Iconische studentenwoning La Mémé op weg naar bescherming

Wereldvermaard zijn ze, de studentenwoningen La Mémé van de Brusselse architect Lucien Kroll. Ze dateren uit het begin van de jaren 1970. De Brusselse regering is vandaag de beschermingsprocedure gestart. Naast la Mémé zijn er nog enkele andere gebouwen opgenomen in de procedure.

Donderdag is de Brusselse ministerraad overgegaan tot de procedure om La Mémé, een complex van studentenwoningen in Sint-Lambrechts-Woluwe, op te nemen op de bewaarlijst van beschermde gebouwen. Tot de beschermde perimeter horen ook La Mairie, een gebouw dat verschillende diensten van de UCL huisvest, het nabijgelegen oecumenisch centrum, de Chapelle-aux-Champs-school, de patio, de publieke ruimtes van de UCL en metrostation Alma.

Dat wordt zo het eerste beschermde metrostation in Brussel, en is net als La Mémé ontworpen door de beroemde Brusselse architect Lucien Kroll.

"Beschermen betekent niet stilstaan", zegt Brussels minister-president Rudi Vervoort (PS). "Deze maatregel zal onder meer de bouw van het Albert II-instituut toelaten." De Brusselse regering benadrukt het belang van een evolutief en soepel beheer van de site, om praktische redenen, maar ook "om loyaal te blijven aan de ontwerper (Lucien Kroll, red.) die het studentencomplex flexibel, dynamisch en levendig wilde maken."

'Jammer'

"La Mémé is bijna vijftig jaar geleden ontworpen als een gebouw dat te allen tijde veranderd kan worden", verklaart Dag Boutsen, decaan van de faculteit Architectuur aan de KU Leuven. Hij betreurt de stappen van de Brusselse regering.

"Het is jammer dat er geen debat wordt gevoerd rond de bescherming van gebouwen. Niemand durft de handschoen op te nemen om van zo een project een pilootproject te maken omtrent het beschermen van waardevolle gebouwen zonder een soort van vastgeroest systeem van bescherming of klassering", aldus Boutsen. "Zo een wereldberoemd gebouw verdient beter."