Kathleen Coessens, directeur van het Koninklijk Conservatorium Brussel, in 2017

| Kathleen Coessens werd directeur van het Koninklijk Conservatorium Brussel in 2017.

Directeur conservatorium en Erasmushogeschool beide naar Raad van State

HUB
© BRUZZ
06/02/2021

In het conflict dat eind oktober begon met het ontslag op staande voet van conservatoriumdirecteur Kathleen Coessens door de Erasmushogeschool, zijn beide partijen nu naar de Raad van State gestapt. Die buigt zich maandag over de kwesties.

De zaak sleept ondertussen ruim drie maanden aan en is verworden tot een procedureslag. Eind oktober werd directeur Coessens van het Koninklijk Conservatorium Brussel (KCB), samen met haar adjunct, door de directie van de Erasmushogeschool (EhB) op staande voet ontslagen, waarna in het conservatorium een storm van protest opstak.

Als reden voor het ontslag werd verwezen naar een samenwerking van het conservatorium met de muziekacademie van Anderlecht. In het kader van die samenwerking kreeg een aantal studenten van het conservatorium extra les van assistenten die ook lesgaven aan de academie en die voor die uren betaald werden door de academie. De studenten in kwestie stonden ingeschreven in beide instellingen, maar niet alle leerlingen bleken daarvan op de hoogte en het is ook niet duidelijk wie het inschrijvingsgeld betaalde.

Vernietigd ontslag

Coessens en haar adjunct vochten hun ontslag aan bij het College van Beroep inzake tucht. Dat oordeelde begin december dat er onvoldoende redenen waren om het ontslag om dringende redenen te rechtvaardigen en vernietigde de ontslagbeslissing van de Erasmushogeschool.

Coessens’ adjunct kon terugkeren. Zijzelf kreeg ’s daags na het besluit van EhB-directeur Ann Brusseel te horen dat ze opnieuw les kon geven maar dat de voorzitter van de EhB beslist had om haar haar mandaat als directeur te ontnemen ‘wegens ernstige verwaarlozing van haar taken als leidinggevende’. Er werden haar nieuwe feiten aangewreven, ook weer met betrekking tot het niet respecteren van administratieve regels. In Coessens’ plaats werd Brecht Ranschaert aangeduid als interim-directeur.

De beslissing van de EhB-voorzitter moest enkele dagen later bekrachtigd worden door het voltallige EhB-bestuur. Ondertussen was gebleken dat het juridisch-technisch niet mogelijk was om Coessens te ontheffen van haar mandaat. Na haar te hebben gehoord besloot het bestuur dat ze directeur kon blijven, maar dat ze een toezichthouder naast zich kreeg, met name Brecht Ranschaert. Aan hem zou ze toestemming moeten vragen bij elke financiële of personeelsbeslissing. Een soort van curatele dus.

Curatele

Coessens ging niet akkoord en trok opnieuw naar het College van Beroep. De EhB voerde tijdens de zitting aan dat het College niet bevoegd was om te oordelen omdat de nieuwe beslissing geen tuchtmaatregel was ten aanzien van Coessens, zoals het ontslag er wel een was, maar een bestuurlijke maatregel, iets waarover het College geen oordelingsbevoegdheid heeft.

Het College oordeelde begin vorige week dat het wel degelijk om een tuchtmaatregel gaat en dat het dus bevoegd is. Bovendien vernietigde het College de curatelebeslissing van de EhB.

Het bestuur van de hogeschool nam enkele dagen later echter opnieuw exact dezelfde beslissing (de aanstelling van een toezichthouder), gemotiveerd met weer nieuwe tenlasteleggingen.

Daarop besloot Coessens naar de Raad van State te stappen. Ook de EhB wendde zich tot de Raad van State, meer bepaald over de kwestie van de bevoegdheid van het College van Beroep. Maandagmiddag worden beide zaken behandeld.

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni