© Marc Gysens
Integratie door sport, Brussel mist de boot
BIS-Foyer bestaat twintig jaar. Brussel Integratie door Sport groeide uit een aantal losse sportactiviteiten met migrantenjongeren. Die vonden moeilijk hun weg naar de klassieke clubs. Coördinator Raf Wyns: "Die eerste jaren werd er nogal vrijblijvend gewerkt. Activiteiten en initiaties allerhande, in de hoop dat die kinderen en jongeren zouden doorstromen naar het reguliere sportaanbod. Maar dat gebeurde niet. Dus besloten we al gauw om zelf clubs op te zetten. We leerden met vallen en opstaan. Badminton trok te weinig volk, de twee tafeltennisclubs draaiden wel een tijdje goed. Maar vaak hangt veel af van één gedreven kracht die er zijn schouders onder zet. Valt die weg, dan wordt het stil. Zo ook met Suru, een Soedanese vluchteling met een pingpongpassie die we in het Klein Kasteeltje leerden kennen. Hij trok heel wat jongeren op gang, maar toen we budgettair krap kwamen te zitten, haakte hij af. Alle begrip daarvoor: ook nieuwkomers moeten leven en willen dus een centje verdienen."
De zaalvoetbalploeg van Foyer scoorde wel. "Die schopte het letterlijk tot derde nationale. Allemaal met jongeren hier uit de buurt. Maar om op dat niveau mee te blijven draaien, heb je grotere structuren nodig, meer centen ook. En die hadden we niet. Terug naar af dus, al zijn heel wat van die jongens wél doorgestroomd naar andere teams."
Wyns is een voormalig Belgisch atletiekkampioen. Hij is en blijft de drijfveer achter Atlemo, de Molenbeekse club die al jaren jongeren opleidt en met Monder Rizki een lokale atleet tot tweemaal toe op de Olympische Spelen kreeg. Zonder veel steun van buitenaf. "Dat is en blijft een pijnpunt. Ik kan alleen maar vaststellen dat er hier een enorm groot potentieel aan talent leeft. Maar doorbreken is absoluut niet makkelijk, zeker niet voor iemand in een kansarm milieu.
Voor heel wat ouders is en blijft sport een spel. En spelen is niet prioritair. Of daar investeer je toch niet in als je het al moeilijk hebt. Toch is er hoop. Als ik één ding heb zien veranderen, dan zijn het wel de ouders. Vaak mama's en papa's die zelf nog hebben gelopen of gesport en daar echt de voordelen van zien. Steeds meer allochtone ouders gaan nu gericht op zoek naar een sportclub. En jawel, Nederlandstaligheid is dan een extra troef."
"Er zitten zo'n 25.000 kinderen en jongeren in het Nederlandstalig onderwijs in Brussel. Maar hoeveel Nederlandstalige clubs zijn er hier? Niet bijster veel. Er wordt ook niet echt in geïnvesteerd. We zijn de boot aan het missen in Brussel, vrees ik. Ik geef het je op een briefje: van welke discipline ook, als er één sportfederatie of -koepel serieus investeert in de hoofdstad, dan heeft die meteen een enorme voet voor. Maar niemand doet het."
Huursubsidies
Net als heel wat sportclubs overleeft ook BIS-Foyer bij de gratie van de VGC. "De VGC helpt waar het kan," bevestigt Wyns. "Het is simpel: zonder haar huursubsidies en werkingstoelagen mogen de meeste sportclubs de boeken toe doen. Verschrikkelijk hoe weinig sportinfrastructuur er in Brussel is. En hoe mede daardoor de huurprijzen de pan uit swingen. Lokale overheden tellen flink door: 22 euro voor één basketsportveldje in een sporthal. Wie buiten Brussel actief is, begrijpt dat niet. Een voorbeeld van net over de grens: in Groot-Bijgaarden betaal je voor een terrein 3 euro als je een Dilbeekse vereniging bent. Wie van buiten Dilbeek komt, betaalt het dubbele, zes euro."
"Met BIS-Foyer huren we heel wat sportaccommodatie af. Op jaarbasis zitten we tegen de 15.000 euro huurgeld aan. Dat krijg je echt niet meer rond met subsidies. Terwijl we er nadrukkelijk voor kiezen om de lidgelden laag te houden: tussen twintig en veertig euro."
"Bij de meeste clubs loopt dat op tot tweehonderd euro of meer," zegt Wenke Thewis van de BIS-Foyer-basketmeisjes. "Voor ons doelpubliek is dat veel. Heel veel."
"Terwijl basketbal voor meisjes echt enorm aanslaat," vertelt Raf Wyns. "We hebben al vaak geprobeerd om allochtone meisjes van twaalf, dertien jaar aan het sporten te krijgen. Maar bijna niks sloeg aan. Behalve basket: dat was meteen een schot in de roos. Het succes deint uit en de vraag is groot. Groter dan de middelen en de vrije zaaluren."
"Op termijn moeten we sowieso naar de verzelfstandiging van de eigen sportclubs. Stilaan wordt de basis breder. Nu al gaat een aantal jongeren een engagement aan als begeleider, coach van de allerkleinsten of ref. En er duiken mondjesmaat ook ouders op die al eens een handje toesteken. Dat is een positieve evolutie. Op die weg moeten we verder, maar het wordt nog hard timmeren."
"Binnenkort trekken we mee een zaalvoetbalcompetitie voor nieuwkomers op gang. We gaan ook een fitnesszaaltje openen. En we willen over de schouders kijken en ideeën uitdragen, zoals nu met het congres over inclusie door sport. Een boksproject in Limburg onder leiding van Abdel Wahhabi, een Free of Charge Sports School in Turkije. En de MasterBoys uit Amsterdam: straatvoetballers die zich verenigen en een... basketbaltrainer in de arm nemen. Interessant hoe dingen ontstaan en groeien. Daar willen we in de toekomst nog meer aandacht aan geven. In de hoop dat ook anderen geïnspireerd geraken."
Congres Inclusie in en door sport, donderdag 7 april van 13.30 tot 17.30 uur in Sporthal Heyvaert, Nijverheidskaai 31, 1080 Sint-Jans-Molenbeek; gratis. Meer op www.foyer.be
Lees meer over: Sint-Jans-Molenbeek , Sport
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.