Frauderen zonder scrupules, zonder dat iemand er iets van zegt

Christophe Degreef
© Brussel Deze Week
27/10/2011
In 2013 moeten alle 69 (pre)metrostations valideerpoortjes hebben: dat is de planning van de MIVB. Waar er nu al poortjes zijn, loopt het aantal zwartrijders fors terug. En toch is er nog werk, leert een tweedaagse op het Brusselse metronetwerk.

E lke Brusselaar en/of regelmatig metrogebruiker kent de taferelen wel. U valideert uw MIVB-pasje en merkt wanneer u door het poortje stapt dat er iemand als een schaduw is meegeglipt. Op andere momenten aanschouwt u uw medereizigers en merkt u op dat er onder hen toch genoeg zijn die ofwel over de poortjes klimmen, ofwel met andere reizigers meeglippen, al dan niet met medeweten van die reiziger. Vaak gebeurt dit dan ook nog eens in de nabijheid van een preventiemedewerker, de mensen van de MIVB met rode hesjes.

"Die verhalen kennen we," denkt u nu, en gelijk hebt u. Maar het kan geen kwaad om nog eens verschillende gevallen op te tekenen.

Abonnementsdelen
Een weekdag, premetrostation Albert. Sinds eind september staan hier poortjes, maar vandaag staan die open en klinkt ergens in het station een sirene. Het is rustig, maar de man die voor ons door de openstaande poortjes stapt, valideert noch hier, noch in de tram die we even later zullen nemen. Ter herinnering: valideren is altijd en overal verplicht, zegt het MIVB-beleid; zo niet fraudeert u en riskeert u een boete. Bij Hallepoort staan de geïnstalleerde poortjes ook open. In het station Louiza stappen we uit. Hier ook poortjes, nog niet officieel, want de dingen gaan spontaan open als er iemand door wandelt. Vijf minuten observeren leert dat ongeveer dertig procent van de reizigers niet valideert. Een groep zakentoeristen toont hoe het moet: lachend banen ze zich met papieren dagkaartje een weg door de vanzelf open gaande deurtjes.

Het volgende metrostel gaat richting Rogier. In Madou stappen twee erg jonge vrouwelijke MIVB-preventiemedewerkers op, druk pratend. In Rogier stappen ze uit. Wij volgen, maar vooraleer we ze voor de sport iets hebben kunnen vragen, zijn ze spoorloos verdwenen.

Nog verder. In station IJzer dienen zich vier reizigers aan. Een van de vier kleeft zich vast aan een nietsvermoedende reiziger; twee jongeren delen één MIVB-pasje, naar achteren doorgegeven tussen de poortjes door. Een vreemde gang van zaken: stel dat het hier ging om Mobib-kaart voor verschillende reizigers, dan zou één persoon blijven valideren terwijl de rest rustig door het poortje stapt. Dat leert een andere observatie ons.

Zuidstation, dé plek voor poortjesglippen. Een stel rode hesjes staat strategisch opgesteld aan de drukbezochte verkoopautomaten, en de mannen doen hun werk naar behoren. Ze informeren, helpen en houden een oogje in het zeil. Onze vraag in het Nederlands wordt keurig beantwoord. "Voor het Noordstation neemt u best tram 3 of 4." Dat doen we niet, neen, we stellen ons verdoken op en observeren de andere kant. Om een onverklaarbare reden wordt de kant aan de roltrap van de perrons richting Sint-Gillis beter opgevolgd door MIVB-medewerkers dan die richting stadscentrum. Aan die laatste kant is het ook druk en staan ook medewerkers, maar wordt er minder geholpen. Onder het oog van een rood hesje nemen we zelf een poortje, en we merken tot onze verbazing dat er een man meeglipt. Even verder in Sint-Guido, waar geen poortjes staan, merken we dat alweer ongeveer dertig procent van de reizigers niet valideert. Net als in Louiza. Ondertussen wordt het druk, want de school is uit.

Daarstraks, vóór vier uur, was het rustig in het Weststation en valideerde iedereen; nauwelijks een uurtje later hoeven we maar enkele tientallen seconden te wachten op twee groepjes jongeren die de poortjes voor elkaar openhouden, zonder enige gêne, zonder zelfs een schichtig kijken of er niemand met enige autoriteit op wacht staat. Een stoere hiphopper wordt kwaad wanneer zijn sporttas na een glippoging licht wordt beetgegrepen door de malende deurtjes. Een koppeltje lanterfant een beetje, twijfelt en kijkt rond. Na een zoveelste poging innig-kleven-voor-het-metropoortje zwaait het ding dan toch open, maar ze hebben hun rug al gekeerd. Een omstander wijst hen op hun kans. Dat alles gebeurt in de nabijheid van twee rode hesjes, die het te druk hebben met andere dingen.

Eindigen doen we in Simonis, waar een groep van drie rode hesjes zich strategisch aan de poortjes heeft opgesteld en goed werk verricht. Een wereld van verschil met de meer dolende types.

Sur la tête de ma mère
's Anderendaags, opnieuw Simonis. Daar staat voor de ingang een agent van de MIVB-veiligheidsdienst op wacht. Twee jonge gastjes komen luidkeels aanzetten, maar schrikken terug wanneer ze de agent zien. Redelijk opzichtig twijfelen ze even, ze maken rechtsomkeert en duiken het gelijknamige treinstation in. Er wordt op het hoofd van een moeder gezworen dat er een andere ingang is. Wanneer we twintig seconden later volgen, zijn ze spoorloos. Aan de overkant van de treinsporen is een goed verborgen, rustige, alternatieve metro-ingang, mét poortjes, maar zonder agent. U mag deze elementen samenvoegen.

Bij de volgende klanten, een viertal, zit ook al één poortjesglipper die met behulp van de helpende medemens een doorkomen krijgt. Op weg naar Bockstael haalt een opstappende man na een telefoontje vliegensvlug zijn simkaart uit zijn mobiel, steekt er een andere in en prutst vervolgens aan zijn kous. Overigens: we berichtten in het verleden over de smerigheid van Bockstael, maar vandaag ligt het metro-en treinstation er netjes bij. Poortjes zijn er evenwel nog niet.

Terug in het Zuidstation. Chaos. En opnieuw staan de preventiemedewerkers goed werk te verrichten aan één kant, maar niet aan de andere. Een groep senioren heeft het moeilijk met de deurtjes en wordt pas na ettelijke minuten en veel gesukkel geholpen. Zuidstation is een van die stations waar niet op ruimte is bespaard: buiten de flessenhals aan het begin van het metrostation - met langs beide kanten slechts drie à vier poortjes - staan er even verderop lange rijen poortjes waar haast niemand gebruik van maakt. Niemand begeleidt echter de grote groepen mensen naar een beetje verderop.

Volgens MIVB-woordvoerder Guy Sablon bestaat er een misverstand over de rode hesjes. "Er is metropersoneel met zo'n hesje, 250 man sterk, en er is preventiepersoneel met een rood hesje, 183 man sterk. Allebei mogen ze reizigers erop attent maken dat ze frauderen als ze dat zien, maar ze mogen de fraudeur niet staande houden. Dat mag alleen de veiligheidsdienst, binnenkort 118 man sterk."

Volgens Sablon zijn er nauwelijks klachten over het preventie- en metropersoneel. In 2010 bedroeg het aantal zwartrijders op het hele MIVB-net 118.046, ofte vier procent van de gecontroleerde reizigers. Dat zijn er bijna 14.000 meer dan het jaar voordien. Maar die cijfers zijn vertekend, zegt Sablon. "De werkelijke fraude op het MIVB-net bedraagt naar schatting rond de twintig procent. Die 118.000 fraudeurs zijn potentiële fraudeurs, want sommige controles geven mensen nog een tweede kans. We hebben 40.386 fraudeurs zonder tweede kans gepakt in 2010."

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Lees ook

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni