Portret

Turken en Syriërs in Brussel: ‘We wilden allemaal iets doen, stilzitten ging niet’

Anke Dirix, Eva Christiaens
© BRUZZ
15/02/2023
© Saskia Vanderstichele | De Turkse en Syrische gemeenschap in Brussel leeft mee met de slachtoffers van de aardbevingen van 6 februari 2023: Mazlum Guzel, Obad, Cismir Rukiye, Obada en Yazan Rajab.

Sportzalen vol dekens en steunbetuigingen in alle vormen. De aardbeving in Turkije en Syrië toont hoe onlosmakelijk heel wat Brusselaars verbonden zijn met de gebieden waar de catastrofe plaatsvond. “Het enige wat we kunnen doen, is solidariteit laten zien.”

"Wij voelen ons totaal machteloos. Voor velen onder ons zijn de beelden die we op het nieuws te zien krijgen flashbacks naar een oorlog die nog niet eens voorbij is. Het enige wat we kunnen doen, is solidariteit laten zien. Daarom zijn we hier bijeengekomen op het Schumanplein en hebben we binnen de Syrische gemeenschap een paar inzamelacties op poten gezet.”

“De beelden op het nieuws zijn voor ons flashbacks naar de oorlog“

Yazan Rajab komt uit Syrië en probeert om hulp rechtstreeks naar de bevolking te sturen

Portretten Turkse en Syrische gemeenschap na aardbevingen van 6 februari Yazan Rajab

“De spullen die we verzamelen, proberen we ook echt tot in Syrië te krijgen. Dat is niet evident, want we horen van overal dat hulpdiensten en materialen massaal worden doorgestuurd naar Turkije. De grenzen zijn nog altijd gesloten en de douane laat niks door, waardoor veel hulpmiddelen niet tot bij de mensen raken die ze het meest nodig hebben. Ook de Syrische hulpdiensten hebben bijna geen werkingsmiddelen: er is amper brandstof, geen elektriciteit, geen water ...”

“Om ervoor te zorgen dat het geld en de spullen die we inzamelen tot bij de juiste mensen raken, hebben we een aantal contactpersonen ter plaatse. Mensen die we vertrouwen en naar wie we bijvoorbeeld geld overschrijven, zodat zij er de bevolking mee kunnen helpen. Ook het materiaal dat we inzamelen, proberen we op die manier te verdelen. Die contactpersonen houden ons op de hoogte van de situatie ter plaatse, momenteel is die uiteraard verschrikkelijk. De mensen in het noordwesten van Syrië wonen al twaalf jaar lang in oorlogsgebied, de staat van de gebouwen is er zo slecht dat zelfs een lichte naschok volledige huizen en appartementsblokken vernielt.”

Turkse en Syrische gemeenschap in Brussel na de aardbevingen van 6 februari inzameling hulpgoederen
© Saskia Vanderstichele | De aardbeving beroert de Turkse en Syrische Brusselaars: ‘Ons moederland blijft in ons hart.’

“Dit is intussen mijn vierde nacht zonder slaap. Ik merk ook in mijn omgeving dat de stress zijn tol begint te eisen. Velen onder ons hebben nog familie en vrienden in Syrië en Turkije, ik ook. Mijn vader en broer zijn momenteel in Hatay, een Turkse stad in het centrum van de crisis. Mijn papa woont in België, maar was op bezoek bij mijn broer die in Turkije woont. Ik ben dubbel zo bezorgd, maar het biedt mij ook troost om te weten dat ze samen zijn. Intussen weet ik dat ze allebei veilig zijn, maar mijn broer is opnieuw alles verloren. Zijn winkel, zijn appartement, zijn job …”

“Iedereen uit mijn land kent wel iemand die naar het getroffen noorden is gevlucht“

Obada komt uit Syrië en zoekt humanitaire steun voor zijn thuisland

Ik ben in 2015 alleen aangekomen in Brussel en heb hier nu een twintigtal goede vrienden uit Syrië. Je kan onze gemeenschap niet vergelijken met de Turkse. Wij zijn hier misschien tien jaar, zij al drie generaties. Wij maken vandaag mee gebruik van hun hulpacties om geld en spullen in te zamelen, maar we vrezen dat het uiteindelijk niet allemaal in Syrië zal raken. Nochtans zijn de wegen open en wordt het getroffen gebied niet gecontroleerd door president Assad. Het argument dat de hulp niet binnen mag of kan, klopt niet voor mij.”

Portretten Turkse en Syrische gemeenschap na aardbevingen van 6 februari 2023: Obada
© Saskia Vanderstichele | Obada kwam in 2015 uit Syrië in ons land aan: “Ik heb nog altijd geen nieuws van sommige vrienden uit de regio.”

“We voeren nu de druk op de Belgische en Europese politiek op om ons te helpen. De stad Idlib is helemaal verwoest, maar er zijn geen goede graafmachines of buitenlandse reddingswerkers. Mensen liggen al dagen onder het puin. Ik heb nog altijd geen nieuws van sommige vrienden uit de regio. Misschien liggen ze nog onder de brokstukken. Andere vrienden liggen in het ziekenhuis, nog een andere groep is oké. Mijn eigen familie woont in de hoofdstad Damascus, maar iedereen in Syrië kent wel iemand die de laatste jaren naar het noorden is gevlucht. Vaak zijn dat mensen die mee hebben betoogd tegen president Assad. Ook ik ben moeten vluchten omdat ik had deelgenomen aan demonstraties. Daarom zeg ik mijn familienaam nog altijd liever niet.”

“Intussen heb ik al twee jaar Belgische papieren. Ik heb een vaste job en huur een veel te dure studio in mijn eentje. Ik merk nog veel discriminatie op de huurmarkt. Ik zoek al zes maanden naar een groter appartement, zodat mijn vrouw bij mij kan komen wonen, maar ik word overal afgewezen of naar mijn afkomst gevraagd. Mijn job heb ik uiteindelijk zelf mee gecreëerd omdat ik geen werk vond. Met We Exist helpen we Syrische vluchtelingen in hun zoektocht naar werk en organiseren we etentjes en kooklessen in Brussel. En nu hameren we op meer hulpverlening en professionele evacuatieteams in Syrië. Als we het van Assad laten afhangen, vrees ik dat alle hulp al gestolen en doorverkocht is voor die het noorden bereikt.”

“Het enige lichtpunt is dat je merkt dat mensen heel solidaire wezens zijn”

Mazlum Guzel komt uit Turkije en is geraakt door de grote solidariteit

Ik ben afkomstig van Elâzığ, een randprovincie van Malatya, een van de plekken die het zwaarst getroffen zijn door de aardbeving. Toen ik vier was, heb ik zelf ook een aardbeving meegemaakt. Ik kan mij er niet heel veel van herinneren, maar weet nog dat ik wakker werd en iedereen plots buiten stond.”

Portretten Turkse en Syrische gemeenschap na aardbevingen van 6 februari 2023: Mazlim Guzel
© Saskia Vanderstichele | Mazlum Guzel: “Ik heb zoveel berichten gekregen van mensen die wilden weten hoe het met mij en mijn familie gaat.”

“Op mijn vijfde ben ik naar België verhuisd, maar een groot deel van mijn familie woont nog altijd in Turkije. Niet midden in het rampgebied, maar ze hebben de aardbeving wel gevoeld. 's Nachts zijn de naschokken nog altijd vrij hevig, uiteraard zijn ze bang. Sinds kort durven ze ook niet meer in hun huizen te slapen, ook omdat ze weten wat zo'n aardbeving kan aanrichten. In 2010 heeft de hele familie het einde van de winter in tenten moeten doorbrengen door een aardbeving, in 2020 hebben ze het opnieuw meegemaakt. Ik denk dat de aangrijpende beelden op het nieuws al die emoties weer naar boven brengen.”

“Het enige lichtpunt in al deze ellende is dat je op dit soort momenten merkt dat mensen heel solidaire wezens zijn. Oké, het is een ander land en we spreken niet dezelfde taal, maar als het erop aankomt, zal die empathie ons altijd verbinden. Ik heb zoveel berichten gekregen van mensen die wilden weten hoe het met mij en mijn familie gaat. Je kunt je niet inbeelden hoeveel deugd dat doet. Maar ook op geopolitiek niveau, kijk naar Griekenland en Turkije. Die landen komen al decennnia niet goed overeen, maar vandaag zien we dat er ook hulp uit Griekenland komt.”

“De aardbeving treft ook de Turkse gemeenschap in Brussel, dat merk je op verschillende manieren. Enerzijds zijn er mensen die meteen de handen uit de mouwen steken om iedereen van materiële hulp te voorzien, acties op poten zetten … Tegelijkertijd ken ik ook veel mensen bij wie er momenteel veel frustraties naar boven komen, mensen die de huidige politiek en werking van Turkije in vraag stellen. We weten dat Turkije een aardbevingsland is. Dat daar tot op heden niet preventief op wordt ingezet, roept vragen op. Voorkomen is moeilijk, maar zeker op het valk van woningen en algemene veiligheid is er heel wat mogelijk.”

Portretten Turkse en Syrische gemeenschap na aardbevingen van 6 februari: Cismir Rukiye
© Saskia Vanderstichele | Cismir Rukiye.

“Ik kom liever hier helpen dan zoals veel anderen naar de ramp op tv te kijken”

Cismir Rukiye heeft Turkse roots en helpt kleding in te zamelen in Sint-Joost-ten-Node

Yardim betekent hulp in het Turks. Iemand heeft dat op deze vrachtwagen geschreven, want het is een wagen vol hulp. We sorteren hier kleding en hygiëneproducten om naar Turkije te sturen. Toen ik de dag na de aardbeving het aantal doden hoorde oplopen, was ik al mijn energie kwijt. Niet alleen omdat het over Turkije gaat: het is simpelweg een humanitaire ramp. We zijn die avond met verschillende verenigingen uit de buurt bijeengekomen in het gemeentehuis. We wilden allemaal iets doen, stilzitten ging niet. Dus komen we samen in de moskee om te bidden en doneren we geld aan hulporganisaties.”

“Ik ben in Brussel geboren en mijn familie is afkomstig uit Ankara, de hoofdstad. Dat is niet dicht bij het getroffen gebied en ik ken er ook niemand, maar Turken zijn over de hele wereld heel eensgezind. Ons moederland blijft in ons hart. We geven onze zakat (aalmoes voor de armen, red.) aan Turkije, we slachten elk Offerfeest een schaap in Turkije en gaan er ieder jaar op vakantie. Vandaag kijken veel gezinnen in Brussel de hele dag door naar de Turkse televisie, die de reddingsacties live uitzendt. Ik probeer dat te vermijden. Ik kom liever hier helpen om me nuttig en solidair te voelen. Zo vind ik zelf ook rust. Ik mag er niet aan denken dat ik mijn familie zou verliezen in zo'n ramp. Mijn ouders waren een maand geleden nog op vakantie in Zuid-Turkije. Het had net zo goed toen kunnen gebeuren.”

“Sint-Joost-ten-Node blijft erg Turks, maar ik zie de diversiteit verder groeien. Er wonen nu meer en meer Syriërs en Roma in mijn wijk. Natuurlijk leef ik vandaag ook mee met Syrië en hoop ik dat we hen mee kunnen helpen. Alleen kan je niets doen zolang Syrië geen toestemming geeft om de grens over te steken. We zoeken nu vooral warme winterjassen, mutsen en wanten voor Turkije.”

“Ik heb altijd geïnvesteerd in mijn gemeenschap. Ik geef Franse les aan Turkse en Bulgaarse vrouwen die hier komen wonen na hun huwelijk, maar ook Turkse les aan kinderen die hier anders alleen Frans zouden spreken. Ik vind het belangrijk dat zij hun roots en taal niet verliezen, want je taal is een deel van wie je bent. Wij zullen ons misschien nooit helemaal Belg of helemaal Turks voelen, maar om je goed te voelen, moet je beide kanten wel kennen. Ik vind dat een rijkdom.”

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel, Samenleving, aardbeving Turkije, turkse gemeenschap, Syrische gemeenschap, 1212-hulpactie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni