Menu

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni
Capoeira is niet zomaar een vechtsport, het is een manier van leven die toewijding vraagt. Brussel heeft allerhande clubs, maar bij Abada hebben ze alvast de hoogst gediplomeerde leraar uit heel Europa.

"In de capoeira heb ik mezelf voor een deel opnieuw uitgevonden," vertelt Stepha­nie Menga (25). "In onze sport krijgt iedereen een bijnaam. Die moet passen bij je persoonlijkheid, bij je manier van capoeira beoefenen. Vroeger in Brazilië gebruikten de Afrikaanse slaven bijnamen zodat niemand een ander kon verraden als de politie naar opstandelingen zocht. Ik heet Jaguatirica, Portugees voor 'ocelet'. Met je nieuwe naam kun je dingen achter je laten en iets nieuws opbouwen."

De Afrikaanse slaven werden naar Brazilië gehaald om te werken onder de Portugezen. Als verzet creëerden ze capoeira. Omdat de Portugese overheersers niet mochten zien dat het om een vechtsport ging, camoufleerden ze het als dans. Een vijftiental jaar geleden bracht Adaba de sport naar Brussel. "Capoeira is niet agressief. Je geeft een slag, maar voordat je de tegenstander raakt, rem je af. Je moet je slagen beheersen. Je hebt je tegenstander echt nodig: hij of zij moet op je slagen anticiperen en ze ontwijken. Men zegt ook dat je capoeira speelt . Blauwe plekken zijn uitzonderlijk."

Dansen maakt deel uit van capoeira, net als muziek. "Op het einde van de training is er een roda : de leerlingen vormen een cirkel en de hoogste in rang speelt op een instrument, meestal percussie, berimbau of agogo . De leerlingen klappen in de handen en ondertussen gaan om de beurt twee leerlingen capoeira spelen. Er hangt altijd een feestelijke sfeer, al zweten we natuurlijk ook wat af."

"In capoeira word je niet beoordeeld. Het heeft al veel mensen geholpen, bijvoorbeeld mensen met een depressie of jongeren uit moeilijke wijken. De sport wordt ook door mannen en vrouwen samen beoefend. Mannen leren er vrouwen respecteren: als je als man te agressief speelt tegen een vrouw, verlies je punten."

Abada geeft capoeira op verschillende plaatsen in Brussel. De kleintjes moeten naar De Pianofabriek, de ouderen naar de Nijverheidskaai of het Zuidpaleis. De leden zijn van alle nationaliteiten en leeftijden. Kindjes van tweeënhalf én volwassenen van vijftig wagen zich aan de dansende vechtsport. "Iedereen vindt in capoeira wat hij of zij wil."

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sport