Menu

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni

Zigeunermuzikant Budisteanu: 'Mijn muziek is goed voor de ziel'

Karel Van der Auwera
© Brussel Deze Week
17/01/2010
"Ik voel me hier goed. Hier heb ik een eerlijke kans gekregen en ik heb ze gegrepen. Wel jammer van het kwakkelweer. In Roemenië is koud echt koud, warm echt warm. Ook de bergen mis ik; veel meer dan een molshoop vind je hier niet." Aurel Budisteanu is een Roemeense zigeunermuzikant.

De witte kattin, lekker lui uitgestrekt in de gang, kijkt nauwelijks op als Aurel Budisteanu (pseudoniem voor George Nae) me zijn bescheiden, maar keurige appartement binnenleidt. "Tita is niet makkelijk van haar stuk te brengen. Ze heeft dan ook al ruimschoots haar sporen verdiend: maar liefst 38 zoontjes en dochters heeft ze op de wereld gezet, vooraleer we haar wijselijk hebben laten steriliseren."

Als plek voor het interview kiest Budisteanu... het bed van de echtelijke slaapkamer. Voor alles moet er een eerste keer zijn. "Mijn vrouw Elena is net geopereerd aan een hernia. Ze rust in de woonkamer en ik wil haar niet storen," legt mijn gastheer zijn merkwaardige keuze uit.

"Ik ben opgegroeid in Boekarest onder Ceausescu, met zijn totalitaire regime dat door velen werd verguisd. Maar ik, ik heb nooit meegehuild met de wolven in het bos. Ik ben nu eenmaal helemaal apolitiek ingesteld. Zowel van de politiek in Roemenië als van die in België weet ik zo goed als niets af."

Van muziek weet hij dan weer des te meer. "Musiceren is een lange traditie in onze familie. Mijn ooms Ionel Budisteanu en Ion Voicu waren twee grote namen in de Roemeense muziekwereld. Ionel Budisteanu leidde het radio- en televisieorkest en was als dirigent tot over de landsgrenzen bekend; mijn andere oom was violist, dirigent en oprichter van het vermaarde kamerorkest van Boekarest. Mijn vader, die schilder was, wilde blijkbaar dat ik de familietraditie verderzette: op mijn twaalfde heb ik een kleine accordeon van hem cadeau gekregen, waarna ik les ben gaan volgen bij de bekende zigeunermuzikant Andréi Masloi. Toen ik vijftien was, heb ik mijn opleiding verdergezet aan de kunstschool van Boekarest en ben ik gaan spelen op doopfeesten, huwelijken, noem maar op. Maar het meeste verdiende ik door, van mijn zestiende af, in restaurants te spelen. Muziek en eten, hand in hand, het is een lange Roemeense traditie."

Pover loon
"Het was een deftige broodwinning. Alles was netjes geregeld, tot de arbeidscontracten toe. Na de val van Ceausescu is daar helaas verandering in gekomen. Steeds minder restaurantuitbaters waren bereid muzikanten als extra service aan te bieden, sommigen bestonden het zelfs orkesten te vragen gratis op te treden. En het is van kwaad naar erger gegaan: ik denk dat er op dit ogenblik nog amper drie restaurants in Boekarest zijn waar de maaltijden begeleid worden door een orkest."

Zes jaar geleden is Aurel Budisteanu dan naar België geëmigreerd. Economische migratie. "Net als zoveel andere Roemenen had ik het allerminst breed. Het leven was met de jaren duurder geworden, de lonen bleven pover. Voor eten en kleding moet je daar bijna even diep in de geldbeugel tasten als in Brussel, terwijl het gros van de Roemenen niet meer dan driehonderd euro per maand verdient. Met het Westen had ik al kennisgemaakt door op te treden met volksmuziekorkesten in Parijs, maar telkens was ik teruggegaan naar mijn vaderland. Uiteindelijk heeft een vriend, die violist is, mij overtuigd om met hem naar Brussel te komen. Eerst voor twee maanden, vervolgens terug naar Roemenië, dan opnieuw voor enkele maanden Brussel. Na mijn tweede verblijf heb ik samen met mijn vrouw beslist om de overstap te wagen."

"Onze twee dochters, ondertussen 30 en 31, en onze zoon, nu 22, zijn in Roemenië achtergebleven. Ze zijn getrouwd en hebben er ondertussen een leven opgebouwd. Makkelijk hebben ze het niet door de lage lonen en de levensduurte, maar als de nood hoog is, ben ik er nog om wat geld naar Roemenië te sturen. Daar heb ik geen enkel probleem mee. Mijn zoon logeert nu al een drietal maanden bij ons, omdat hij werk gevonden had in België. Samen met zijn vrouw hebben we de feestdagen gevierd. We hebben echt genoten van de laatste dagen in België samen. Morgen vertrekken ze terug naar Roemenië."

In de metro
Heeft Aurel Budisteanu het nu goed, het begin in het nieuwe land was moeilijk. "Ik kende van geen kanten mijn weg, weinig of geen mensen, ik had geen werk en sprak alleen Roemeens. Gelukkig werd ik bijgestaan door enkele Roemenen die het Frans wel machtig waren. Zij hebben mij beetje bij beetje wegwijs gemaakt. Zo hebben we ons erdoor geslagen, met vallen en opstaan. Met de jaren heb ik ook een beetje Frans geleerd. Niet door lessen te nemen, wel door anderen te horen praten en te laten vertalen wat ze zegden."

"Om te overleven ben ik op straat gaan spelen, in de metro, zoals zoveel andere muzikanten die naar hier zijn geëmigreerd. En omdat muziek nu eenmaal een universele taal is, heb ik gaandeweg een vrienden- en kennissenkring opgebouwd. Belgische vrienden, maar ook veel vrienden in Nederland. We hebben het nu goed hier, we verdienen genoeg om te eten, we hebben een comfortabel appartement en een auto. In Roemenië zou ik daar alleen van kunnen dromen."

"Ik heb ook al gemerkt dat de hele wereldkeuken in Brussel aanwezig is, er zijn zelfs twee, drie Roemeense restaurants. Het grote aanbod aan zeevruchten en vis was een openbaring voor mij. In Boekarest hadden we dat niet, in de Roemeense keuken overheerst het varkensvlees. Toch gaan we niet vaak uit eten, ook al omdat mijn vrouw een uitstekende kokkin is. Zo heeft ze al eens met veel succes gekookt voor een feest in de Foyer in Molenbeek. Ze heeft toen onder meer onze Roemeense specialiteit, sarmale , bereid. Gehakt vlees met uien, verse oregano, komijn, peterselie en rijst, gewikkeld in een blad groene kool."

Muziekpublique
Drie jaar geleden kwam voor Aurel Budisteanu de grote doorbraak in zijn zoektocht naar een beter bestaan. "Een vriend, de violist Nicola Uzur, heeft me toen in contact gebracht met de mensen van Muziekpublique. Ze bezorgden me werk en nu geef ik er al drie jaar les. Het betekent een vast salaris, dat ik kan aanvullen met optredens, zowel in Brussel, Vlaanderen en Wallonië als Nederland."

"Dit jaar heb ik in mijn klas 25 discipelen die ik leer mijn instrument, de klavier­accordeon, te bespelen. Voor het merendeel zijn dat Belgen, maar er zijn ook enkele Fransen en een Duitser bij. Jong en oud, mijn jongste leerlinge is een meisje van zes. Opvallend ook: er komen veel meer vrouwen op de lessen af dan mannen. Er zijn er natuurlijk altijd die afhaken, om allerlei redenen, maar ik heb toch twee leerlingen - een jongen en een meisje - die mijn lessen nu al drie jaar volgen en ondertussen een zeer behoorlijk niveau hebben bereikt. Niet evident, want zigeunermuziek is niet makkelijk te leren, het vergt een grote vingerbehendigheid."

"Ik heb hier in Brussel een cd kunnen opnemen met de groep die zich in 1996 is beginnen vormen rond de panfluitiste Roma Luca. Aanvankelijk bestond de groep alleen uit een gitarist, een bassist en Roma Luca zelf. Later zijn daar bijgekomen: een cymbalonspeler, een violist, mijn vrouw als zangeres en ikzelf. Een internationale mix - Roemenen, een Hongaar, een Belgische zigeuner en een ex-Joegoslaaf -, een beetje naar het beeld van Brussel zelf. We brengen Oost-Europese muziek met moderne en zigeunerinvloeden, in de traditie van Django Reinhardt. Je kunt ons gerust representatief noemen voor de zigeuner- en Roemeense muziek in België. Het is muziek die goed is voor de ziel, feestelijk in de ware zin van het woord."

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sint-Jans-Molenbeek , Samenleving