Fertiliteitsspecialist dr. Paul Devroey gaat met pensioen

Jean-Marie Binst
© Brussel Deze Week
12/10/2011
Precies 31 jaar na de oprichting van een spermabank in het UZ Brussel en de eerste vruchtbaarheids- en inseminatiebehandelingen neemt prof. dr. Paul Devroey afscheid als hoofd van het Centrum voor Reproductieve Geneeskunde. “Any embryo is destined to die,” was een van de laatste charming phrases die hij rondmailde. Maar zijn laatste uitspraak wordt het geenszins.

T waalf specialisten uit binnen- en buitenland loven donderdag met redevoeringen het pioniers- en onderzoekswerk van prof. dr. Paul Devroey. De 'schutspatroon der proefbuisbaby's' gaat met emeritaat aan de Vrije Universiteit Brussel.

Wij staken een wachtzaal vol dertigers (koppels en mannen alleen) voorbij en klopten bij Devroey aan. Zijn afscheid vraagt om een terugblik en om quotes.

Wat heeft u als jongeling geprikkeld om geneeskunde te studeren?
Paul Devroey:
"Ik ben opgevoed in de geest van het traditioneel-ascetische denken van de jezuïeten van het Sint-Jan Berchmanscollege (humaniora in Brussel, red.). Dat heeft me geïnspireerd to take care. De logische evolutie was dat ik me zou bezighouden met het beginnende leven dat het meest in nood is: vandaar mijn latere keuze voor de gynaecologie. Daar viel me de weifelende houding van de medische wereld op tegenover iemand die onvruchtbaar was. Alles bleek schokkerig gesplitst: vrouw óf - amper - man. Ik heb me altijd beziggehouden met de eenheid man-vrouw."

Is die betrachting ook de kernboodschap van uw afscheidsrede?
Devroey
: "Mijn redevoering heet Brussels is a city without borders en is geïnspireerd op het global effect of science. Daarmee wil ik zeggen dat Brussel als centrum van Europa fantastische mogelijkheden biedt. Door haar meertaligheid is de stad een aantrekkingspool voor onderzoekers. Van hun passage heb ook ik gebruik kunnen maken. Want: wetenschap betekent kansen grijpen."

Dat ruikt opvallend veel naar wierook voor de VUB.
Devroey:
(direct) "Ik ben de mensen van deze campus dankbaar voor hun full support. Zonder hen was het niet mogelijk geweest. Want als je praat over embryo's, gaat bij vele mensen meteen een symbolische alarmklok af. Velen blijken ongerust omdat wij interfereren in de volle ontwikkeling van het leven."

Mogen we van manipulatie van het leven spreken?
Devroey:
"Manipulatie klinkt te negatief. We proberen vruchtbaarheidsproblemen te verschalken ('to circumvent', zegt Devroey, red.). Daarvoor heb je zaadcellen en embryo's nodig. Dat is straightforward science.
In 1978 is in Engeland de eerste proefbuisbaby geboren; de boom volgde meteen. Na mijn militaire dienst ben ik begonnen met in-vitrofertilisatie (reageerbuisbevruchting), de spermabank, ovulatie-inductie, chirurgie en micro­chirurgie,... Vrij snel heb ik me geconcentreerd op het omzeilen en verhelpen van het probleem."

Volgend jaar bestaat het Centrum voor Reproductieve Geneeskunde dertig jaar. Hoe verliep de evolutie?
Devroey:
(zucht) "Ontzettend traag, maar ik werk ook traag. Wel heeft de wereld die tijd nodig gehad om zich bewust te worden van het probleem van onvruchtbaarheid. Met als eerste vraag: heeft het zin om onvruchtbaren te behandelen als er al zeven miljard mensen zijn?"

Nobelprijswinnaar Chris­tian de Duve zweert bij geboortebeperking om de wereld leefbaar te houden. Het CRG interfereert in de afwijking door natuurlijke selectie.
Devroey:
"In bepaalde delen van de wereld hebben de 'vruchtbaren' inderdaad veel kinderen. Anderzijds worden zij die geen kinderen hebben, uit de maatschappij gestoten. Als je dat met een kleine tussenkomst kunt oplossen, dan bespaar je veel leed. Door de injectie in one way technology zijn twee miljoen mensen geboren: dat getal is verwaarloosbaar. Bovendien moet men zich in Europa, waar in sommige landen een vrouw maar één kind heeft, ernstige vragen stellen over de maatschappijevolutie. De globaliteit van de wereld steunt niet op het Europees gedachtegoed. Dat debat wordt niet gevoerd."

"Voor mij is het politieke debat dat men vermijdt in Europa, zelfs niet het grootste probleem. Het grote probleem draait rond de autonomie van het denken. Aangezien de technologie bestaat, moet een onvruchtbaar paar de kans krijgen om die te gebruiken."

Vindt u fertiliteits­ondersteuning dan een recht of een plicht?
Devroey:
"Het is niet echt een individueel recht. Maar het is wel een plicht van de maatschappij om mensen te helpen. Bepaalde landen zijn tegen reproductie, omdat het bijvoorbeeld raakt aan religie."

U zei ons vier jaar terug dat de moslimgemeenschap toleranter stond tegenover kunstmatige reproductie dan de christenen.
Devroey:
"En nog steeds. Als officiële documenten belangrijk zijn, dan wil ik er eentje van 1987 aanhalen. Het Vaticaan heeft toen de instructie Donum Vitae uitgevaardigd, waarin deze daad als moreel ongeoorloofd wordt beschouwd. Dat is toch duidelijke taal van het hoofd van een mondiale organisatie? Is dát een positieve attitude? De moslims, de hindoes en - vooral - de joden hebben wel allemaal een positieve houding in dezen."

Ondertussen verkoopt u uw knowhow in Koeweit en Dubai.
Devroey:
(lacht) "Ikzelf niet. Een vraag over akkoorden tussen universiteiten moet u aan de directie van het UZ Brussel stellen. We geven onze kennis niet af, we wenden ze ginder aan. Ik stel vast dat er in die landen een grote nood aan behandelingen is. Als zij naar hier moeten komen, is dat heel omslachtig. Dat de behandeling duurder is voor buitenlanders (30 procent van de patiënten, red.) dan voor Belgen, heeft vooral te maken met het verbod op behandeling in eigen land. De strenge wetten in sommige landen (Italië, Duitsland en andere, red.) benadelen er de mensen die het minste geld hebben. Als Europa de wetenschap zou laten prevaleren en een gezonde houding zou hebben, dan zou deze ondemocratische regel niet bestaan."

U klampt zich beroepshalve vast aan 'veiligheid'. Hoe staat u tegenover leenmoeders, die het kind voor anderen dragen?
Devroey:
"Daar hou ik me ver van. Ik heb altijd gedacht dat werken met zaadcellen en embryo's veilig was. Het wordt moeilijk(er) om met volwassenen te werken. Want hier gaat een persoon baarmoeder spelen voor iemand anders. Aangezien verloskunde een vak blijft met veel risico's - denk aan buitenbaarmoederlijke zwangerschap, keizersnede... -, sta ik huiverig tegenover het onvoorspelbare. We mogen blij zijn dat vrouwen onder de 35 bij ons al vijftig procent kans op slagen hebben dankzij in-vitrofertilisatie."

Jonge koppels stellen hun eerste zwangerschap heel lang uit. Is dat erg?
Devroey:
"Het heeft zware en dure gevolgen, op vele vlakken. Een enorm probleem is hoe de maatschappij de vrouw vandaag ziet. Daardoor staat ze voor grote uitdagingen. Zij moet - preferentieel - opgevoed zijn; dat betekent dat ze intensief gaat werken. Dan verwacht men ook dat ze 'zorg draagt' voor haar lichaam en voor de kinderen die geboren worden, en misschien nog veel meer. Kortom, een enorm zware opdracht. Het gevolg daarvan is - en ik zie het alle dagen - dat ze haar eerste zwangerschap uitstelt. Dat verhoogt de kans op hopeloze situaties. De kern van alle problemen blijft dus dat de populatie die zwanger wil worden, veroudert."

Typisch een probleem van de rijke landen, lijkt wel.
Devroey:
"Correct. Ik vraag me echter vaak af of dat 'laat' zwanger geraken - of dan nog proberen zwanger te geraken - wel een vrije keuze is. Zelfs al vriezen we sperma en eicellen in, zelfs al kan de zwangerschap later plaatsvinden, de situatie voor de vrouw wordt er niet makkelijker op. Een zwangerschap op je veertigste houdt sowieso meer risico's in, ook voor haar eigen lichaam. In feite gaat het om een belangrijke politieke beslissing over carrièremogelijkheden van de vrouw, reïntegratie, enzovoort. Ik heb daar geen pasklaar antwoord op. Maar ik roep al jaren in de woestijn: hier wordt geen debat over gevoerd."

Vragen de nieuwe ouders ook om het geslacht van het kind te kiezen?
Devroey:
"De Belgische wet laat sekseselectie niet toe. En ik vind dat maar correct ook. Het gaat in dezen niet over 'mijn' kind, maar over het kind dat je zult opvoeden, met alle positieve en negatieve kanten. De keuze van een geslacht is een heel possessieve daad. Het is een slechte, hebberige gedachte dat iemand 'jouw kind' is. Je kind is nooit van jou. Mensen denken dat ze alles bezitten, maar ze krijgen alles. Ik stuur regelmatig tweehonderd mensen een charming phrase per mail. Mijn laatste was: 'Any embryo is destined to die, testifying modesty': je zult je kind ooit moeten afstaan. Je moet als wetenschapper bijpassen wat je kunt, maar meer niet. Wij zijn geen designers. Een stap verder maakt een kolossaal verschil. Bij een aantal zaken moet je je als mens neerleggen: je moet helpen waar je kunt, maar zonder bezitterig te zijn."

Wie is prof. dr. Paul Devroey?

  • Paul Devroey (1946) studeerde geneeskunde, heel- en verloskunde (Universiteit Leuven, 1971).
  • Doctor in de filosofie en de gynaecologie (Vrije Universiteit Brussel).
  • Sinds 1986 hoogleraar reproductieve geneeskunde (VUB).
  • Diensthoofd Centrum voor Reproductieve Geneeskunde (CRG, UZ Brussel).
  • Stichtend voorzitter van de Belgian Society of Reproductive Medicine.
  • Kreeg 4 internationale en 3 nationale research awards.
  • Gaf 726 lezingen in 53 landen, schreef 4 boeken en 536 internationale artikels.
  • Het CRG is de meest geciteerde medische groep in de wereld.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Jette, Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni