Lourdes in Brussel, een gewijde geschiedenis

Lieven Bulckaert
© Brussel Deze Week
14/08/2009
Op 15 augustus is het Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaart, en dan loopt het weer storm in Lourdes. Ook Brussel heeft haar eigen heilige grotten, én bijbehorende bedevaarders.

Bij gebrek aan the real thing superieure substituten creëren, het is altijd een Brusselse specialiteit geweest. Het hoofdstedelijk gemis aan een rivier heeft men bijvoorbeeld gecompenseerd met de inplanting van fonteinen. En zo hebben we ook onze eigen heilige grot gefabriceerd, gewijd aan Maria, moeder van Jezus Christus.

Het leeuwendeel van de Brusselse grotten hebben we te danken aan een gebeurtenis van 150 jaar geleden. Maria zou in de omgeving van Lourdes verschenen zijn aan Bernadette Soubirous. Hoewel de Heilige Maagd geen speleologe of alpiniste was, wordt het gebeuren steeds in de grot van Masabielle gesitueerd.

En omdat Onze-Lieve-Vrouw Hemelvaart traditiegetrouw op 15 augustus valt, vormt onder meer het Onze-Lieve-Vrouwdomein aan de Leopold II-laan te Jette in deze dagen het middelpunt van vieringen en minibedevaarten. Naast de grot staan er diverse beeldengroepen en kapelletjes voor de vijftien mysteries van de rozenkrans en voor de staties van de kruisweg.

Veertiendaagse naar Lourdes
Het gemis aan rotsformaties deed zich vanaf het midden van de negentiende eeuw tot in het begin van de twintigste eeuw ongemeen hard voelen. Plots had de Brusselaar geen baksteen meer in de maag, maar een natuursteen.

In alle mogelijke ordes van grootte en in diverse materialen werd dus het exemplaar van Lourdes nagebouwd. Het ware werk was een exacte kopie met alle steenhopen en spleten op hun plaats. Gespecialiseerde architecten-rocailleurs trokken voor een veertiendaagse naar Lourdes om, op kosten van hun opdrachtgever, de miraculeuze site driedimensionaal op te meten. Maar de inwoners van Lourdes waren toen al gereputeerde middenstanders. De plannen waren dus gewoon te koop bij de plaatselijke landmeters. Toch bewezen de architecten hun onontbeerlijkheid: ook toen deden de doe-het-zelvers en zwartklussers aan oneerlijke concurrentie. Bouwtechnisch is een dergelijke constructie echter geen sinecure. Menig resultaat van huisvlijt stortte in, dikwijls zelfs al tijdens het bouwproces.

Firma's zoals Aubert Blatton te Schaarbeek, die ook cementen beelden vervaardigde, leverden hun constructie al of niet gemeubeld af: compleet met altaar, kerkmeubilair, souvenirkiosk en natuurlijk het beeld van Onze Lieve Vrouw.

Houten grot
Het Mariagadget dat in de loop der tijden het vaakst verkocht werd, was een flesje in zacht plastic met gewijd water. Het eerste waterrantsoen kwam rechtstreeks uit de miraculeuze bron, en er werd zuinig mee omgesprongen. Maar het kon nadien bijgevuld worden met water, gewijd door de parochiepriester. Bovenaan had het een blauwe (een kleur die met Maria werd geassocieerd) spuitkop, in de vorm van een kroontje. Het recipiënt was een onontbeerlijk attribuut bij de strijkplank. Telkens als vrome strijksters het wasgoed besprenkelden, prevelden zij 'Ave Maria'. De voorloper van het stoomstrijkijzer.

Talloze kloosters, scholen, pastorijen of privéwoningen konden bogen op een grot of een rotspartij. Het minder bekende, want ingesloten Monsantopark te Sint-Pieters-Woluwe was vroeger het klooster van de Zusters Franciscanessen; een deel van het klooster en de grot ontsnapten aan de slopershamer. De grot was een geschenk van de congregatie aan Moeder Overste voor haar zilveren jubileum. Jos van den Breede, directeur van het Sint-Lukasarchief, haalt een uniek exemplaar uit de vergetelheid. "In de voormalige Franciscanerkerk te Schaarbeek staat, in een zijkapel naast het koor, een houten grot: niet in cement maar compleet in hout gesculpteerd! Wij als SLA hebben in de kerk jaren ons hoofdkwartier gehad, maar verkochten haar tenslotte aan Roemeense gelovigen omdat we niet meer konden instaan voor onderhoud en restauratie. De houten grot kan dus tijdens de kerkdiensten bewonderd worden."

Vrijzinnige grotten
Maar ook buiten de religieuze context werden er ijverig grotten gebouwd.
Grote middelen werden niet geschuwd. Een legertje van 350 werklozen sjouwde met enorme brokken steen in het Schaarbeekse Josaphatpark. Een compleet rotsmassief verrees er en in de talrijke waterloopjes kwamen reuzenkeien te liggen om watervalletjes te doen klateren. Loopbruggen in nieuwe betonsoorten en gewapend cement zagen er alsof zij uit knoestige boomstammen bestonden.

De grot van de Maria Louizasquare had iets van een operadecor. De gardien, compleet met snor en kepie, stond bij voorkeur op een mini-eilandje pal in het midden van de grotopening en liet zich daar met plezier vereeuwigen.

Het leeuwendeel van dit bouwkundig erfgoed ging verloren. In de ruime tuin van hun klooster in de Warmoesstraat 79, te Sint-Joost, sloopten de Dominicanessen zelf hun grot "omdat zij lelijk was en bovendien waterinsijpeling veroorzaakte". Naar verluidt brak een nieuwe eigenaar in Anderlecht de grot aan de zijkant van zijn woning af, omdat hij zo net genoeg ruimte kreeg voor een garage.
Nu worden de resterende getuigenissen van de rocailleurskunst wel naar waarde geschat: rustieke bruggen en complete rotspartijen worden gerestaureerd. De Japanse rotstuin onder en rond de Japanse toren zou gebukt gaan onder bouwtechnische problemen; er wordt naar oplossingen gezocht. In Ukkel wordt sinds kort een opleiding tot 'cimentier-rocailleur' georganiseerd. Broodnodig, want de specifieke vakkennis dreigde definitief verloren te gaan.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Jette, Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni