‘Rebel’ en roeier Alain Lewuillon werd vierde op de Olympische Spelen

Tim Schoonjans
© Brussel Deze Week
27/12/2011
Alain Lewuillon is een vechter. Heel zijn carrière lang moest hij afrekenen met tegenwerking, maar dat liet hij niet aan zijn hart komen. Noeste arbeid en het nodige talent leidden hem naar twee Olympische Spelen. Het hoogtepunt beleefde hij in 1988 in Zuid-Korea met een vierde plaats.

"Mijn broer en ik hadden lang haar en dat werd vroeger afgekeurd," vertelt de 58-jarige Brusselaar. "Onze trainer lag slecht bij de bond en wij waren niet op ons mondje gevallen, dus ongewild hadden we snel een reputatie. Door al die tegenkanting konden mijn broer en ik jarenlang fluiten naar een selectie voor wereldkampioenschappen en Olympische Spelen."
Nochtans verliepen de beginjaren van Lewuillon zeer vlot. Amper een jaar nadat hij als zestienjarige was begonnen te roeien, werd hij samen met zijn broer Belgisch kampioen. Individueel behaalde hij de jaren erna puike resultaten. Zo werd hij bij de junioren zevende op het wereldkampioenschap (WK). Bij de senioren verslapte zijn toewijding.

"Ik ben gaan studeren en moest na een tijdje ook werken om dat te bekostigen. Als ik zie hoe jongeren vandaag topsport met studies combineren, chapeau. Op mijn 27ste besefte ik dat ik meer had kunnen bereiken in het roeien, en besliste ik samen met mijn broer een sabbatjaar te nemen om voluit voor de sport te leven. Ons doel was een selectie voor de Olympische Spelen in Moskou 1980."

Gesjoemel en tegenkanting
Ondanks een tweede plaats op de prestigieuze regatta van Amsterdam bekeken de Brusselaars de Spelen op televisie. Gesjoemel aan Vlaamse kant en tegenkanting aan Franstalige kant bezegelden hun lot. Ze lieten het echter niet aan hun hart komen en bleven hard werken. De broers behoorden tot de mondiale top tien, maar geraakten maar niet op de grote landentornooien. Tot 1985.

"Het WK was toen in België en er waren twee roeiploegen met acht. Ze konden niet meer om ons heen. Het betekende voor ons dat we aanvaard werden en de jaren erna behoorde ik steeds tot de Belgische selectie. In de skiff (individueel nummer, red.) zat ik altijd in de top twaalf. Voor de Olympische Spelen van 1988 in Zuid-Korea werd besloten dat ik samen met Wim Van Belleghem zou roeien in de twee zonder stuurman (waar elke roeier één riem heeft, red.).'

De Olympische Spelen in Seoel maakten de carrière van Lewuillon. In de aanloop naar het toernooi trainde hij zeer hard, naar eigen zeggen zelfs te hard, met zijn Vlaamse ploegmaat. Ter plaatse kwamen ze terecht in een andere wereld.

"De schrik zat er goed in dat Noord-Korea een aanslag zou plegen. Overal werd uitvoerig gecontroleerd en als dat niet naar behoren gebeurde, kreeg de schuldige slaag van zijn overste. In het restaurant verbaasde ik me dan weer over de lichaamsbouw van de atleten. Je verwacht mooie sportmannen, maar dat was niet het geval. Smalle lopers, kleine gewichtheffers of dikke kogelstoters; echt allerhande extremen. Toppers als Carl Lewis of Ben Johnson herkende je van ver door de horden journalisten om hen heen."

Op het water vlotte het als nooit tevoren. De tactiek van de twee Belgen was steeds rustig te starten om dan de tegenstanders één na één in te halen. In de halve finale eindigden ze zo tweede, terwijl ze 300 meter voor de finish nog vierde waren. Hun doel was met de finaleplaats meteen bereikt.

"Wat me stoorde was dat de gezonde spanning nadien wegviel bij mijn ploeggenoot. Zijn gedrag veranderde, maar ik vind dat je je gewoonten niet zomaar moet veranderen. Die gewoonten werden ook verstoord tijdens de finale. Net toen er gevraagd werd of iedereen klaar was, zag ik dat de plank waar mijn voeten op steunen gebarsten was. Daardoor werd de start uitgesteld en werd het in allerijl vervangen. Maar ik had een systeem waarmee ik via mijn schoen de boot richting kon geven, en dat was helemaal ontregeld. In het midden van de wedstrijd belandden we in de boeien en verloren we kostbare tijd. Uiteindelijk werden we vierde. Zonder die problemen waren de Joegoslaven te pakken voor het brons. We waren ontgoocheld, maar achteraf gezien was het toch een mooie prestatie. De herinnering blijft en dat is het belangrijkste.'

Saboteren
De jaren na zijn hoogtepunt vormde Lewuillon opnieuw een ploeg met zijn broer. Maar de komst van een Oostduitse trainer leidde nog maar eens tot problemen bij de federatie. "Hij probeerde ons te saboteren en was oneerlijk. Toch heb ik naar de Spelen van 1992 in Barcelona kunnen gaan. Daar heb ik deelgenomen met de dubbel-vier. De ploeggeest was er niet zo goed en de omstandigheden waren er allesbehalve ideaal. Toch hebben we er een twaalfde plaats behaald."

Na de spelen van 1992 doofde Lewuillons carrière langzaam uit. Hij stopte even helemaal met de sport, maar kwam terug in het nieuws met opvallende prestaties. In 2001 stak hij met zijn broer de Atlantische oceaan over in 49 dagen. Vier jaar later staken de broers de Golf van Bengalen over (van Thailand naar Sri Lanka) als steunactie voor de slachtoffers van de tsunami.
Een project om jongeren op school te laten proeven van het roeien bracht hem weer in aanraking met de roeiwereld. "Zo ben ik in het Be Gold-project gerold, waarmee we jonge talenten begeleiden in het vooruitzicht van de Olympische Spelen van de komende jaren. We hebben heel wat talent rondlopen, bijvoorbeeld de Brusselaar Jean-Benoît Valschaerts. Hij zal snel de beste Belg worden. De Spelen van volgend jaar komen nog wat te vroeg, maar in 2016 moeten we er staan. Ik hoop uiteraard een roeier op de Spelen te brengen. Of ik dan meereis is niet zo belangrijk. Al zou het mij niet storen om een derde keer naar de Olympische Spelen te gaan."

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sport

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni