trek bij jonge gezinnen, die ze ook weer snel verlaten omdat ze te klein worden als de kinderen groot worden.

Ook Tibet is aanwezig in het straatbeeld. Verschillende buurtbewoners hebben een Tibetaanse vlag uitgehangen om de aandacht te vestigen op de schendingen van mensenrechten op het dak van de wereld. Blijkbaar zijn er dus heel wat Tibetanen na hun omzwervingen in de wereld in de Bezemhoek terechtgekomen.

Rondepuntenkunst
Als bus 17 aan Heiligenborre komt, rijdt hij nog verder. Blijf nog even zitten en stap af aan het 'Equilibrio Sospeso' van de Italiaanse kunstenaar Mauro Staccioli, een aardig voorbeeld van rondepuntenkunst. De bus rijdt er rond, om zo terug naar Heiligenborre te rijden.

Aan het rond punt is er tussen de bomen een voetgangersdoorgang naar een doodlopende straat. Het lijkt op een autoluw achterafstraatje, maar dit is de historische Terhulpensesteenweg, vroeger een belangrijke Brusselse invalsweg. Het is het ideale vertrekpunt om de wijk te ontdekken.

Hier zie je de vele arbeidershuisjes van de bezembinders, waar veel jonge gezinnen hun onderdak vinden. Zij geven de buurt een warme en vredevolle sfeer. Je ziet er veel kleurrijke gevels met kindertekeningen aan de ramen, en houten bankjes. Want er wordt duidelijk nog op straat geleefd.

De straat Heiligenborre heeft een u-vorm en komt twee keer uit op de Terhulpsesteenweg. Aan het eerste kruispunt met Heiligenborre ligt La Forêt, een sfeervol dorpscafé met bijhorend interieur. In het midden staat nog een oude tapbiljart.

Rik Wouters: Inspiratie in de Bezemhoek
Bezoek ook het het Rik Woutersplein, aan het eind van de Dennebosstraat. Hier woonde de beeldhouwer en schilder tot het begin van de Eerste Wereldoorlog.

In 1907 kwam de 25-jarige beeldhouwer en schilder Rik Wouters in de Bezemhoek wonen. Zijn vrouw Nel leed aan tuberculose, daarom zochten ze de frisse buitenlucht op. In de Dennebosstraat leefde het koppel in grote armoede, Wouters' werk werd toen nog niet gesmaakt.

Zijn vrouw was zijn geliefde model, maar vaak kwamen ook de kinderen uit de buurt poseren voor de beeldhouwer. Het Zoniënwoud diende dan weer als model voor een decordoek van het toneelstuk Klein Duimpje.

In 1912 en 1913 werkte hij in de Bezemhoek aan zijn meesterlijke hoogtepunten. In 1913 ontving hij de Picardprijs. Met het prijzengeld van 600 frank kocht hij een huis aan het Citadelplein, nu het Rik Woutersplein. In de lente van 1914 namen Rik en Nel er hun intrek.

Maar de oorlog verdreef hen uit Bosvoorde, Rik Wouters moest het Belgisch grondgebied verdedigen. Hij deserteerde en kwam in Amsterdam terecht. Daar stierf hij in 1916 op 34-jarige leeftijd aan kanker.

Tournay-Solvaypark
Wie aan de Bezemhoek niet genoeg heeft, kan natuurlijk gaan wandelen in het uitgestrekte Zoniënwoud. Maar aan de andere kant van de Bezemhoek ligt het weinig bekende Tournay-Solvaypark. Daar kom je terecht als je langs de grote vijver van Bosvoorde wandelt.

Van 1878 tot 1973 was het enorme domein van zeven hectaren eigendom van de familie Solvay. Na de dood van Thérèse Tournay-Solvay verkochten de erfgenamen het domein aan een vastgoedmaatschappij die het liet verkommeren. De nieuwe eigenaar wilde er kantoorgebouwen op neerpoten, maar gelukkig bleef het park gevrijwaard. Nu wordt het park beheerd door Leefmilieu Brussel die het in zijn oorspronkelijke staat liet herstellen.

De kronkelende paadjes van het Tournay-Solvaypark leiden naar een boomgaard en het voormalige kasteel dat door een brand werd herschapen in een ruïne. Het hoogtepunt van het Tournay-Solvaypark is de geometrische rozentuin van landschapsarchitect Jules Buyssens, die ook de tuin van het Museum Van Buuren op zijn palmares heeft staan.

Het park heeft een uitgang aan de Terhulpensesteenweg en de Delleurlaan, daar kan je een tram nemen van lijn 94.

Grotere kaart weergeven

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Watermaal-Bosvoorde, Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni