Brusselse Duivels (2): Dertig keer op het reservebankje

Michaël Bellon
© Brussel Deze Week
14/05/2014

In deze tiendelige reeks overlopen we de twaalf wereldbekertoernooien voetbal waarvoor België zich kon plaatsen, aan de hand van portretten van Brusselse Rode Duivels. Tussen 1939 en 1981 was het WK van 1954 in Zwitserland het enige waaraan België kon deelnemen. Bob Van Kerkhoven is een van de laatste internationals die het nog kan navertellen.

Bob Van Kerkhoven is dit jaar liefst negentig jaar geworden, en al heel dat leven lang is hij Molenbekenaar. Hij woont nog steeds met zijn vrouw in de gemeente waar hij gedurende twintig seizoenen de zwartrode kleuren van Daring verdedigde. Maar geregeld trok hij ook met de verhuiswagen van de firma van zijn vader waarvoor hij werkte naar de Heizel, om daar dezelfde kleuren te verdedigen.

Tussen 1951 en 1956 stond Bob Van Kerkhoven negen keer op het veld als Rode Duivel. Omdat de kapitein van Daring bij de nationale ploeg stevige concurrentie had van Louis Carré van Club Luik, belandde Van Kerkhoven dertig keer op het reservebankje. “Dat wil niet zeggen dat ik geregeld kon invallen, want vanaf de tweede helft mocht je in die tijd geen spelers meer wisselen. Zelfs niet als een ploegmaat gekwetst was. Toch ben ik altijd graag naar de nationale ploeg gegaan. Op die manier heb ik ook veel kunnen reizen.”

Een van die reizen ging dus naar Zwitserland. In Bazel en Lugano wachtten Engeland en Italië als tegenstanders op het WK. Van Kerkhovens vrouw herinnert zich nog dat ze haar man plots op televisie zag, want het WK 1954 was het eerste dat integraal op televisie werd uitgezonden. Van op de bank keek Van Kerkhoven toe hoe België in de eerste wedstrijd een 4-4 gelijkspel haalde tegen de Engelse grootmeesters die Stanley Matthews in hun rangen hadden – volgens Van Kerkhoven veruit de beste speler die hij ooit aan het werk heeft gezien. Maar in Lugano liep het mis. De vermoeidheid en de hitte resulteerden in een 4-1 verlies tegen de Italianen die in Lugano nagenoeg een thuiswedstrijd speelden. Van Kerkhoven keerde terug met een Zwitsers klokje als beloning van de voetbalbond.

Gemeenteraadslid
Van Kerkhovens beste herinnering aan de Rode Duivels dateert van twee jaar later, op 3 juni 1956. Op de Heizel waren toen 59.299 mensen, nog altijd een record voor een thuiswedstrijd van de Rode Duivels, opgedaagd voor een vriendschappelijke wedstrijd tegen de machtige Hongaren. Tussen 1949 en 1956 hebben die maar vijf van hun zeventig interlands verloren. Daaronder de discutabele WK finale van 1954 tegen Duitsland, én de wedstrijd tegen België. Van Kerkhoven scoorde het eerste doelpunt, zijn enige voor de nationale ploeg. “Dat was op een penalty. De match was nog maar tien minuten bezig, dus de druk was groot. Als ik had gemist, had ik waarschijnlijk een slechte match gespeeld.”

Maar Van Kerkhoven schoot de bal mooi in het dak van het doel, waarna België eerst nog 1-3 achter kwam, maar tenslotte met 5-4 won. Na zijn carrière was Van Kerkhoven nog zestien jaar gemeenteraadslid in Molenbeek, en vandaag volgt hij het voetbal nog altijd op.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sport

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni