FC Brussels heeft beste jeugdopleiding van tweede klasse

De Molenbeekse jeugdopleiding staat al jarenlang hoog aangeschreven. Nu de eerste ploeg in tweede klasse speelt, zijn de tegenstanders soms een maatje te zwak. "We zitten nog altijd in de Belgische top-vijf," zegt Jacques Colson (51), sportief directeur van de jeugdschool.

"H et was niet echt een verrassing dat we tot de beste jeugdopleiding in tweede klasse zijn verkozen," zegt Colson. "Van onze acht nationale jongerenploegen zijn er vier kampioen geworden en de andere vier zijn in de top-drie geëindigd."

FC Brussels heeft een zeshonderdtal jeugdspelers tussen zes en negentien jaar. Ze komen van overal, met één bindende factor: het zijn allemaal Brusselaars. "Sportief willen we zoveel mogelijk jongeren naar de eerste ploeg loodsen. Sociaal willen we de Brusselse jongeren laten voetballen. We proberen zoveel mogelijk jongeren bij ons te stallen, maar als dat niet lukt, sturen we ze door naar ploegen waarmee we samenwerken."

"Brussel heeft met één miljoen inwoners een groot potentieel. Als je dat potentieel goed gebruikt, dan krijg je een goede opleiding. De spelers vereenzelvigen zich met de club en werken hard om te groeien als voetballer. Hier bestaat nog de liefde voor het truitje, wat je niet zo vaak meer ziet. We bieden ook een toekomstplan. Zowel op technisch, tactisch, mentaal als fysiek vlak zorgen we ervoor dat ze zoveel mogelijk bagage meekrijgen. Dat onze infrastructuur steeds beter wordt, helpt ook wel. Zo komt er nu nog een semi-synthetisch veld aan."

Negatieve Belgen
FC Brussels speelt sinds vorig seizoen in tweede klasse. Dat heeft geen invloed op de kwaliteit van de jeugdschool, maar een terugkeer naar de hoogste klasse zou wel helpen. "Het zou gemakkelijker zijn om spelers te houden en te lokken, want nu kiezen ze eerder voor eersteklassers. Het zou hen ook meer motiveren."

"Door onze degradatie naar tweede klasse zijn onze tegenstanders zwakker. Regelmatig gaan spelers een klasse hoger spelen als ze niets meer bijleren. Het is soms te gemakkelijk voor onze jeugdploegen. Wij behoren toch tot de top-vijf in België."

Een sterke jeugdopleiding blijft natuurlijk niet onopgemerkt. Elke week staan er scouts uit binnen- en buitenland aan de kant van het veld. "Spijtig genoeg. En het begint al bij de twaalfjarigen. Ploegen als Anderlecht en Standard staan hier wekelijks. Sommige spelers zijn al naar het buitenland vertrokken. We hebben hier toch wel een paar talenten rondlopen. Als het allemaal reglementair gebeurt, dan heb ik er geen probleem mee. Maar dat is met de Belgische ploegen meestal niet zo. Zij gaan eerder negatieve zaken zeggen over Brussels dan positief zijn over hun ploeg. Dat vind ik heel jammer."

Brusselser
Na het faillissement van RWDM werd besloten om FC Brussels in twee vzw's op te delen: de eerste ploeg en de jeugdschool - twee verschillende entiteiten die voor dezelfde club werken. "We werken goed samen, maar het kan nog beter. Meer interesse van de eerste ploeg voor de jongeren zou welkom zijn, en we willen ook dat er meer jongeren in die eerste ploeg geraken. Kijk naar Standard, daar werpt het vruchten af."

FC Brussels-voorzitter Johan Vermeersch verklaarde niet zo lang geleden dat hij de jeugd meer kansen wil geven. "Dat is volgens mij de beste politiek," zegt Colson. "De eerste ploeg kan zeker voor tachtig procent uit Brusselaars bestaan, maar je moet er natuurlijk de tijd voor nemen. De eerste ploeg zou een beetje Brusselser mogen, ook met jongeren van Afrikaanse en Noord-Afrikaanse afkomst die hier opgegroeid zijn. Vul dat aan met spelers met ervaring, en het zit goed. Daar zal ook meer publiek op afkomen."

Een uitstekende jeugdwerking eist soms haar tol. Colson ziet veel talenten de club verlaten, te veel. "Elk jaar vertrekken vijf tot tien belangrijke spelers. Dat is niet gemakkelijk. We kunnen de meeste ploegen financieel niet beconcurreren. Eersteklasseclubs hebben een budget dat soms drie, vier keer groter is. Maar ik mag niet klagen, we zijn goed bezig."