Brusselminister voelt zich afgeremd door politieke blokkade: 'Wie zijn gesprekspartners?'

Aan de vooravond van 11 juli liet Vlaams minister-president Mathias Diependaele (N-VA) optekenen dat een Brusselse regering zonder Vlaamse meerderheid geen optie is. Partijgenoot en Vlaams Brusselminister Cieltje Van Achter onderschrijft zijn eis.

“We hebben die meerderheid nodig omdat we ons als Vlamingen niet laten marginaliseren”, zegt Van Achter een dag later op de Grote Markt tegen BRUZZ-presentator Toon Hendrikx. “We hebben onze stem, en het evenwicht tussen Franstalige en Nederlandstalige meerderheden is hoe Brussel in elkaar zit.”

Dat er meer dan een jaar na de verkiezingen nog geen zicht is op een nieuwe, Brusselse bestuursploeg vindt ook Van Achter onaanvaardbaar. "Ik kan niet begrijpen dat er op deze manier aan politiek wordt gedaan. We moeten aan tafel gaan en elkaars meerderheid respecteren. Want aan Nederlandstalige kant is er sinds november een meerderheid”, zegt ze, verwijzend naar de coalitie van Groen, Vooruit, N-VA en Open VLD.

'Totaalplan Nederlands'

Van Achter toont zich alvast bereid om samen te zitten met de PS. “Het is niet mijn voorkeurspartner, maar als er een Franstalige meerderheid is met de PS, dan moeten wij dat respecteren.”

Van Achter verwacht dezelfde houding ten aanzien van de Nederlandstaligen. Vanuit haar functie als Vlaams Brusselminister stelt ze dat ze afgeremd wordt door de politieke blokkade. “Ik heb ook gesprekspartners nodig. De VGC is er wel nog, maar ook die werkt in lopende zaken.”

Over de taalwetten in Brussel, die regelmatig met de voeten getreden worden, geeft Van Achter aan dat ze werkt aan een “totaalplan Nederlands”.

“Nederlands is naast het Frans heel belangrijk in Brussel. Maar, dat heel wat leerlingen enkel Nederlands spreken in een schoolcontext volstaat niet om de taal machtig te zijn. Daar moeten we meer op inzetten, om het Nederlands op te krikken.”