Meer stadsbendes, minder criminaliteit

In het Brussels gewest zijn 24 stadsbendes actief. Twee jaar geleden waren dat er nog maar 18. Meer bendes dus maar die pleegden samen wel minder criminele feiten. In totaal zouden 450 jongeren lid zijn van zo'n bende, de gemiddelde leeftijd ligt op 27 jaar. De cijfers werden woensdag bekend gemaakt tijdens een studiedag over stadsbendes.

Sinds de oprichting in 2009 van een speciale cel die zich enkel bezighoudt met stadsbendes, heeft de lokale politie meer stadsbendes in kaart gebracht. Momenteel zijn er 24 actief. Twee jaar geleden waren dat er 18.

Minder feiten
Opvallend is wel dat de bendes minder criminele feiten plegen. "In 2008 werden nog meer dan 500 misdaden gepleegd," zegt commissaris Stefaan Van Belle aan brusselnieuws.be. "In 2009 waren dat er ruim 100 minder en die daling zet zich dit jaar verder, zij het minder spectaculair. We zien dat ons intensieve werk resultaat oplevert. We kunnen daders veel sneller identificeren."

Meer dan 90 procent van de misdaden gepleegd in bende zijn gericht tegen leden van een rivaliserende bende of van de eigen bende. Bij voorbeeld als een jong lid niet de verwachte hoeveelheid drugs heeft verkocht. Meestal gaat het om geweldplegingen. Groepsverkrachtingen komen enkele keren per jaar voor. Dat kan als initiatieritueel voor nieuwe leden of als revanche tegen een familielid van een andere bende. "Er zijn echter ook bendes die heel vriendschappelijk met elkaar omgaan."

Vrouwelijke bendes
Van de 24 bendes is bijna tachtig procent actief in de politiezone Brussel-Elsene. De overige bendes hangen rond in Evere, Schaarbeek, en Sint-Joost. Een kwart van de bendes wordt gevormd door jongeren van Noord-Afrikaanse origine. De rest door zwarte Afrikanen. Alle gerepertorieerde leden zijn mannen. "Er bestaan wel vrouwelijke bendes maar die houden het bij vechtpartijen of af en toe een gestolen gsm dus die krijgen niet het etiket stadsbende," klinkt het.

"In het Brussels gewest hebben 450 jongeren de status van 'harde kern' of 'wannabe' binnen een stadsbende. Die laatste vormen de tweede cirkel van de groep," zegt Van Belle. Sommige bendes verdwijnen maar die worden snel opgevolgd door nieuwe, jongere bendes. "Als de leden een bepaalde leeftijd bereiken stoppen ze met de bendeactiviteit. Bij voorbeeld omdat ze een gezin moeten onderhouden. Omdat ze meestal geen diploma hebben, blijven ze vaak wel crimineel actief. Ze plegen fraude of verhandelen drugs."

Opgeblazen
Tijdens de studiedag betreurde burgemeester Thielemans (PS) dat de stadsbendes te vaak opgeblazen werden in de media. Dat zorgt volgens hem voor een opbod tussen de verschillende bendes die zich dan 'te goed doen aan wat er over hen verteld wordt in de pers."

Brussels gemeenteraadslid Els Ampe (Open VLD) vindt dat burgemeester Thielemans op die manier zijn verantwoordelijkheid afschuift in het debat over stadsbendes. "Het is altijd de schuld van iemand anders," aldus Ampe. "Wanneer stelt de burgemeester eindelijk zijn eigen verantwoordelijkheid in vraag." Ampe zal Thielemans over de kwestie interpelleren op de volgende gemeenteraad.

Vijf agenten van de sectie stadsbendes houden zich dagelijks bezig met de analyse van pv's op zoek naar bekende namen. "Een groep krijgt de naam 'stadsbende' gedurende 14 maanden na twee delicten gepleegd in een periode van zes maanden," aldus nog commissaris Van Belle.

Gewestelijke aanpak?
"Het 
is 
ongelofelijk 
dat 
we 
van 
één 
Brusselse 
gemeente 
moeten 
vernemen
 dat
 er 
in 
heel 
het 
gewest 
24 
stadsbendes 
actief 
zijn," reageert parlementslid Sophie Brouhon (SP.A). "
Als 
we 
dit 
fenomeen
 niet 
gecoördineerd
 bestuderen
 kunnen
 we 
het 
ook 
niet 
gecoördineerd
 aanpakken, 
en 
dan 
verschuift
 de
 problematiek 
zich 
alleen 
maar 
van 
de 
ene 
naar
 de
 andere 
gemeente. Minister-president 
Charles
 Picqué (PS) 
moet 
meer 
durf 
aan 
de 
dag 
leggen 
en 
het 
Brussels 
veiligheidsbeleid
 coördineren
 en
 aansturen."

SP.A vraagt 
de
 "snelle 
oprichting 
van 
het 
reeds 
in 
2006 
aangekondigde Brussels
 Observatorium 
voor 
de 
Veiligheid
 en 
de 
Misdaadpreventie 
evenals 
een 
gecoördineerde
 gewestelijke 
aanpak 
van 
de 
stedelijke 
crimlinaliteitsfenomenen
 zoals 
stadsbendes.
"