Onderzoek ontkracht geruchten over bedelaars

Bettina Hubo
© Brussel Deze Week
01/02/2007
Een autochtone bedelaar in Brussel krijgt veel meer giften dan een bedelende Roma-vrouw. Maar de meeste Belgische bedelaars zijn dakloos, terwijl Roma-vrouwen doorgaans wel een dak boven het hoofd hebben. Dit zijn enkele conclusies uit de studie die KUB-Ehsal-onderzoekster Ann Clé deed naar het fenomeen bedelarij in Brussel. Waarvoor ze overigens zelfs de bedeltoer opging.

Het uitgangspunt van het onderzoek was de vaststelling dat de media en de politici er niet voor terugschrikken om uitspraken te doen over bedelaars, terwijl tot dusver nooit wetenschappelijk onderzoek naar het fenomeen is verricht.

"Over bedelaars worden de wildste beweringen gedaan. Dat Roma-vrouwen hun kinderen hoestsiroop geven om ze rustig te houden, bijvoorbeeld. Maar dat is nooit onderzocht," zegt Ann Clé.
Ze besloot zich aan het onderzoek te wagen. Eerst probeerde ze te achterhalen hoeveel mensen er regelmatig bedelen in Brussel. Bedelaars zijn voor haar mensen die om geld vragen zonder enige vorm van tegenprestatie. "Dus niet de straatmuzikanten, verkopers van de daklozenkrant of clochards." Om een idee te krijgen van hun aantal, maakte ze, met behulp van politie en straathoekwerkers, een inventaris van alle plaatsen in de stad waar regelmatig gebedeld wordt. In totaal werden er 255 plekken gevonden. "De meeste plaatsen liggen natuurlijk in het centrum. Absolute topper is de Nieuwstraat. Daar tref je op een drukke dag makkelijk 25 bedelaars aan. Buiten de Vijfhoek zit er af en toe ook wel een bedelaar op een markt of bij een supermarkt."

Een schatting maken van het aantal bedelaars was niet simpel omdat bedelarij een nogal volatiel fenomeen is. "Sommige bedelaars waren na enkele maanden verdwenen. Uiteindelijk hebben we er 265 geregis­treerd. Tweehonderd dertig van hen heb ik, met de hulp van enkele studenten, geïnterviewd. De overigen wilden niet of konden we niet verstaan. We hadden immers alleen een Roemeense tolk bij ons," aldus Clé.

Om de bedelaars te stimuleren om mee te werken aan het onderzoek, gaven de interviewers hun vijf euro. "Dat was voor hen een belangrijke prikkel om mee te werken. Ik vind het logisch dat we hun iets gaven. Terwijl ze met ons zaten te praten, konden ze niet bedelen." Van veertig mensen werd een diepte-interview afgenomen. "Dat gebeurde in een café, met een drankje. Die mensen kregen ook iets meer."

Roma
Wie zijn de bedelaars in Brussel? De meeste - 150 van de 265 - zijn Roemeense Roma-vrouwen. "Dat is frappant. Tien jaar geleden was het beeld helemaal anders. Toen waren de meeste bedelaars mannen met een drankprobleem."
De Roma-bedelaars worden volgens Clé niet langs de straten gedropt door bendes, zoals vaak beweerd wordt. "Een jaar of zes geleden heeft de politie weliswaar een bende opgerold die gehandicapte Roemenen liet bedelen, maar zulke netwerken van uitbuiting zijn later niet meer aangetroffen. De Roma-vrouwen leven natuurlijk wel in netwerken, maar dat zijn 'eigen' netwerken van familie en bekenden met wie ze samendrommen op een appartementje en met wie ze soms de zorg voor de kinderen delen."

De andere bedelaars zijn, op een enkele Portugees of Marokkaan na, Belgen, die meestal dakloos zijn. Hun leeftijd varieert heel sterk. "Ik heb gesproken met een jonge, gezonde vrouw van 23. Zo iemand kan toch makkelijk gaan werken, denk je op het eerste gezicht. Maar wat alle bedelaars gemeen hebben, is een trauma. Dat hoeft niet altijd een heel spectaculaire gebeurtenis te zijn. Het verlies van een partner leidt er bij sommigen toe dat ze gaan drinken, hun werk kwijtraken en vervolgens ook hun woonst. Bij de Roma-zigeunervrouwen ligt het anders. Zij bedelen omdat ze niet veel anders kunnen. Ze missen elke basisopleiding, spreken de taal niet en komen dus niet aan de bak, ook niet in het zwarte circuit. Neen, ik heb niemand gesproken die uit overtuiging, uit vrije wil bedelt."

Gezin stichten
Toch is het Clé opgevallen dat de meeste bedelaars nog toekomstverwachtingen hebben. "Op onze vraag hoe ze de toekomst zien, antwoordden de meesten dat ze hopen dat ze weer kunnen gaan werken en een gezin stichten. Dat trof me, want ik dacht altijd dat bedelen de allerlaat­ste stap is."
Clé heeft ook kunnen achterhalen wat bedelen oplevert. Daarvoor heeft ze bedelaars geobserveerd en opgeschreven hoe vaak ze iets kregen. Maar ze is ook zelf gaan bedelen. "Ik ben meermaals vermomd als Roma-zigeunerin in de Nieuwstraat gaan zitten. Mijn promotor zat op een andere plek, verkleed als dakloze bedelaar."
Wat blijkt? Een Roma-vrouw krijgt gemiddeld 0,98 euro per gift, terwijl een autochtone man gemiddeld 0,84 euro krijgt. Maar de Belgische bedelaar krijgt per uur veel meer giften. Clé: "Als een autochtone bedelaar vijf dagen per week gedurende vijf uur bedelt, dan heeft hij na een maand ongeveer negenhonderd euro. Een Roma-vrouw komt met moeite aan 350 euro. Haar kinderen meenemen levert haar nauwelijks extra muntjes op. Zij moet dus heel lange dagen kloppen om te overleven."

Moed indrinken
Door zelf in de huid van een bedelaar te kruipen, kon Clé aan den lijve ervaren hoe vernederend het is om zo aan de kost te komen. "Je schaamt je dood. Dat hoorde ik ook van vele bedelaars, ze vertelden me dat ze in het begin moesten drinken om te durven bedelen. Na verloop van tijd vinden ze het niet meer zo erg om voortdurend genegeerd te worden. Maar de agressie van de voorbijgangers went nooit. Hoe vaak roepen mensen niet: 'Ga werken' of 'Haal je kind van straat.' Ook gebeurt het dat hun bekertje met geld met opzet weggeschopt wordt of dat ze in het gezicht gespuwd worden."

Clé maakte het zelf ook mee in de Nieuwstraat. "Ik zat voor de Inno en al vlug kreeg ik van een veiligheidsagent te horen dat ik niet zo dicht tegen de winkel aan mocht zitten. Vervolgens kwam een politiepatrouille me zeggen dat ik te dicht op straat zat. Drie keer ben ik moeten verhuizen. En de toon waarop dat gezegd wordt - alsof je een stuk vuil bent."
Dat gebrek aan respect stoort Clé. "Bedelarij is niet verboden. Het verbod op bedelarij is in 1993 afgeschaft. Waarom worden die mensen dan weggejaagd? Waarom wordt er zo repressief opgetreden? Dit kun je toch geen duidelijk overheidsbeleid noemen. Er is nu een wetsvoorstel in de maak om kinderbedelarij te verbieden. Zelf vind ik het ook schandalig dat Roma-vrouwen met kinderen gaan bedelen. Maar ik vind het nog erger dat je zo'n verbod uitvaardigt en vervolgens geen degelijk alternatief biedt. In Molenbeek zoeken het OCMW, de Foyer en de politie wel naar oplossingen, maar voor de rest gebeurt er niets voor deze vrouwen. Dat is pas inhumaan."

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni