MIVB verdoezelt graffiti met fotostickers

De MIVB maakt in haar stations gebruik van zelfklevende fotostickers om hardnekkige graffiti die niet te verwijderen valt alsnog uit het zicht te krijgen. “Het zuur dat sommige graffitispuiters aan hun verfstof toevoegen zorgt ervoor dat de steen permanent beschadigd blijft. Er een foto van de muur over kleven is dan de beste oplossing.”

Metrostation Schuman is nog maar net vernieuwd of het wordt alweer geteisterd door vandalisme. Sinds januari duiken er op de muren van de halte weer regelmatig graffititags op. Als oplossing voor het probleem, koos de MIVB ervoor om gebruik te maken van zelfklevende fotostickers.

Ceçi n'est pas une pierre

“Het is de meest efficiënte oplossing. We hebben foto’s laten maken van de muurstenen in de stations en daarvan zelfklevende kopieën laten maken in vinyl die we op de beschadigde plekken aanbrengen", zo legt de Meeûs uit. “Van ver kan je het verschil nauwelijks zien, maar wie wat dichterbij gaat kijken zal de ‘valse’ exemplaren er onmiddellijk kunnen uithalen.”

Sommige spuiters maken gebruik van zuur in hun verfstof waardoor de tekening niet langer te verwijderen valt met de gekende technieken.

“Het is schandalig”, is Brieuc de Meeûs, directeur van de MIVB, in Le Soir duidelijk. “Ik hou absoluut niet van deze inkervingen. De spuiters verantwoorden zich voor hun daden door hun tekeningen te bestempelen als street-art, maar dat gaat er bij mij niet in. Dan voeg je geen zuur toe aan je verfstof.”

Visuele vervuiling

In het station Schuman is er deze maand al een tiental keer een vervangfoto aangebracht. De MIVB probeert om alle tags binnen de 24 uur te verwijderen om zo een sneeuwbaleffect te voorkomen. Het is zich wel bewust dat de foto's de vandalen niet zullen tegenhouden om zich verder in de stations uit te leven.

“Sommigen riskeren hun leven om een tekening op hun gedroomde plek aan te brengen. Voor hen is dat een adrenalinekick, maar wij zien het als visuele vervuiling. Als ze nu eens een Rembrandt zouden namaken, dat zou mooi zijn”, besluit de Meeûs.