Reportage

Vrije meningsuiting en publieke orde: ‘Haatspraak blijft een beetje feeling’

Eva Christiaens
© BRUZZ
18/01/2024

| Op een dak aan het Poelaertplein hangt een banner met de boodschap ‘From Bxl to Gaza. Free Palestine’.

Een spandoek met een steunbetuiging aan de Palestijnse zaak moest vorige week verdwijnen uit de Anspachlaan, ondertussen mag een Palestijnse vlag in Anderlecht luchtig blijven wapperen. Dreigt de willekeur? En hoe vrij is de publieke ruimte nog? “Je kan niet van elke burger verwachten dat hij de grens kent tussen politiezones en hun verschillende regels.”

Elk kind dat vandaag sterft in Gaza zou nog leven als menselijkheid belangrijker was dan Kerstmis vieren.” Tijdens de kerstvakantie hing een wit doek met deze boodschap in het Engels aan de gevel van huisnummer 178 in de Anspachlaan. Het pand waar vzw Growfunding kantoren heeft, al was het doek niet van hen. “We weten niet wie het heeft opgehangen en zijn er zelf amper geweest door de feestdagen. Toch is de politie onze coworkingruimte binnengevallen,” zegt directeur Frederik Lamote. Vorige maandag kwamen volgens getuigen drie politiewagens, twee brandweerwagens en een ambulance ter plaatse om het doek van de gevel te verwijderen. Daar zijn ook videobeelden van. “Ik vind dat een beetje overdreven. Ze hadden ons ook gewoon rustig kunnen vragen om die banner weg te halen,” vindt Lamote.

De politiezone Brussel-Hoofdstad-Elsene verantwoordt de actie op basis van het algemeen politiereglement. Daarin staat dat elke vlag of spandoek zonder toelating van de gemeente in principe verboden is. Dat geldt overigens ook voor doeken of ander linnen die buitenshuis hangen te drogen. Gevraagd naar de precieze klacht over dit bewuste doek, komt er geen reactie.

Het verhaal doet denken aan een ander incident, net voor Kerstmis. Toen zong een groepje van acht personen aangepaste kerstliederen in de Sint-Katelijnestraat in het centrum. “Jingle bombs, jingle bombs,” was een van hun nieuwe songteksten. “Het gebeurde heel vredig en beheerst, maar op een bepaald moment kwam de politie tussen met meer agenten dan dat er zangers waren,” meldde een buurtbewoner toen aan BRUZZ. De lokale politie bevestigde meteen dat ze de identiteitskaarten van de aanwezige zangers had gecontroleerd. “Het ging om een spontane actie die niet was aangevraagd en dus niet was toegelaten op de openbare weg,” zei woordvoerster Ilse Van de keere van de zone Brussel- Hoofdstad-Elsene toen. Het koor zou volgens haar ook pamfletten hebben uitgedeeld. De leden zijn wel niet beboet of opgepakt.

De centrale politiezone trad de laatste weken wel vaker kordaat op tegen vlaggen, spandoeken of protesten. Zo is al aan actievoerders gevraagd om hun Palestijnse vlag of keffiyeh - ook gekend als de Arafat-sjaal - op te bergen bij eerdere betogingen. “Dat kan op het einde van een betoging of actie gevraagd worden als onderdeel van de ontbinding, zodat het duidelijk is dat deze voorbij is,” reageert de politie. Maar volgens getuigenissen, onder meer op sociale media, gebeurt het ook vooraf aan betogingen en zelfs bij gewone voorbijgangers.

1873 Palestijnse-vlag 7 bewerkt

| Fatima (Brussels Against Genocide): “Wij voeren actie waar de politiek het niet doet. Daar dient de publieke ruimte toch voor?

“Ik liep onlangs met een vriendin door de voetgangerszone en zij droeg een keffiyeh. De politie heeft ons daarop aangesproken, gevraagd of we gingen betogen en gezegd dat we die moesten uitdoen,” vertelt Fatima, een lid van Brussels Against Genocide. Die groep burgers bundelt en deelt informatie over protestacties rond de Gaza-oorlog in Brussel, vooral via Instagram.
De Brusselse politie geeft geen bijkomende commentaar op deze getuigenissen, maar zegt alleen dat elke actie omtrent de Gaza-oorlog “op gepaste wijze omkaderd wordt”.
“Er wordt publiek geld gebruikt in een poging om ons te censureren,” klaagt Fatima, die haar familienaam liever niet deelt. “Terwijl wij als burgers net actie voeren waar de politiek het niet doet. Daar dient de publieke ruimte toch voor?”

Oproepen tot haat

De rol van de stad als plaats voor protest is gekend. Alleen al in Brussel-Stad vinden jaarlijks zo'n duizend manifestaties plaats. “De gemeentewet voorziet dat de burgemeester instaat voor de veiligheid en rust. In die zin snap ik wat de politieagenten hier willen doen. Mocht een spandoek echt tot hevig protest leiden of de overheid denkt dat de situatie kan ontsporen, dan mag een burgemeester ingrijpen,” zegt mensenrechtenprofessor Koen Lemmens (KU Leuven), gespecialiseerd in vrijheid van meningsuiting. “Al kan je je afvragen of dat de juiste manier van werken is. De gemeentewet is nog altijd ondergeschikt aan de grondwet en het Europees mensenrechtenverdrag.”

1873 Palestijnse-vlag 17

| Moraalfilosoof Loobuyck: “De overheid moet de veiligheid garanderen op zo’n manier dat mensen hun vrijheid van mening kunnen gebruiken.”

Vrije meningsuiting blijft dus verregaand in ons land, tenzij er sprake is van duidelijke discriminatie, negationisme of oproepen tot haat. “Zelfs in zo'n geval is het niet aan de politie om te bepalen of een spandoek discriminerend is of aanzet tot geweld, maar aan een rechter,” zegt Lemmens. Zelfs als zo'n verbod wel kan, zoals bij betogingen, is de rechter streng. Zo werd burgemeester Philippe Close (PS) vorig jaar teruggefloten door de Raad van State toen hij een manifestatie van het Vlaams Belang verbood.

De Brusselse politie kan niet uitleggen wie de opdracht heeft gegeven om het bewuste doek in de Anspachlaan te verwijderen. Midden december was al een ander, kritisch spandoek boven het McDonald's-restaurant in de voetgangerszone weggehaald. Vorige week werden pro-Palestijnse tags op het logo van het Belgisch EU-voorzitterschap aan de Kunstberg weggewassen. En volgens Brussels Against Genocide is ook al aangedrongen om de banner op een dak aan het Poelaertplein, met de boodschap 'From Bxl to Gaza. Free Palestine', op te bergen. Dat kon de politie niet bevestigen.

Ook een banner die oproept tot menselijkheid aan de gevel van Ancienne Belgique, weliswaar in hun eigen huisstijl, hangt al bijna drie maanden probleemloos buiten. Voor gevelreclame geldt in de Stad Brussel dan weer een verplichte reclametaks. En een spandoek mag nooit het verkeer in de war sturen. Ook dat kan een verbod op bepaalde banners motiveren. “Zo beland je natuurlijk in een grijze zone. De ene kan zeggen dat het niets met vrije meningsuiting te maken heeft, maar met de niet-naleving van bestuurlijke voorschriften, de andere omgekeerd,” zegt Koen Lemmens. “Het blijft aan een rechter om te bepalen wat doorslaggevend is, en of dat allemaal proportioneel is.”

“Een Palestijnse vlag of sjaal in een grootstad, waar ook joodse mensen wonen, kan provocerend zijn. Omgekeerd kan een Israëlische vlag mosliminwoners schofferen”

Patrick Loobuyck

moraalfilosoof UAntwerpen

In elk geval lijkt de aanpak van zijn politiediensten te verschillen van die van de rest van Brussel. In Anderlecht wappert bijvoorbeeld al enkele weken een Palestijnse vlag op de Albert I-square, niet ver van het gemeentehuis. “Wij hebben de burgemeester (Fabrice Cumps van PS, red.) gevraagd wat we ermee moesten doen. Het was zijn beslissing om de vlag te laten hangen,” zegt woordvoerster Sarah Frederickx van de politiezone Brussel-Zuid. “Als vlaggen, banners of protesten niet oproepen tot haat of discriminatie, zullen we die niet verwijderen. Dat is nog niet gebeurd.” Ook in Molenbeek is eind december een spontane protestactie getolereerd met instemming van de burgemeester.

Burgerlijke ongehoorzaamheid

Het moet gezegd dat het gros van de protesten over de Gaza-oorlog in het centrum van de stad plaatsvinden, en dus niet in gemeentes als Anderlecht of Molenbeek. Volgens Brussels Against Genocide zijn wel degelijk enkele spandoeken in Vorst en Sint-Gillis, beide deel van politiezone Brussel-Zuid, van balkons gehaald. “Maar vooral in de Stad Brussel is de politie sinds de start van de oorlog zeer gewelddadig,” vindt Fatima van de burgerbeweging. “Ze hebben me eens gevraagd of ik niet liever thuis thee zou drinken dan te betogen. Met oudejaarsavond hebben ze een Palestijnse vlag uit mijn handen getrokken. Dat deed me echt pijn, en de vlag ben ik kwijt,” vertelt ze.

“Je kan niet van elke burger verwachten dat die de grens kent tussen politiezones en overal de verschillende regels kent. Dat zorgt voor problemen met rechtszekerheid en gelijke behandeling,” zegt moraalfilosoof Patrick Loobuyck (UAntwerpen). “Natuurlijk kan een Palestijnse vlag of sjaal in een grootstad, waar ook joodse mensen wonen, provocerend zijn. Omgekeerd kan een Israëlische vlag mosliminwoners schofferen. We moeten daarin niet naïef zijn: het conflict is al in zekere mate aanwezig in onze samenleving.” Een verschil met de oorlog in Oekraïne, benadrukt Loobuyck. “Daar leefde veel meer een pensée unique. Iedereen was het min of meer eens dat Rusland de slechterik was.”

1873 Palestijnse-vlag 10

| In het politiereglement staat dat elke vlag of spandoek zonder toelating van de gemeente in principe verboden is.

Het is echter opletten dat die bezorgdheid niet overslaat in censuur, zegt de filosoof. “Voor een verbod heb je zeer goede argumenten nodig. Je moet kunnen aantonen dat je de publieke orde niet zou kunnen handhaven. En dat is nu net jouw taak als overheid: de veiligheid garanderen op zo'n manier dat mensen hun vrijheid van mening kunnen gebruiken,” zegt Loobuyck. “Ik vermoed dat men zich vaak verstopt achter het argument dat een actie niet is aangevraagd, dat een spandoek daar niet hoort of mag hangen.”

Dat was ook de uitleg bij de arrestatie van dichteres Hind Eljadid, toen die deze maand zes uur in een Mechelse politiecel belandde. Ze had pro-Palestijnse slogans geroepen op het podium van een Vlaams-Europees feest, zonder betogingsaanvraag. “Als overheid moet je die burgerlijke ongehoorzaamheid begrijpen,” vindt Loobuyck. “Al is het voor activisten evengoed part of the game dat ze erop worden aangesproken.”

graffiti in het park aan de kunstberg

| Graffiti in het park aan de Kunstberg: "Stop the genocide. Israeli apartheid."

Eljadids aanhouding kreeg snel forse kritiek. De Liga voor Mensenrechten noemde hem disproportioneel en in een opiniestuk in De Standaard stelde schrijfster Rachida Lamrabet openlijk de vraag naar racisme. “Zou een witte dichteres ook in de gevangenis zijn gegooid?” vroeg ze, verwijzend naar zangeres Laura Tesoro die zonder gevolg met de Palestijnse vlag had kunnen zwaaien. Volgens Loobuyck ontbreekt vooral een duidelijke uitleg vanwege de overheid. “Alleen al het feit dat mensen het gevoel hebben dat er een inconsequentie is, is geen goede zaak,” zegt hij. “Ook al is het beleid niet artificieel: van zodra het zo lijkt, is de overheid het aan ons verplicht om goed uit te leggen waar de lijn ligt.”

'Actievoerders zijn geen gekken'

In Brussel-Stad blijft die uitleg voorlopig uit. Noch de politie, noch burgemeester Close wil bijkomende toelichting geven bij de feiten van de voorbije weken. “We zullen hier niet meer dieper op ingaan,” besluiten ze in een gezamenlijk antwoord. De politiezone Brussel-Zuid wil dat wel, al bekijken ook zij geval per geval, zegt woordvoerster Sarah Frederickx. “Er is geen heel duidelijk kader van wat wel of niet mag. Haatspraak blijft een beetje feeling en uiteindelijk is het aan de rechter om erover te oordelen,” zegt Frederickx. “Er is bijvoorbeeld een groot verschil tussen pro-Palestijnse boodschappen of uitdrukkelijke steunbetuigingen aan Hamas. Dat is een terroristische organisatie, dus wie die verheerlijkt, roept wel degelijk op tot haat en geweld.” In zo'n geval zou de politiezone banners wel verwijderen, zegt Frederickx. Hetzelfde geldt voor antisemitische opschriften, oproepen tot brandstichting of verbanning van joden.

1873 Palestijnse-vlag 15

| Op een dak aan het Poelaertplein hangt een banner met de boodschap ‘From Bxl to Gaza. Free Palestine.’

“Nog los daarvan zien wij soms tags, vlaggen of posters die voor buitenstaanders niet altijd zichtbaar zijn, maar voor ons wel een signaalfunctie hebben,” legt Frederickx uit, die geen buurten of milieus bij naam wil noemen. “Dat kan een teken zijn dat iemand aan het radicaliseren is. We doen dus vooral aan informatiegaring wanneer we dan iemands identiteit controleren. Pas als het problematisch wordt, melden wij dat aan de lokale integrale veiligheidscel en aan het parket.”

Volgens Fatima van Brussels Against Genocide is de groep verontwaardigde burgers nu al erg breed en divers. “Het gaat om mensen uit politieke kringen, academici, kunstenaars, mensen uit het sociaal werk of de mentale gezondheidssector,” zegt Fatima, die zelf als psychologe werkt met vluchtelingen. “De overheid moet stoppen met alle actievoerders als gekken te beschouwen. Wij zijn net enorm geëngageerd. We vertolken de stem van Palestijnen die je nu niet hoort, maar die wel in Brussel in kraakpanden of Fedasil-hotels wonen.” Ze is zeker dat er nog acties zullen volgen, zegt ze. “Zolang de politiek niet zelf om een staakt-het-vuren vraagt, blijven wij op straat komen.”

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni