Amnesty bezorgd over lot van ter dood veroordeelden in Iran, onder wie Djalali

Amnesty International maakt zich ernstige zorgen over het lot van mensen die door de Iraanse autoriteiten worden beschuldigd van collaboratie met Israël. Zij dreigen geëxecuteerd te worden, waarschuwt de mensenrechtenorganisatie. Onder hen is ook Ahmadreza Djalali, de Iraans-Zweedse spoedarts en VUB-gastprofessor die al negen jaar vastzit in een Iraanse cel.

Sinds Israël en Iran elkaar bestoken na de Israëlische aanval op Iran op 13 juni, hebben de Iraanse autoriteiten tientallen mensen opgepakt die beschuldigd worden van collaboratie met Israël. Zij riskeren een executie. Er vond er al een plaats op 16 juni.

Amnesty is ook bezorgd over de gevangenen die al langer vastzitten. Er zijn zeker acht mannen ter dood veroordeeld voor collaboratie en spionage, zoals Djalali. Hij werd in 2016 gearresteerd tijdens een bezoek aan Iran en is in 2017 ter dood veroordeeld.

"Dat de Iraanse autoriteiten oproepen tot snelle processen en de executie van mensen die opgepakt zijn voor vermeende collaboratie met Israël toont aan dat Iran de doodstraf gebruikt om controle uit te oefenen op de Iraanse bevolking en hen angst in te boezemen", zegt Hussein Baoumi, plaatsvervangend regionaal directeur voor het Midden-Oosten en Noord-Afrika van Amnesty International. "De doodstraf is de wreedste, meest onmenselijke en vernederende straf en zou onder geen enkele omstandigheid mogen worden toegepast."

Hij haalt ook aan dat executies van mensen die na marteling een 'bekentenis' hebben afgelegd "een afschuwelijk machtsmisbruik" zijn.

Amnesty roept de Iraanse autoriteiten op om alle plannen voor willekeurige executies te stoppen.