Rotterdam DSF3235
© An Devroe

Doorkijkje Rotterdam: heldere voorbeelden voor Citroëngarage en Abattoir

An Devroe
© Brussel Deze Week
18/11/2015

Een creatieve herbestemming voor de Citroëngarage overstijgt de discussie of er al dan niet een museum moet komen. Daarom ging Groen een kijkje nemen in geslaagde reconversies als de Van Nelle-fabriek en de RDM-Campus in Rotterdam. En met in het achterhoofd de toekomstige Urban Farm bij Abattoir stonden ook de stadsboerderij Uit je eigen stad en DakAkker op het programma. Wordt vervolgd in het Brussels parlement.

H et nieuwe gebouw van de koffie-, thee- en tabaksfabriek van de familie Van Nelle werd destijds ingeplant aan de Delfshavense Schie en aan het spoor, al stopte er voor de fabriek geen enkele trein. Het verlichte gebouw met de neonletters was voor de treinreizigers “letterlijk een reclameblok”, zegt Gideon Peele, de architect die er rondleidingen geeft. Met de toonzaal aan het IJzerplein had André Citroën een zelfde ambitie.

De Van Nelle-fabriek werd in 1929 afgeleverd en zou zonder de crisis nog veel groter geworden zijn. In plaats van een brede glazen brug, waarvan de aanzetten bewaard bleven, kwamen de dynamische (goederen)bruggen die het gebouw nu zo karakteristiek maken. Het ontwerp van Leendert van der Vlugt en J.A. Brinkman is hét voorbeeld van het Nieuwe Bouwen (form follows function van Louis Sullivan) in Nederland. De architecten hadden ideeën opgedaan tijdens hun bezoek aan de Amerikaanse Fordfabriek. De tabaksfabriek kreeg acht lagen, de koffiefabriek zes en de theefabriek, met het kortste verwerkingsproces, drie. Het betonnen skelet draagt het gebouw zodat de gevels bijna integraal in glas konden worden opgetrokken. De paddenstoelkolommen maakten een balkenvrij, rustig plafond mogelijk wat aangenamer was voor de werknemers. Voor hen had bouwheer Kees van der Leeuw tot in de kleinste details aandacht. Douches en toiletten, wel met een wastafel achter glas, want hygiëne moest nog aangeleerd en dus gecontroleerd worden.

De fabriek hield er in de jaren 1990 mee op, maar dankzij de stad en de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed werd ze tien jaar geleden weer een werkplek in de geest van de vooruitstrevende Van der Leeuw. Een tachtigtal kleine en grote bedrijven in de design- en communicatiesector zijn er ondergebracht, de ruimtes worden verhuurd voor evenementen als Art Rotterdam en dansfeesten.

De zorgvuldig gerestaureerde en herbestemde Van Nelle-fabriek werd vorig jaar toegevoegd aan de Unesco-Werelderfgoedlijst. Uit respect voor de buitengevel werd gekozen om in de glazen doos een glazen binnendoos te plaatsen. De ruimte tussen de vliesgevels en het binnenkantoor is een klimaat- en geluidbuffer.

Vierkantemeterverhuur
Roept de Van Nelle-fabriek associaties op met de toonzaal van de Citroëngarage, dan doet het Innovation Dock van de RDM-Campus midden de Rotterdamse Stadshavens dat met de ateliers van het Brusselse garagegebouw. De voormalige Rotterdamsche Droogdok Maatschappij (RDM) beleefde haar hoogdagen eind de jaren 1950 met de bouw van het cruiseschip De Rotterdam in een loods van 240 meter, een opdracht waarvoor de directeurswoning moest worden gesloopt. Na het failliet van RDM in de jaren 1990 ijverde het tuindorp Heijplaat voor het behoud van de gebouwen, zo na lagen ze de ex-werknemers aan het hart.

Rotterdam DSF3378-C-An Devroe
Vandaag staat RDM voor Research, Design & Manufacturing, want de voormalige werf is nu het uithangbord voor innovatie door de aanwezigheid van technische scholen en het Havenbedrijf Rotterdam. In de vroegere machinekamer, het Innovation Dock, wordt het technisch personeel van de toekomst gevormd. Er hangen auto’s en halve huizen op en in het aqualab worden golven gesimuleerd om het effect op drijvende huizen te berekenen. De 23.000 vierkante meter kantoorruimte wordt per vierkante meter verhuurd, je bouwt er vervolgens op wat je maar wil. Het openbaar vervoer over het water, de Aqualiner, is hier voor de studenten en werknemers het snelste.

Ook hoogbouw heeft nog onbenutte oppervlakte. Le Corbusier was voorstander van platte daken, ook met de bedoeling om er tuinen in te richten. “De platte daken kwamen er, de groendaken niet,” zegt Eric Dekker van ArchiGuides Rotterdam boven op het dak van het kantorencomplex Schieblock. In 2012 werd er hier in samenwerking met het Rotterdams Milieucentrum voor het eerst geoogst op een dak van de Randstad. Met Food & The City wil Rotterdam de stadslandbouw ondersteunen. De DakAkker vermindert de voedselkilometers: kantoormensen oogsten hier na de werkdag hun verse groenten en kruiden of het Dak Café verwerkt ze in de lunch. De honing van de bijenkolonies op het dak wordt verkocht in het warenhuis Groos op het gelijkvloers.

De stadsboerderij Uit Je Eigen Stad in de Marconistraat bevindt zich dan weer op de begane grond en geeft stadsbewoners via onder andere tuincursussen terug voeling met hun voedsel. De afzet gaat naar de lokale markten en een eigen restaurant. Naast fruit en groenten (onder andere twaalf tomatensoorten die geplukt worden op het moment dat ze rijp zijn) worden er ook zwammen (RotterZwam) en kippen van een ‘dubbeldoelras’ (eieren en vlees) gekweekt. De zogenaamde aquaponie, waarvoor ook Abattoir wil gaan, waarbij vissen voor de mest voor de planten zorgen die op hun beurt het water voor de vissen zuiveren, bleek hier technisch uiteindelijk niet te lukken.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni