Buurtpensioen c Karel Puttemans

Carla Dejonghe: 'Maak meer lawaai voor alleenwoners'

© Brussel Deze Week
24/09/2014

In Brussel bestaat nu al één op de twee huishoudens uit één persoon, stipt Brussels parlementslid Carla Dejonghe (Open VLD) aan. De problematiek wordt steeds groter. Dejonghe hoopt dan ook stellig dat de nieuwe Vlaamse minister van Welzijn het pilootproject ‘BuurtPensioen’ in Neder-over-Heembeek voortzet.

Om een antwoord te vinden op de hamvraag van haar recent verschenen boek Solo. Waarom steeds meer mensen alleen wonen interviewde Nathalie Le Blanc meer dan vijftig respondenten, onder wie ikzelf, en richtte ze zich tot de (voornamelijk Amerikaanse) academische wereld. Het resultaat is een lijvig boek dat komaf maakt met hardnekkige ‘alleenwoonvooroordelen’. "Het is geen hoera-, maar een voilà!-boek", aldus Le Blanc. In mijn ogen een must-read voor alle beleidsmakers.

What’s in a name
Dat ik het voortaan over ‘alleenwoners’ zal hebben, komt omdat Le Blanc zich exact dezelfde vraag stelde als ikzelf: welke term gebruik je nu het best om zo’n diverse groep mensen aan te duiden, gaande van vrijgezellen en gescheiden personen tot weduwes en alleenstaande ouders? De term single of vrijgezel past niet echt bij een oudere weduwnaar en heel wat mensen die alleen wonen hebben bijvoorbeeld wel een relatie. Daarom kiest Le Blanc consequent voor ‘alleenwoner’, een term die volgens mij perfect de lading dekt voor elk individu dat alleenwoont en financieel ook alleen instaat voor zijn of haar onderhoud.

Hoe divers de groep alleenwoners ook is, ze wordt geconfronteerd met een aantal specifieke problemen. Alleenwonen is duur, dat is een feit. En arm of ziek zijn is extra ellendig als je alleenwoont. Le Blanc is aan het einde van de rit dan ook zelf verbaasd over de belangrijkste conclusie van haar onderzoek: armoedebestrijding is cruciaal. Wie zich nauwelijks iets kan veroorloven, vereenzaamt, raakt geïsoleerd en komt zo in een vicieuze cirkel terecht.

Economische en maatschappelijke ontwikkelingen bezorgden ons de vrijheid en welvaart die alleenwonen mogelijk maakt, maar de voornaamste verklaring voor de alleenwoonrevolutie ligt volgens Le Blanc toch in de spanning tussen individualiteit en behoefte aan gemeenschap, iets waarmee iedereen worstelt. Waarom er vandaag zoveel mensen alleenwonen, bleek uiteindelijk toch niet de belangrijkste vraag te zijn voor de auteur. De verstokte singles en hardnekkige alleenwoners zijn eerder zeldzaam. Het gaat vooral over een groep mensen die door veranderende situaties alleen komt te staan en dus niet noodzakelijk zelf voor hun alleenwoonsituatie hebben gekozen. Als velen onder ons op een bepaald moment in hun leven een tijdje alleen komen te wonen, is de cruciale vraag: ‘Hoe kunnen we beter inspelen op die situatie?’.

In Vlaanderen en Nederland bestaat nu al één op drie huishoudens uit één persoon. In Brussel is dat zelfs één op twee. De woonmarkt, reissector, horeca en andere sectoren houden weinig rekening met die realiteit, al zien we dat een aantal spelers op de privémarkt stilaan toch op de alleenwoonkar springt. Maar vooral de overheid blijft volgens Le Blanc blind voor een van de opvallendste fenomenen in de demografische ontwikkelingen van de laatste decennia.

Als Brussels parlementslid probeer ik de noden en behoeften van deze onzichtbare massa al enige tijd op de politieke agenda te plaatsen. Via een online enquête bij 423 Brusselse alleenstaanden identificeerde ik drie actiepunten die de nodige politieke aandacht verdienen: een proportionele fiscaliteit, betaalbare (koop)woningen en vrijetijdsactiviteiten op maat.

Ik herhaal dan ook mijn pleidooi voor een ‘singlesreflex’ waarbij men bij elke beleidsmaatregel binnen elk bevoegdheidsdomein nagaat welke gevolgen de maatregel heeft op alleenwoners. Alle studies tonen immers aan dat deze groep de komende decennia wereldwijd nog fors zal toenemen. En als we bijna allemaal eens alleen zullen wonen, gaat een alleenwoonvriendelijk beleid in feite iedereen aan. Of zoals Le Blanc het stelt: “Of de maatschappij de ogen opent of niet, alleenwoners are here to stay.”

De stad veranderen
De stad heeft altijd een grote aantrekkingskracht op alleenwoners gehad. Maar die invloed is volgens Le Blanc wederzijds. Het stijgend aantal alleenwoners verandert niet alleen onze manier van wonen en bouwen (kleinere appartementen, gemengde projecten, cohousing), maar ook het weefsel van een stad. Met zijn brede waaier aan ontmoetingsplaatsen, biedt een stad de mogelijkheid om alleen te wonen op een collectieve manier.

De Amerikaanse socioloog Eric Klinenberg is ervan overtuigd dat alleenwoners het verschil kunnen maken in steden. Ze spelen een belangrijke rol bij het revitaliseren van wijken en steden doordat ze hun sociale contacten buitenshuis zoeken en dus de vraag naar ontmoetingsplaatsen toeneemt. Met andere woorden, een stad op maat van alleenwoners, is een stad met voldoende aantrekkelijke openbare ruimtes: cafés, bibliotheken, parken, petanquebanen en allerlei andere ontmoetingsplaatsen waar je vrienden, buren en anderen tegenkomt. Al varen alle stedelingen daar natuurlijk wel bij.

In tegenstelling tot in een dorp kan je in een stad echter ook verdwijnen. Vooral oudere alleenwoners, samen met mensen die ziek zijn, een handicap hebben of in armoede leven, lopen een hoger risico op sociaal isolement. Le Blanc onderstreept in deze context het belang van projecten zoals ‘Het BuurtPensioen’ in Neder-over-Heembeek en de zorgregisseurs.

Het pilootproject ‘Het BuurtPensioen’ is gebaseerd op wederkerigheid: jij helpt een buur en zij helpen jou wanneer je zelf iets nodig hebt. Dit is vergelijkbaar met het lokaal ruilsysteem LETS (Local Exchange and Trading System), een Canadees initiatief dat zich stilaan verspreidt over de hele wereld. De 11 Brusselse zorgregisseurs bieden vandaag aangepaste hulp aan 236 bejaarde Brusselaars, die daardoor langer thuis kunnen blijven wonen. Hun werk wordt momenteel echter bedreigd. Door de staatshervorming komt thuiszorg bij de Vlaamse Gemeenschap terecht en het is nog onduidelijk of de nieuwe Vlaamse Regering de nodige middelen zal uittrekken om het Brusselse project verder te zetten. De voortzetting van hun werk is van groot belang want de kwetsbare groep alleenwonende ouderen zal door de vergrijzing de komende jaren enkel verder toenemen.

De specifieke alleenwoonproblemen zijn ondertussen vrij goed geïdentificeerd en vroeg of laat worden velen onder ons ermee geconfronteerd. Maak dus gerust mee lawaai voor de belangen van de alleenwoners.

Carla Dejonghe, Brussels parlementslid Open VLD

Open VLD Sint Pieters Woluwe carla dejonghe

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving, Opinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni