Tweedehandskledij per kilo kopen wint aan populariteit in Brussel, maar experts hebben vragen bij dat principe. “Als je per gewicht shopt, koop je je kleren zoals je eten zou kopen.
©
Bart Dewaele
| Bij Fripkot in de Hoogstraat worden tweedehandskledingstukken verkocht voor 18 euro per kilo.
Silia Attarni houdt een paars broekje met een bloemenprint voor zich uit. Het babykledingstuk weegt slechts enkele tientallen grammen en kost nog geen euro.
Plaats van aankoop? Een vintage boetiek in de Hoogstraat, dé antiekstraat van Brussel. Tussen de brocantes, het midcentury meubilair, de kostuums en het oude servies bevinden zich talloze friperies of tweedehandskledingwinkels. Enkele daarvan, zoals Fripkot waar Silia shopt, verkopen hun waar niet per stuk, maar per kilo. De vrouw is erg prijsbewust en koopt voor haar gezin altijd tweedehands. “Behalve mijn man, die wil het liefst nieuwe kleren. Maar ik heb drie kinderen. Uiteraard speelt de prijs een rol.”
Soms vindt ze zelfs nieuwe kledingstukken in het aanbod. “Dan hangt het prijskaartje er nog aan. Niet alle tweedehandskledij is even goedkoop, merk ik.
Net daarom zijn kilowinkels handig. Je kunt op voorhand goed inschatten of een stuk duur of goedkoop uitvalt.” Overal in de winkels staan trouwens weegschalen, zodat een klant niet bedrogen uitkomt aan de kassa.
Hursh en Anna, twee toeristen uit Londen, kijken bij Fripkot hun ogen uit. “In onze thuisstad heb ik dat soort winkels nog nooit gezien. Daar verkopen ze enkel per stuk.”
Kopen én verkopen per kilo
“De kleren die ik aankoop per kilogram, verkoop ik ook per kilogram”, legt Yussef Kmiara van het naburige Frip Techno uit. “Maar schoenen sla ik in per stuk en verkoop ik ook per stuk.”
Melting Pot Kilo koopt enkel per kilogram in. “We bestellen zakken per soort kledingstuk, bijvoorbeeld een zak met jeansvesten. Zowel bij de aankoop als de verkoop speelt het merk dus geen rol,” vertelt de shopverantwoordelijke van Melting Pot Kilo, ook in de Hoogstraat. “In de winkel vind je ook kleren van leer en wol, dat zijn duurdere stoffen, maar wij verkopen die kledij wel op basis van gewicht.”
©
Bart Dewaele
| Melting Pot Kilo in de Hoogstraat
Van Zara tot zelfs Prada: alles wat in Melting Pot Kilo belandt, kost 18 euro per kilogram. Dezelfde prijs hanteren Fripkot en Frip Techno. “Dit systeem kan dus erg voordelig uitvallen voor onze klanten,” klinkt het bij Melting Pot Kilo.
Cyclup, dat meerdere filialen uitbaat in de Hoogstraat en op basis van donaties werkt, verkoopt alleen per stuk. “Het gaat toch om het merk en de kwaliteit, niet om hoeveel een stuk weegt?” oordeelt de verkoper. “Een broek is sowieso zwaar, een T-shirt licht. Het gaat erom wat een stuk waard is, niet hoeveel de weegschaal aangeeft.”
Friperie Jipex koopt wel per kilo in, vertelt winkelverantwoordelijke Roseline Col, maar ook daar gebeurt de verkoop per stuk. “Ik werk al 27 jaar in deze sector en merk dat de kwaliteit enorm achteruitgegaan is. Door per kilogram te verkopen, gaat de waarde nog meer naar beneden.”
Duurdere merken
Marie Das werkt aan een doctoraat in productontwikkeling aan de UAntwerpen en onderzoekt daarvoor de perceptie van tweedehandskledij. “Hoewel tweedehands populairder is dan vroeger, leeft het idee nog sterk dat het slechter van kwaliteit is.”
Kleren aanprijzen per kilo helpt daarbij niet, zegt ze. “Je kan een vintage wollen jas verkopen per kilo, of er een prijskaartje van 150 euro aan hangen. Bij dat laatste beseft de consument dat de jas wel degelijk veel waard is, bij dat eerste heb je niet eens door dat het om een kwalitatief product gaat.”
Wanneer je een product naar waarde schat, zal je er bovendien beter voor zorgen, oordeelt Das. “Je gaat het zelf langer dragen en het eventueel opnieuw tweedehands aanbieden als je het niet meer gebruikt.”
Prijzen bepalen op basis van het merk in plaats van het gewicht is volgens Das een beter idee dan verkopen per kilo. “Naamsbekendheid is voor consumenten een indicator, zo kunnen ze inschatten of een kledingstuk kwalitatief is of juist niet. Bij kleding van bekende, duurdere merken verwachten consumenten hoge kwaliteit. Al blijft de staat van het product minstens even belangrijk.”
“Bij verkoop per kilo heb je niet eens door dat het om een kwalitatief product gaat”
Doctoraatsstudent Productontwikkeling UAntwerpen
Ook helpt het om kledij niet zomaar in bakken aan te bieden, maar mooi op te hangen. “Zo komt tweedehands van zijn stereotiepe imago af.”
Pedagoog Joke Vandenabeele, experte in duurzaamheidseducatie aan de KU Leuven, vindt dat we hoe dan ook veel te veel kleren kopen. “Een grote fractie kledij is bovendien gemaakt om slechts een of twee keer te dragen. Daar zijn consumenten zich te weinig van bewust.”
Kleren delen of tweedehands kopen is volgens haar een beter idee, maar dat belet sommigen niet om in steeds dezelfde consumptiepatronen te vervallen. “Als je iets zo goedkoop mogelijk maakt, krijg je het idee dat je er veel van kan kopen. Dat staat dan schijnbaar los van de vraag of je echt iets nodig hebt of niet.”
Tweedehandskleding per kilo is ook volgens haar een manier om overconsumptie aan te moedigen. “Het verbaast me niet dat ik mensen met grote zakken vol tweedehandskledij in het straatbeeld zie. Als je per gewicht shopt, koop je je kleren zoals je eten zou kopen, daarbij vergetend dat achter elk kledingstuk een verhaal schuilt.”
Drie halen, twee betalen
Tweedehandsfanaat Robert Scarr maalt er niet om of Frip Techno, de winkel die hij net binnengestapt is, per kilo dan wel per stuk verkoopt. “Ik ben helemaal verknocht aan vintage. Alles wat ik draag, behalve mijn zonnebril, is tweedehands. Ik pronk er ook mee op Instagram.”
Verkoper Yussef Kmiara van Frip Techno bevestigt dat klanten fan zijn van de aanpak. Aan de inkom van de winkel hangt zelfs een reclamebord: 2 + 1 kilo gratis. Ook hier gaat de vergelijking met voedingswaren op: drie halen, twee betalen, alsof het om een supermarkt gaat.
De Britse toeristen Hursh en Anna hebben daar toch vragen bij. Vooral Hursh blijkt kritisch. “Tweedehandswinkels bestaan omdat er veel te veel kleren zijn. Net die winkels zouden niet mogen aanzetten tot nog meer kopen, vind ik.” Zijn vriendin Anna zit er duidelijk minder mee in. “Ik heb net schoenen gevonden waar ik al erg lang naar zocht,” vertelt ze met een grote glimlach. “Ik ben zo gelukkig nu.”
Lees meer over: Brussel , Economie , tweedehandskledij , tweedehandskledij per kilo , Marie Das , Fripkot , Melting Pot Kilo