De schooldirecteur (3): ‘Waarom zijn we zo bang voor andere talen?’

Stefanie Nijs
© BRUZZ
01/09/2017

Helena Van Driessche, directeur van het Meertalig Atheneum Sint-Pieters-Woluwe, koestert de Brusselse culturenmix. Net daarom wil ze af van verouderde onderwijsstructuren. “Meertalig onderwijs is de toekomst. De taalstrijd is toch al gestreden?”

Vrijdag 1 september, de bel gaat. Directeur Helena Van Driessche (54) gaat de door groen omgeven speelplaats op en houdt een kort welkomstwoord voor de derde graad.

Later op de dag zal ze enkele voorbijkomende leerlingen begroeten. Ze kent hun voornamen, weet welke richting ze volgen. “De school telt 200 leerlingen. Ik ken elke leerling persoonlijk, dat vind ik belangrijk,” zegt de directeur.

Op haar bureau ligt een boek met Chinese tekens op de kaft, ernaast een pandaknuffeltje. “Een cadeau uit China. Twee jaar geleden ben ik met het Brussels Gewest naar daar gereisd om een uitwisseling voor te bereiden. Dit jaar zijn we opnieuw geweest met het klasje Chinees, op bezoek bij een middelbare school in de provincie Sichuan. Voor de leerlingen was dat geweldig.”

Meertalig tegen drop-outs
Het Meertalig Atheneum in Sint-Pieters-Woluwe is de enige Brusselse school die Chinees aanbiedt als taalvak, naast Duits en Spaans. Maar de meertaligheid zit hem vooral in het immersieonderwijs. “Aardrijkskunde bijvoorbeeld geven we van het eerste tot het zesde jaar in het Frans, in de derde graad wetenschappen zijn chemie en informatica in het Engels.”

De school biedt algemeen secundair onderwijs aan en heeft een typisch Brusselse schoolpopulatie, met vooral Frans- of anderstalige kinderen, weinig Nederlandstaligen. “Meertalig onderwijs is de toekomst, al was het maar om schooluitval tegen te gaan,” zegt Van Driessche.

“Veel kinderen haken af omdat ze het Nederlands niet machtig zijn, maar ik kan me moeilijk inbeelden dat die leerlingen allemaal een cognitieve achterstand hebben. Als er ruimte is voor andere talen, is de kans groter dat we die kinderen wel aan boord houden. Bij onze OKAN-klas proberen we de kinderen ook zeker niet automatisch naar het BSO te sturen, ondanks hun taalmoeilijkheden.”

Wereldsprookjes in de kleuterklas
Volgens de directeur moeten we vanaf de kleuterklas de thuistaal van het kind respecteren. “Een kind dat zijn of haar moedertaal niet goed beheerst, start met een achterstand; dat blijkt uit onderzoek. Ik zou daarom bijvoorbeeld de ouders willen betrekken door ze verhalen te laten voorlezen. Zo leren kinderen hun eigen taal beter begrijpen én voelen ze zich erkend in hun cultuur.”

“Tegelijkertijd willen we na de eerste jaren ook duidelijk maken dat als je het later goed wil hebben in onze maatschappij, je Nederlands, Frans en Engels moet beheersen. Niet dat ieder kind internationaal moet gaan werken natuurlijk. Maar het is wel de taak van de school om dat mogelijk maken.”

‘Niemand uitsluiten door geldproblemen’
Dit is niet de eerste Brusselse school voor Helena Van Driessche. Ze begon haar loopbaan als leerkracht Frans in het Instituut Anneessens-Funck, waar ze vervolgens directeur werd. “Ik ga niet zeggen dat dat moeilijker was, wel anders. Gedragsproblemen bij leerlingen speelden daar veel meer op. De ondersteuning van de leerkrachten, door opvoeders bijvoorbeeld, zou steviger moeten zijn.”

“Hier hebben we, zoals Sinterklaas het zegt, brave kinderen (lacht). Soms zit er wel een leerling die moeilijk gedrag vertoont, maar dan proberen we de achterliggende reden daarvoor te achterhalen en die aan te pakken.”

Zowel etnisch als sociaaleconomisch is de school goed gemixt, en niet iedereen heeft het thuis even gemakkelijk. “Maar een kind mag niet uitgesloten worden omdat het bijvoorbeeld een uitstap niet kan betalen. Dan past de school bij.”

Leraren met een missie
Leerkrachten die het moeilijk hebben om die diversiteit binnen een klas te managen, haken ook in Woluwe af. “Maar ik krijg vaak leerkrachten op sollicitatie die zeggen: ‘Ik wil absoluut in Brussel lesgeven. Ik wil die uitdaging aangaan en die leerlingen vooruithelpen.’” Haar stem wordt plots zachter. “Dat is fantastisch.”

Bij directeuren zijn stress en uitval evenmin een uitzondering, ook al vindt Van Driessche het een veelzijdige job. “Mijn grootste frustratie zijn de structuren waar je telkens tegenop botst als directeur. Slecht functionerende leerkrachten verplaatsen gaat bijvoorbeeld niet, want je zit met die vaste benoemingen.”

‘De taalstrijd is toch al gestreden?’
“Ik denk dat we moeten stoppen met krampachtig vasthouden aan negentiende-eeuwse structuren.” De directeur zal het meerdere keren benadrukken tijdens ons gesprek. “Waarom zijn we zo bang voor andere talen dan het Nederlands? De taalstrijd is toch al gestreden? En waarom nog scholen indelen volgens religie? Dat zijn denkkaders uit het verleden.”

“We moeten kijken naar de toekomst. Wat is belangrijk voor onze kinderen later? Het antwoord daarop is volgens mij meertalig onderwijs. Leer hen openheid, leer hen met de hele wereld communiceren, nu het eindelijk kan. En zet in op flexibiliteit, want de jobs die zij zullen uitoefenen, bestaan waarschijnlijk nog niet.”

Confucius
“Brussel is een prachtige stad om te werken. De uitdagingen zijn groot, maar je krijgt er zoveel voor terug als je die kinderen verder kan helpen.”

Na 30 jaar in het vak is Helena Van Driessche nog steeds even gepassioneerd. “En ik leer nog altijd bij. Tijdens onze reis naar China was ik onder de indruk van hun cultuur en traditie. Het gedachtegoed van Confucius, daar wil ik me nu op toeleggen.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sint-Pieters-Woluwe, Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni