Wanneer voetbal een verdeelde natie herenigt

© Brussel Deze Week
29/08/2013
De Rode Duivels zijn voor vele jongeren een rolmodel en bovendien slagen ze erin het merk 'België' terug hip en aantrekkelijk te maken, stelt filosoof Vincent Caudron. Dat verandert weinig aan de moeilijke politieke en economische verhoudingen tussen beide landsdelen, maar als een natie zich moet vormen rond een gemeenschappelijke identiteit, kan het succes van de nationale ploeg een belangrijke stoorzender worden voor het nationalistische streven in het Noorden van het land.

'België is van iedereen, maar vanavond toch vooral van ons.' Het is alweer lang geleden, maar de tweet die Vincent Kompany in oktober 2012 na de overwinning van de Rode Duivels tegen Schotland al zinspelend op de verkiezingstoespraak van Bart De Wever de wereld instuurde, verwijst naar een soort van vaderlandsliefde die in het zog van de hype rond nationale ploeg steeds verder lijkt te ontluiken.

Vorige week maandag nog wijdde men op La Première een hele uitzending aan de vraag of de Rode Duivels een bedreiging zouden kunnen vormen voor de N-VA. Hoewel Bart De Wever slechts kwijt wou dat het mengen van sport en politiek geen goed idee is, was Kompany's tweet voor het Vlaams Belang reden genoeg om de Rode Duivels te ontmaskeren als een complotstrategie van het paleis en het Belgische establishment (wie zijn dat trouwens?) om het stervende rijk der Belgen een laatste adem in te blazen.

Belachelijk natuurlijk, maar ook platvloers. Kompany's engagement en intenties werden onder andere in vraag gesteld door hem te verwijten veel geld te verdienen in het verre Manchester, terwijl net hij een geboren en getogen Belg en Brusselaar is die op basis van zijn talent en inzet carrière maakt in het buitenland en erin slaagt drager te zijn van verschillende, 'gelaagde' identiteiten. Dat doet niets af aan zijn geloofwaardigheid als Belg, wel integendeel.

Door als internationaal voetbalicoon expliciet voeling te houden met zijn roots - denk maar aan BX Brussels - toont Kompany als geen ander aan de jonge Brusselaars dat hun meertaligheid en hun multiculturele achtergrond troefkaarten zijn die ze moeten leren uitspelen. In die zin is Kompany niet alleen het rolmodel voor een nieuwe generatie Brusselaars, maar surfend op de golven van de nationale ploeg, slaagt hij er ook in de jonge Brusselaars voeling te geven met het land waarin ze opgroeien.

Wie recent nog eens in het Koning Boudewijnstadion was, kan er dan ook niet om heen dat het unitaire België in het zog van haar nationale ploeg lijkt recht te krabbelen. Voor het eerst in decennia wordt de Brabançonne nog eens luidkeels meegezongen en gedurende minstens negentig minuten ontdekt de supporter een nationale identiteit waarvan hij was vergeten dat hij ze had. Zelfs jongeren die enkele jaren geleden nog met de vlag van Congo of Marokko door de straten liepen, lijken zich nu helemaal achter de nationale ploeg te scharen.

Zanzibar
Enigszins opportunistisch misschien, maar desalniettemin uitingen van een fenomeen dat wel eens voor enige ongerustheid zou kunnen zorgen in Vlaams-nationalistische kringen en dat zeker in Franstalig België heel wat aandacht krijgt. Hevige uitingen en belevingen van identiteit en nationaliteit maken zowel historisch als cultureel namelijk intrinsiek deel uit van de voetballerij, waardoor identiteiten en naties gevormd of versterkt kunnen worden binnen de krijtlijnen van een voetbalveld.

Onomstotelijk is de nationale voetbalploeg één van de belangrijkste symbolen van de natie. Alle betekenissen waarmee ze zich identificeert krijgen in haar elftal niet alleen zichtbaarheid, maar bovendien vormt de beslotenheid van het voetbalstadion ook een symbolische ruimte waarin mensen letterlijk worden verbonden door uiterlijke tekens en een gemeenschappelijk doel.

Voetbal is met andere woorden nauw verweven met de vorming en beleving van de nationale identiteit en stelt mensen in staat om hun onderlinge verschillen te overstijgen. Een nationale voetbalploeg is kortom het symbool bij uitstek om je verbonden te voelen met je gelijken door je samen af te zetten tegen de Ander. Voetbalbonden die om politieke redenen niet erkend worden zoals Zanzibar, Zuid-Kameroen en Groenland besteden bijgevolg opvallend veel belang aan de aanwezigheid van hun nationale ploeg op internationale toernooien omdat deze de gelegenheid bij uitstek zijn om aan zich als natie te profileren. De Nouvelle-Fédération Board (NF-Board) organiseert zelfs een soort van alternatief wereldkampioenschap opdat ze zich buiten de klauwen van hun respectievelijke staatsverbanden toch met elkaar zouden kunnen meten. Would-be-landen zoals Catalonië, Tibet en Koerdistan beschouwen hun nationale voetbalploegen immers als belangrijke instrumenten in hun streven naar onafhankelijkheid, waardoor in casu Spanje, China en Turkije hun nationale voetbalteams trachten te boycotten.

Omgekeerd kan een verdeelde natie zich ook herenigen rond haar nationale voetbalploeg. Het succes van les bleus tijdens de wereldbeker in 1998 bijvoorbeeld ging ontegensprekelijk gepaard met een herontdekking van een nationale identiteit en was jarenlang een drijvende kracht achter de strijd tegen het racisme.

Onder de slogan Bleu, Blanc, Beur ontstond plots de hoop dat het cultureel verdeelde Frankrijk naar het beeld van zijn nationale elf zijn tegenstellingen zou kunnen overstijgen en groeide de overtuiging dat de Franse multiculturaliteit anders dan steeds gedacht ook een troef zou kunnen zijn.

In die zin krabt men zich in Antwerpen misschien wel even achter de oren wanneer de Rode Duivels, de bondscoach op kop, zich ondubbelzinnig uiten als fiere Belgen. Niet alleen zijn die spelers voor vele jongeren immers een voorbeeld en rolmodel, maar bovendien slagen ze erin het merk 'België' terug hip en aantrekkelijk te maken.

Dat verandert weliswaar geen bal aan de moeilijke politieke en economische verhoudingen tussen beide landsdelen, maar als een natie zich moet constitueren rond een gemeenschappelijke identiteit, kan het succes van de nationale ploeg een belangrijke stoorzender worden voor het nationalistische streven in het Noorden van het land.

Vincent Caudron,
Assistent Hoger Instituut voor Wijsbegeerte, Leuven

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sport , Opinie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni