Interview

Managementjargon doorgelicht: 'Neoliberalisme pleit tegen zichzelf'

Danny Vileyn
© BRUZZ
09/11/2016

Drie Brusselaars, drie professoren ook, hebben zich over het jargon gebogen dat managers bezigen. Dat jargon is niet onschuldig, weten zij. Waar ‘ethisch ondernemen’ en ‘functioneringsgesprekken’ volgens de auteurs echt voor staan, wordt haarfijn uitgelegd in ‘Klein lexicon van het managementjargon’.

Volgens Van Dale, het Groot woordenboek der Nederlandse taal, betekent lexicon: 1. (wetenschappelijk) woordenboek; 2. Encyclopedie; 3. Woordenschat van een taal of van een bepaald schrijver. Het ‘Klein Lexicon van het managementjargon’, zoals de bescheiden titel luidt, geeft niet alleen definities, sommige lemmata zijn beschrijvend, andere daarentegen zijn ironisch en van nog andere is de humor zo scherp dat ze wrang overkomen. Net die meerstemmigheid maakt het boek spannend, bijwijlen zelfs opwindend, een ervaring die niet meteen met woordenboeken of encyclopedieën wordt geassocieerd. En toch.

RITCS
Rudi Laermans, hoogleraar theoretische sociologie en vicedecaan van de Faculteit Sociale Wetenschappen aan de KU Leuven, schreef het boek samen met zijn KU Leuven-collega Lieven De Cauter, die ook lesgeeft aan het Brusselse RITCS en met diens RITCS-collega Karel Vanhaesebrouck. Laermans: “De kiemen van het boek zijn gelegd aan het RITCS, maar toen het project niet van de grond kwam, hebben wij met ons drieën het boek geschreven. Of de scherpste humor wrang overkomt? Dat oordeel hoort de lezer toe.”

Ideologisch gekleurd
De newspeak van managers bestaat uit woorden als niches, targets, formats en content. Het zijn termen die zich voordoen als neutraal, maar ideologisch gekleurd zijn. Volgens het boek is content inhoud zonder inhoud. Leest u even mee: “Bij een blik witte bonen in rode saus is de content wat in het doosje zit: witte bonen in rode saus dus. De uitdrukking content is dan onproblematisch en kan eenvoudig worden vertaald als inhoud, maar in een bedrijf of school, tijdens een vergadering of bij een powerpointpresentatie, slaat dat woordje niet op de inhoud, maar op inhoud-ontdaan-van-inhoud. Lege inhoud dus: inhoudsloze inhoud. Content is inhoud als product, niet als proces. Content is inhoud zonder dat er over die inhoud kan of mag worden nagedacht. Content roept geen vragen op, vergt geen verdere analyse en verzet zich daar zelfs tegen.”

En nog: “Content is om het even wat, de X moet worden gepackaged, geformatteerd, gemerchandised en gemarketeerd.” De tweede definitie bevat alweer vier nieuwe woorden die gefileerd worden.

Vals universalisme
Laermans licht het kader waarin managementtaal wordt gebruikt toe: “Het managementjargon is het taalgebruik van organisaties die worden gerund zonder erkenning van hun specificiteit. Bedrijven, universiteiten, ziekenhuizen, het zijn allemaal organisaties waarop dezelfde woordenschat en managementprocedures worden losgelaten. Ze creëren een vals universalisme, het taalgebruik van managers is het propaganda-instrument van de neoliberale ideologie. De geesten worden door een nieuwe taal gebrainwasht.

De idee er achter is: alles wordt efficiënt als het vermarkt wordt, ook kinderdagverblijven en rusthuizen, ook universiteiten en gevangenissen. Bovendien moet iedereen in een harde concurrentiële omgeving zijn capaciteiten maximaliseren.”

Chicagoschool
Hiermee staan we heel ver van het pact dat arbeid en kapitaal gesloten hebben na de Tweede Wereldoorlog en waaraan België zijn overlegmodel te danken heeft. Laermans: “Het neoliberalisme heeft een lange voorgeschiedenis. Het is ontstaan aan de Chicagoschool met economen zoals Milton Friedman, er werd mee geëxperimenteerd in staten zoals Chili onder Pinochet. Ronald Reagan was de eerste die het neoliberalisme in praktijk bracht in de VS, in Europa was dat Margaret Thatcher.”

De grote doorbraak kwam er met de val van de Berlijnse muur. Laermans: “Toen de muur viel in 1989 zaten de sociaaldemocraten in het defensief. Ze wezen het communisme af, maar konden het wel gebruiken als afschrikmiddel in onderhandelingen, zij waren immers geen communisten. Toen het Oostblok het neoliberalisme omarmde en ook China vermarkte, wist de sociaaldemocratie dat de klassieke socialistische recepten niet meer werkten.

Vandaar de newspeak van de Britse premier Tony Blair met ‘De Derde weg’, toen is het managementjargon ook in maatschappelijke sferen binnengedrongen waarin het voordien niet thuishoorde, zoals de overheid, zorginstellingen en onderwijs. Het managementdenken is het Vlaams onderwijs binnengedrongen toen Luc Van den Bossche voor de SP minister van Onderwijs was.”

Niet alleen voor managers
‘Mondhygiëne voor managers’ was de eerste titel van het boek, maar uiteindelijk werd gekozen voor ‘Klein lexicon van het managementjargon’, omdat de auteurs niet de indruk wilden wekken dat het boek alleen voor managers bestemd was, al mogen die het uiteraard ook lezen.

Een analyse werkt verhelderend, maar wat moeten tegenstanders ondertussen aanvangen met het managersjargon? Laermans: “Eerst en vooral termen zoals ‘assessment’ en ‘systemen van kwaliteitscontrole’ niet meer gebruiken, maar ook afstappen van de praktijken waarnaar de termen verwijzen.

Trouwens, als alle werknemers zich permanent zouden gedragen als bikkelharde concurrenten zoals het neoliberalisme aanprijst, dan zou niemand een collega in tijdnood bijstaan of een taak van een zieke collega overnemen. Iedereen zou zich permanent afvragen: ‘Wat zit er in voor mij?’ Geen enkele organisatie zou nog functioneren. De neoliberale ideologie pleit dus tegen zichzelf.”

Herstel
Wat volgens Laermans nodig is, is een herstel van de specificiteit van organisaties en van vertrouwen en engagement. “Het is ondertussen duidelijk dat het neoliberale management niet efficiënt is en veel duurder dan een systeem dat op vertrouwen en professionalisme steunt. In een organisatie die op neoliberale leest geschoeid is, zijn er veel dure managers nodig en veel meer coördinatoren dan in een ‘andere’ organisatie, net omdat er geen vertrouwen is. In neoliberale organisaties is het personeelsverloop veel groter en ook dat kost geld, want nieuwe mensen moeten iedere keer opnieuw opgeleid worden.”

“Hier en daar begint het ook in managerskringen voorzichtig door te dringen dat de neoliberale aanpak niet werkt, al zullen we nog een paar generaties managers moeten uitzweten. Ze zijn opgeleid aan universiteiten en businessschools, waar ze gesocialiseerd werden in het neoliberalisme, ze bevrouwen en bemannen vandaag de managersposten.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni