Menu

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni
BRZ 20251112 1956  Catherine Lemble Byrunden portret

Spitsbergen lag onder een dikke laag sneeuw toen Catherine Lemblé er eind februari 2017 voor het eerst voet aan land zette.

Interview

Brusselse Catherine Lemblé fotografeert vrouwen in Spitsbergen: 'Niets ging zoals gepland'

Maya Toebat
© BRUZZ
15/11/2025

Gedurende acht jaar trok de Brusselse fotografe Catherine Lemblé geregeld naar Spitsbergen in het Hoge Noorden om er het leven van vrouwen vast te leggen. In het fotoboek dat ze uit die ervaring puurde en dat midden november verschijnt, stelt ze niet scherp op de onherbergzame wildernis, maar op hun aanwezigheid in dat landschap.

Spitsbergen lag onder een dikke laag sneeuw toen Catherine Lemblé er eind februari 2017 voor het eerst voet aan land zette. “In de namiddag kleurde de lucht er roze, oranje, paars, donkerblauw”, herinnert de Brusselse fotografe zich. “Tijdens mijn eerste wandeling al viel de stilte op. De sneeuw dempt elk geluid en er zijn geen bomen. Ik had nog nooit zoiets ervaren. Had je me toen gezegd dat ik er nog zeven keer naar zou terugkeren, had ik het nooit geloofd.”

Spitsbergen, het grootste eiland van de archipel Svalbard, ligt ver boven Noorwegen, ter hoogte van Groenland. De plek staat bekend om zijn uitgestrekte wildernis, gletsjers, fjorden en extreme poolklimaat. Longyearbyen is er vrijwel de enige stad, omringd door ruige natuur, waar zelfs ijsberen rondwaren. Lemblé kwam er terecht nadat ze vernam dat de nieuwe schoonzus van haar zus er werkte als ijsberenwachter. “Ik had nog nooit van Spitsbergen gehoord, maar was meteen geïntrigeerd. Door de naam dacht ik dat het in Duitsland lag. (Lacht) Voordat ik erheen ging, heb ik ook bijna niets opgezocht. Ik wist dus ook niet dat het er zo koud zou zijn. Gelukkig was het relatief warm voor de tijd van het jaar. Ik vind het wel leuk dat ik er aanvankelijk zo weinig over wist, die naïeve verwondering maakte de ervaring des te intenser.”

De eerste reis bleek een inspiratiebron: het contrast tussen Longyearbyen en de omringende wildernis fascineerde haar. “De hoofdstad, waar ongeveer 2.600 mensen wonen, is modern en comfortabel, met restaurants, hotels en een grote supermarkt. Maar de natuur daarbuiten blijft extreem. Je kan de stad niet verlaten zonder een geweer om ijsberen af te schrikken, voor het zeldzame geval dat je er een tegenkomt. En een korte wandeling in de stad kan al leiden tot frostbite (een vrieswond, red.). Dat contrast wilde ik vastleggen.” Tijdens de coronalockdowns, met voldoende tijd om na te denken, begon Lemblé te twijfelen aan het verhaal dat ze wilde vertellen. “In die periode voelde ik een groot verlangen om te ontsnappen door boeken te lezen van mensen die eropuit trekken. Het viel me op dat de hoofdpersonages in die boeken zelden vrouwen zijn. Veel avonturenverhalen zijn geschreven door mannen en draaien om het overwinnen van de natuur. In The living mountain heeft Nan Shepherd het daarentegen over de berg als metgezel. Ze wandelt door de Cairngorms, niet om een top te bedwingen, maar alsof ze op bezoek gaat bij een oude vriend. Dat gevoel resoneerde meer bij mij. Ik las ook enkele memoires van vrouwen die vroeger in jagershutten in Spitsbergen leefden, maar verder zijn vrouwelijke hoofdpersonages in Noordpool-verhalen zeldzaam. Als ze er al zijn, dienen ze vaak de mannelijke avonturier.”

Ondanks de weinige verhalen over vrouwen in de wildernis bestaan vrouwelijke archetypen zoals Moeder Aarde of het 'maagdelijke' poolgebied al eeuwenlang. “Dat zette me aan het denken. Ik wilde mijn project richten op hoe er naar vrouwen wordt gekeken én op de soortgelijke territoriale blik waarmee we naar de natuur kijken.” Dat was het begin van het fotoproject Only barely still – on women and wilderness, dat op 14 november in boekvorm verschijnt.

Gedurende acht jaar bezocht je Spitsbergen om de verhalen van vrouwelijke bewoners zichtbaar te maken. Hoe kwam je met hen in contact?

Catherine Lemblé: Ik ging actief op zoek naar vrouwen die er woonden en werkten. Zo fotografeerde ik Mia, die werkte als mecanicien in de steenkoolmijn. Of Angie, een hotelmedewerker uit Thailand. Andere vrouwen leerde ik toevallig kennen door meerdere keren terug te gaan en er telkens een maand te verblijven. Spitsbergen is geen perfecte afspiegeling van het noordpoolgebied, want er is geen inheemse bevolking, zoals bijvoorbeeld in Groenland. Je kan er niet geboren worden, omdat er geen goed uitgerust ziekenhuis is, dus slechts enkelen groeien er als kind op. Voor de meeste vrouwen die ik er ontmoette, was naar Spitsbergen verhuizen een bewuste keuze. Er zijn meer dan vijftig nationaliteiten vertegenwoordigd in Longyearbyen. Zo fotografeerde ik een Filipijnse taxichauffeur, een Finse onderzoeker, een Duitse kunstenares, een Oekraïense gids en een Franse student. Allemaal kozen ze ervoor om op deze plek een nieuw leven te beginnen. De meesten omdat ze houden van het buitenleven, anderen omdat ze hier meer en betere kansen krijgen dan in hun land van herkomst.

BRZ 20251112 1956 Catherine Lemble Sarah and Nemo

Sarah (links) en hond Nemo: 'Vorig jaar ben ik met Sarah meegegaan om de halsband van een gestorven rendier te gaan halen', aldus Catherine Lemblé.

Welke momenten blijven je extra bij?

Lemblé: De tijd die ik doorbracht met Sam, een bijzondere vrouw. Zij is een Amerikaanse rendieronderzoeker en gaat meerdere keren per jaar naar een afgelegen cabin in een rendiergebied. Daar verblijft ze soms wekenlang. Vorig jaar ben ik met haar meegegaan om de halsband van een gestorven rendier te gaan halen. Het was een intense tocht – we wandelden meer dan twintig kilometer per dag met een zware rugzak door de sneeuw –, maar die ervaring liet me voelen hoe wendbaar het lichaam is. Het landschap was prachtig. Er was verder helemaal niemand en we kwamen alleen rendieren tegen. We sliepen in cabins zonder water of elektriciteit, en smolten sneeuw op een gasvuur. Kaarsen zorgden voor licht, een houtkachel voor warmte.

Ondanks die indrukwekkende ervaringen staat de wildernis niet centraal in je boek. Waarom?

Lemblé: Ik liet de wildernis grotendeels achterwege, omdat dat beeld al bestaat in onze collectieve verbeelding van de poolgebieden: eindeloze sneeuwvlaktes, ijsberen, leegte ... In mijn boek draait het juist om de menselijke aanwezigheid in dat landschap. Daarom fotografeerde ik de vrouwen in hun leefomgeving. Ik wilde te weten komen hoe het is om in Spitsbergen te leven als vrouw. Wat is hun band met deze plek en hoe beïnvloedt de omgeving hun dagelijkse leven?

Wat waren de grootste uitdagingen tijdens het fotograferen in zo'n extreme omgeving?

Lemblé: De grootste uitdaging – en ik vergeet dat altijd totdat ik er weer ben – is dat niets gaat zoals gepland. Je bent afhankelijk van het onvoorspelbare weer en van mensen, die op hun beurt ook weer afhankelijk zijn van de weersomstandigheden. Je kan er dus nooit op rekenen dat je plan ook daadwerkelijk lukt. Zeker omdat ik analoog werk en geen kunstlicht gebruik. Dit proces dwingt me om in het moment te zijn; ik ben niet bezig met een scherm of het nabootsen van een situatie. En het blijft altijd een verrassing hoe de foto er uiteindelijk uitziet. De reflectie van de sneeuw op de gezichten komt op kleurfilm trouwens heel goed tot haar recht.

BRZ 20251112 1956 Catherine Lemble Ronja and the Huskie

Ronja en haar husky

Hoe was het om na elk bezoek aan Spitsbergen weer thuis te komen in Brussel?

Lemblé: Lastig. Ik had daar vaak moeite mee. Als kind vond ik het ook al moeilijk om na een vakantie in de bergen terug te keren naar de stad – toen Aalst, nu Brussel –, omdat het contrast zo groot is. Anderzijds: als ik permanent in de bergen zou wonen, zouden ze misschien niet dezelfde indruk op mij nalaten. Doordat ik de plek van buitenaf bekijk, blijf ik verwonderd.

Welke perspectieven hoop je vooral zichtbaar te maken?

Lemblé: Ik wil oude rollenpatronen doorbreken en laten zien hoe we in taal en beeld de natuur vaak vervrouwelijken. Een gids in Spitsbergen vertelde me dat sommige toeristen sceptisch reageren wanneer zij een sneeuwscootertocht leidt, terwijl ze die twijfel niet ervaren wanneer het om een tocht met de hondenslee gaat – alsof werken met dieren logischer is voor vrouwen, omdat zij zogezegd dichter bij de natuur staan. Diezelfde blik zie je ook op wereldschaal, in onze houding tegenover de natuur: we willen mensen naar Mars sturen, Trump aast op Groenland en Poetin wacht tot het ijs smelt. In het fotoboek staat een essay van Abi Andrews, dat op die thematiek ingaat. Andrews belicht daarin vrouwelijke verhalen in Spitsbergen en biedt tegennarratieven van auteurs als Ursula K. Le Guin. Zo stelt ze de vraag hoe poolverhalen eruit zouden zien als ze werden ontdaan van de klassieke heldenromantiek.

Hoe voel je je nu het boek na al die jaren uitkomt?

Lemblé: Ik ben heel dankbaar voor alle steun door de jaren heen en tevreden over hoe al die lagen samenkomen in het boek. Naast mijn foto's bevat het boek trouwens een sectie met historische beelden van vrouwen die de afgelopen twee eeuwen in Spitsbergen woonden. Zo wil ik laten zien dat vrouwen er vroeger wel degelijk in kleine aantallen aanwezig waren, al werd overwinteren voor hen als te gevaarlijk beschouwd. Het boek maakt hun verhalen zichtbaar en stelt opnieuw de belangrijke vraag: wat wordt er herinnerd en waarom?


Only barely still – on women and wilderness verschijnt op 14/11 bij The Eriskay Connection, eriskayconnection.com