'Keer terug naar start.' Dat is de teneur in het Fuse-dossier na de beslissing van het Milieucollege om de voorwaarden die Leefmilieu Brussel in januari had opgelegd te overrulen zonder met een alternatief tegenvoorstel op de proppen te komen. Gevolg: Fuse moet zich houden aan de regels van de oorspronkelijke milieuvergunning, maar ondertussen blijft ook de klacht van de buurman op tafel liggen.
Concreet mag de nachtclub elke dag de deuren openen tussen 22 en 8 uur. Tien keer per jaar mag Fuse tot 12 uur dj’s en publiek verwelkomen. Op het vlak van geluid staat de decibelmeter op 100 of 115, afhankelijk van de zogenaamde ‘wegingsfilter’ die van toepassing is.
“Het maximale niveau bedraagt 100 decibel bij wegingsfilter A, die overeenkomt met de waarneming bij een gewoon gesprek”, klinkt het bij Leefmilieu Brussel. “Bij de andere wegingsfilter, C, gaat het om 115 decibel.” Die laatste filter wordt gebruikt bij geluidsniveaus boven de 85 decibel.
Geen oplossing
Die terugkeer naar de (aangepaste) milieuvergunning die de nachtclub in 2021 op haar bord kreeg, is allesbehalve een oplossing voor het moeilijke vaarwater waarin Fuse was terechtgekomen. Ook voor de klagende buurman verandert er in feite niets.
Hoewel: de beslissing kan ook een opsteker zijn voor de vermaarde technoclub, want de strenge voorwaarden die Leefmilieu Brussel had opgelegd, zijn nu niet meer van tel. Het gaat bijvoorbeeld om het volume in het eerste en laatste uur van een clubnacht lager dan 95 decibel zetten enerzijds en binnen de twee jaar verhuizen of de nodige werken laten uitvoeren om de akoestische problemen op te lossen anderzijds.
Toch is er geen hoerastemming in de Blaesstraat. De klacht van de buurman is immers nog niet van de baan, en dus is het niet uitgesloten dat er binnenkort opnieuw mogelijke beslissingen en voorwaarden komen die de werking van Fuse weer in het gedrang brengen. De nachtclub wenst geen statements te maken “tot er meer duidelijkheid is”.
Immaterieel erfgoed
Toch is er al langer een piste die naar voren geschoven wordt om uit de aanslepende impasse te geraken: het Brussels nachtleven – de clubbing culture – erkennen als immaterieel erfgoed.
De Brusselse regering, de Brusselse Nachtraad en Fuse zelf zeggen daar al langer over dat het de manier bij uitstek zou zijn om het nachtleven in de hoofdstad beter te beschermen en in de toekomst sterker te staan tegenover, bijvoorbeeld, klagende buren. Het maatschappelijk belang zou dan bij burenverzuchtingen immers primeren op het individuele welzijn van die grievende burgers, luidt de redenering.
Maar zo’n erkenning als immaterieel erfgoed heeft geen rechtstreekse juridische gevolgen. Net daarom buigen juristen van het kabinet van Brussels staatssecretaris Pascal Smet (one.brussels-Vooruit) zich dezer dagen over welke deuren een erfgoedstatus voor het Brussels nachtleven dan wel kan openen.
Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.