Hoed je voor de buxusmot of liever haar rups. Vooral in de driehoek Brussel-Mechelen-Antwerpen-Gent wordt het uitkijken naar hun kaalslag op buxusplanten. Als de situatie van 2015 zich herhaalt of nog verergert mag deze zomer van een plaag gesproken worden.

Het is weer zover, de rupsen van de buxusmot (Cydalima perspectalis) zijn aan hun schadeslag toe. Sommigen zijn al aan het ontpoppen tot vlinder, zodat de cyclus kan herbeginnen. Vorig jaar werd een eerste maal alarm geslagen voor de vraatzucht van de rups van de buxusmot. Deze nachtvlinder van de familie van de grasmotten oogt mooi: doorschijnend wit met een donkere rand. Maar uit de eitjes die onderaan het kleine buxusblad worden gelegd, komt een gevaarlijke kaalvreter. En een plant zonder blad, gaat dood.

Verondersteld wordt dat de buxusmot bij invoer van buxussen uit Oost-Azië (China) begin dit decennium in België is geraakt. De exoot hoort hier niet thuis, zoveel is duidelijk. Hij kan zonder veel predatoren zijn slag slaan op de weerloze buxusplant, die een dure tuin- en parkplant blijft.

Er bestaan wel inheemse buxusvariëteiten op schaduwplaatsen, maar vooral de sierbuxussen die in (wolken)groepen de tuin extra cachet geven zijn geliefd bij het publiek. Sommige planten hebben ros en verdord de winter 2015-2016 overleefd, maar een tweede kaalslag kan hen fataal zijn. Als de plant in groep en zonnig staat (al is te veel zon niet ideaal voor buxussen) worden de ideale omstandigheden geschapen om een rupsenplaag in te leiden.

Schade
Vooral de driehoek Brussel-Mechelen-Antwerpen-Gent ondervond al grote schade van de nachtvlinder. “We kunnen nog niet van eenzelfde fenomeen van schade spreken als voor de vijgelaar, maar de buxus krijgt het hard te verduren,” stelt de voorzitter van Natuurpunt Brussel, tevens waarnemer in Evere.

“Het zachter klimaat in stedelijk gebied maakt dat de buxusmot meer voorkomt in steden. Vandaar de hogere waarnemingen in Gent-Antwerpen en in mindere mate al in Brussel. Het zal geen vijf jaar duren of de verspreiding tot de kust zal een feit zijn, als we de verspreiding correct inschatten (de vlinders kunnen 5 tot 10 kilometer afleggen en zo stilaan verder geraken, red.) .” Volgens de waarneming van Natuurpunt is de buxusmot in 2011 gesignaleerd. In 2013 werden al 300 exemplaren gespot. Dat liep in 2014 opt tot duizend. Vorig jaar stond de teller op 4.900. De buxusmot is dus duidelijk in opmars.

Plukken
Vandaar dat de weinige waarnemingen in Brussel een belangrijke informatiebron zijn voor het bestand aan buxusmotten. Volg op Waarnemingen.be (Brussels Gewest). Nu moet Natuurpunt het stellen met één waarnemer in Evere, Schaarbeek en Anderlecht om de situatie in het gewest op te volgen. De mot valt wel op, maar de rups minder. Die kruipt uit de eitjes aan de onderkant van het bladmoes van de buxus en vreet zich er dik.

Bestrijding is moeilijk, tenzij chemisch, al kan dit andere insecten als bijen schade berokkenen. Eigenlijk wordt vooral een handmatige ‘pluk van rupsen’ aangeraden, het felgroene wormpje met donkere accenten in zakjes schudden dus en niet in de tuin, op de composthoop en zeker niet met snoeisel in de groencontainer achterlaten. Een ecologische bestrijding wordt aangeraden via www.velt.be/buxusmot. Een verwittigd tuin- en parkliefhebber is er twee waard.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni