Gleisdreieck BRUZZ ACTUA 1589
Reportage

'Informeer, luister, argumenteer': Hoe Berlijn burgers betrekt bij stadsprojecten

Kris Hendrickx
© BRUZZ
24/10/2017

Als de saga van de Brusselse voetgangerszone één ding aantoont, is het wel dit: grote stadsprojecten krijg je vandaag niet doorgevoerd zonder dat je de bevolking meehebt. Maar hoe doe je dat? Wij legden ons oor te luisteren in Berlijn. “Veel mensen vinden eensgezindheid hier total langweilig.”

Een grijze weekdag in oktober, niet bepaald een ideaal flaneermoment. Toch zijn er in het Park am Gleisdreieck al wat mensen op de been. Een oma met kleindochter, hondenuitlaters, skaters en BMX’ers in het skatepark. Veel fietsers ook die de groene zone tussen Kreuzberg en Schöneberg gebruiken als verbindingsweg.

Decennialang was deze zone een niemandsland in de stad, een plek waar op dertig hectare een stadsjungle woekerde, tussen een wirwar aan ongebruikte sporen die de plek zijn naam gaven. Vandaag is het amper vijf jaar jonge Park am Gleisdreieck uitgegroeid tot een van de meest geliefde verblijfsplaatsen van Berlijners en toeristen.

Het park is daarmee niet alleen een tip voor uw volgende Berlijnreis. De groenzone is ook een mooi voorbeeld van Bürgerbeteiligung, burgerparticipatie. Een extreem voorbeeld ook. “Het moet het meest complexe participatieproces zijn dat we in Berlijn ooit hadden,” zegt Manfred Kühne, die in Berlijn de stedenbouwkundige administratie leidt.

De lijst aan acties die aan de geboorte van het park voorafgingen oogt dan ook absurd lang: schriftelijke en online-enquêtes, rondleidingen, ontbijtsessies met vrouwen, discussieavonden met mannen, een wijkfeest, een infobureau ter plaatse, workshops: het zijn maar enkele initiatieven uit een veel omvangrijkere reeks, die jaren in beslag namen.

“Het moest wel zo uitgebreid omdat de kloof tussen de verschillende meningen zo diep was,” legt Kühne uit. “Zulke zware meningsverschillen zijn typisch voor Berlijn, waar veel mensen eensgezindheid total langweilig vinden (oersaai,red.). Je had bijvoorbeeld de lokale activisten die op die plek decennia geleden een snelweg hadden tegengehouden. Die mensen wilden echt élke boom in de sporenjungle behouden. Een modern stadspark met grote picknickweides zagen ze niet zitten. Op de dag van de opening hingen zelfs nog overal bordjes in het park ‘Hier stond een boom die door de stad Berlijn werd geveld’ (zucht).”

De stad reageerde door een veel grotere groep van stadsbewoners te raadplegen. “We vroegen burgers uit de hele stad naar hun wensen, we toonden ook een hele reeks voorbeelden van parken in andere steden.” Het uiteindelijke park verzoent verschillende verzuchtingen. In de Gleiswildnis groeien de oorspronkelijke bomen tussen oude spoorinfrastructuur. Elders ontstond een park met weides, een beachvolleybalterrein, een skatepark en stedelijke vergezichten.

Ontwerpwedstrijd nodig
Het proces in Berlijn staat in schril contrast met de Brusselse manier van werken. De Havenlaan, de Biertempel en bovenal de voetgangerszone, zijn stuk voor stuk voorbeelden van grote stadsprojecten waarbij burgers amper betrokken werden. Het zijn ook projecten waar die burgers zich dan maar spontaan gingen roeren.

Vooral het Brusselse stadsbestuur en zijn vorige burgemeester Yvan Mayeur blonken op dat vlak uit. De plotse beslissing over de piétonnier en het bijhorende circulatieplan leidde tot protest, procedures en uiteindelijk stilstand.

“Ja, die voetgangerszone van jullie, die is me opgevallen,” zegt Manfred Kühne, die geregeld in de Belgische hoofdstad is. “Wij hadden dat anders aangepakt.” De Berlijnse topman heeft ook al een minimumpakket in het hoofd voor Brussel.

“Als je zo’n belangrijke stadszone herdenkt, hoort daar volgens mij een ontwerpwedstrijd bij. Wij zouden al voor de wedstrijd echt begint de burgers betrekken. De stad kan dan al eens een paar eigen ideeën toetsen: hoe zien buurtbewoners, handelaars, eigenaars en mensen uit andere wijken de toekomst van die lanen? Zo weet je al of die ideeën op een of andere manier verzoenbaar zijn.”

Na een eerste wedstrijdfase is een nieuw rondje feedback op zijn plaats, vindt Kühne. “Je presenteert dan een aantal mogelijke ontwerpen aan de bevolking. De jury kan op haar beurt dan weer rekening houden met de burgerreacties die daaruit voortkomen. En als de jury dan eindelijk gekozen heeft, moet ze die keuze ook voor burgerpanels verdedigen.”

“We hechten veel belang aan informatie vooraf, maar ook aan een onderbouwde argumentatie achteraf. Zo kunnen ook mensen die niet voor het project waren de logica erachter nog begrijpen.”

Een solide participatiebeleid is niet gratis, benadrukt Kühne. “Het vraagt tijd en geld. Want goede participatie laat je liefst door professionals begeleiden. Mensen die complexe zaken naar mensentaal kunnen vertalen zonder dat het kleuterig wordt.”

De voorbije decennia bouwde Berlijn zo een mooie staat van dienst op op het vlak van burgers betrekken. Om ervoor te zorgen dat zo’n proces niet alleen van politieke goodwill afhangt, werkt het stadsbestuur nu zelfs aan eigen Beteiligungsrichtlinien, verplichte richtlijnen die een stevig pakket aan participatie vastleggen voor grote projecten.

Een fiasco genaamd Tempelhof
Als Duitsland zover staat met participatie is dat geen toeval. Burgers die niet akkoord gaan met een overheidsbeslissing kunnen er immers op een referendum aansturen. En alvast de Berlijnse overheid weet dat het dan grandioos mis kan gaan.

Zo plande de stad een herinrichting van een deeltje van de oude luchthaven Tempelhof met een park, sociale woningen en een centrale stadsbibliotheek. Geen mens kan daartegen zijn, dacht het stadsbestuur, dat een uitgebreid participatieproces lanceerde.

De Berlijners beslisten er in 2014 anders over. De verschillende fracties bleken onverzoenbaar en er kwam een referendum. Gevolg: Tempelhof blijft onaangeroerd. “Bij een referendum riskeer je altijd dat het niet over de vraag zelf gaat, maar wel over populariteit van de vraagsteller,” zegt Kühne. “De Berlijners waren burgemeester Klaus Wowereit beu en hebben die boodschap via dat referendum overgemaakt.”

De Berlijnse stadsplanner heeft ten slotte ook nog een tip voor Brussel. Die gaat niet over participatie, maar over de keuze voor een grote voetgangerszone op de centrale lanen. Dat middeleeuwse straten of het Beursplein autovrij worden, daar kan hij inkomen. “Maar een grote voetgangerszone op een stadsboulevard? Dat zouden wij nooit doen. Verkeer hoort bij een grootstad. Zo’n brede voetgangerszone, dat is iets voor een provinciestad. En met een stevige participatie had het stadsbestuur dat misschien wel ontdekt.”

Park am Gleisdreieck, Berlijn

  • Oud spoorwegkruispunt tussen Kreuzberg en Schöneberg
  • Geopend tussen 2011 en 2014
  • 31,5 hectare groot, verdeeld over drie sectoren
  • Picknick- en speelweides, skatepark, sporenjungle met oorspronkelijke vegetatie, cafetaria, moestuin, beachvolleybal, pingpong, vergezichten

Gewest timmert aan meer participatie

Ook het Brussels Gewest wil burgers voortaan meer en vooral ook vroeger betrekken bij grote stadsprojecten zoals Reyers of Thurn & Taxis. In de toekomstige plannen van aanleg van planningsbureau perspective.brussels wordt daarom een nieuwe tool geïntegreerd.

In een vroeg stadium van de planning wordt een hele reeks lokale betrokkenen om hun expertise gevraagd. Het gaat dan even goed om buurtbewoners als om ondernemingen, handelaars of studenten. Die expertise wordt dan een belangrijk bestanddeel van de verdere uitwerkingsprocedure.

Concrete details over de uitwerking ontbreken nog. De oppositie vreest dat de maatregel een lege doos wordt.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni