Nauwelijks nog groei voor Nederlandstalig onderwijs

Dit schooljaar zitten er in Brussel 175 leerlingen meer achter een Nederlandstalige schoolbank dan vorig jaar. De stijging mag dan wel een nieuw record opleveren, het groeipercentage is ook het laagste van de afgelopen tien jaar. Het secundair onderwijs krimpt zelfs. Dat blijkt uit cijfers die brusselnieuws.be opvroeg.

De jaarlijkse septembertelling van het Nederlandstalig onderwijs telde 36.999 hoofden in de klassen, het buitengewoon onderwijs niet meegerekend. Dat zijn er 175 meer dan het vorig schooljaar of een stijging van 0,5 procent. Meteen het laagste groeipercentage sinds het schooljaar 2000-2001. Dat blijkt uit cijfers van de Vlaamse gemeenschapscommissie (uiteraard voor het hele Brusselse gewest).

De oorzaak voor de lagere groei ligt hoofdzakelijk bij het secundair onderwijs. Daar daalde het leerlingenaantal met 266 studenten tot 12.355, het laagste totaal sinds 1 september 2005. "Daarvoor hebben we niet meteen een verklaring," zegt Steven Vervoort, directeur Onderwijs en Vorming aan de Vlaamse Gemeenschapscommissie (VGC). "Het kan nog om de naweeën gaan van de sluiting van het Heilig Hartinstituut in Ganshoren, maar dat is niet zeker. We moeten wachten op nieuwe cijfers in februari voor we de oorzaak kennen."

Zijn er dan meer kinderen die na het lager onderwijs naar een Franstalige school overstappen? Socioloog en onderwijskenner Rudi Janssens (VUB) denkt het niet. "Uit onderzoek blijkt net de omgekeerde trend. Steeds meer leerlingen blijven na het lager net in een Nederlandstalige school."

Wel meer kleuters en lagere schoolkinderen
Het aantal kleuters steeg wel met 0,8 procent tot een totaal van 10.177. Dat is een recordaantal. "Maar de stijging blijft wel beperkt, simpelweg omdat de klassen vol zitten," zegt Vervoort. "Bovendien gaat het hier om een telling op 1 september, in de loop van het schooljaar schrijven zich nog veel kleuters in."

De grootste groei is voor het lager onderwijs. Daar kwamen 361 leerlingen bij (+ 2,6 procent). Dat brengt het totaal op 14.467. "Dat is de demografische golf die zich doorzet naar het lager onderwijs," aldus nog Vervoort. "Verder kozen Franstalige ouders vroeger nog al eens voor het Nederlandstalig kleuteronderwijs, maar vertrokken de kinderen eens ze naar het lager moesten. Dat zie je nu niet meer, de kinderen die zich inschrijven voor het kleuteronderwijs blijven in bijna alle gevallen ook in het lager en middelbaar."

In totaal telt het Nederlandstalig onderwijs in Brussel nu net geen 37.000 leerlingen, een record. Sinds 1 september 2000 kwamen er meer dan 5.000 leerlingen bij.

Circa 20 procent van alle kinderen die in Brussel naar school gaan - basis- en secundair onderwijs - doen dat in een Nederlandstalige school.