Expo François Schuiten: elegant tot in de puntjes

An Devroe
© Brussel Deze Week
15/01/2014

De confrontatie met het gedrukte album is telkens een beetje rouwen voor de Brusselse striptekenaar François Schuiten. In Bibliotheca Wittockiana kan nu ook de gewone lezer de details en kleurlaagjes van zijn grote originele platen en blauwdrukken ontdekken, niet alleen uit ‘De Duistere Steden’, de wereldberoemde reeks met de Franse scenarioschrijver en filosoof Benoît Peeters, maar ook uit ‘De Holle Aarde’ (met zijn broer Luc) en 'Metamorfoses' (met Claude Renard).

D e oude koffiepot op het tafeltje bij het raam brengt de emotie op gang. Een bejaard echtpaar trekt zich ogenschijnlijk niets aan van de wolkenkrabbers achter het raam, getekend met een duizelingwekkendheid zoals alleen Schuiten dat kan. Het echtpaar leeft in een afgekeurd huis dat de vooruitgang al 23 jaar door een ongelooflijke onachtzaamheid vergat te slopen. Wie De Duistere Steden (oorspronkelijk Les Cités Obscures, beide talen uitgegeven door Casterman) (her)leest, ziet dit universeel thema geregeld opduiken. Wordt er tijdens een stadsraad over de afbraakwerken ten gevolge van het overkluizen van de Senne in het album Brüsel (1992) (‘spreek uit Brüzel’) ook al niet opgemerkt “dat het algemeen belang nu eenmaal vergt dat je wel eens een komma moet verplaatsen.”

In De Duistere Steden contrasteren de laat 19de-, begin 20ste-eeuwse decors met antieke koffiepotten en leefgewoonten visueel sterk met allerlei technologische revoluties. Het zijn toekomstdromen die nog niet bezoedeld zijn door de nadelige gevolgen ervan. Schuiten en Peeters kunnen ons met gemak mee in vervoering brengen voor zaken die we in het echt zijn gaan verfoeien. Het personage Constant Abeels leurt in het album Brüsel met plasticplanten, het materiaal van de toekomst, dat een eind zal maken aan de treurnis van vallende blaren. Maar de auteurs laten ook altijd graag zien waartoe dat blinde geloof kan leiden. In het album Herinneringen aan het Eeuwige Heden (2009) kopieert men eerst nog vrolijk zichzelf, maar in de euforie wordt ook de zon gekopieerd, waardoor het veel te warm wordt en er een ramp geschiedt.

Schuiten ontving in 2012 de Grote Mangaprijs die nooit eerder een niet-Japanse kunstenaar te beurt viel en De Duistere Steden zijn na de vele Europese vertalingen momenteel de Verenigde Staten aan het veroveren. Maar voor het originele papier moet u straks niet ver lopen.

Stad van het Boek
In Brüsel wordt een begin gemaakt om de stapels papieren dossiers over te zetten op het ‘automatische brein’, maar Schuiten heeft vorig jaar zijn platen veiligheidshalve toch maar geschonken aan enkele Belgische en Franse instellingen. Zo gaat hij mogelijke erfenisproblemen uit de weg en heeft hij de garantie om zonder kwaliteitsverlies te kunnen herdrukken.

In België zijn dat de Koning Boudewijnstichting, het Autrique-huis, het Belgisch Centrum voor het Beeldverhaal en het Centre de la Gravure et de l'Image imprimée in La Louvière, in Frankrijk de Bibliothèque nationale de France en het Musée de la bande dessinée in Angoulême.

De expo in de Bibliothecana Wittockiana put uit de werken die geschonken zijn aan de Koning Boudewijnstichting die nu zowel de Fondsen Schuiten als Wittockiana beheert. Het zijn de originele platen en blauwdrukken van De Duistere Steden die zich afspelen in België, weliswaar op een Tegenaarde, zoals Brüsel (1992), De Onzichtbare Grens (2002-2004), De Theorie van de Zandkorrel (2007-2008), Herinneringen aan het Eeuwige Heden (2009), en het vroege werk met zijn broer Luc en Claude Renard.

Schuiten was in 2012 al eens de scenograaf van enkele meesterwerken uit het Erfgoedfonds van de Stichting op de kunstbeurs Brafa.
In het album De Echo der Steden (1993) is er sprake van een Stad van het Boek, gebouwd aan de oostzijde van Brüsel, waar luchtschepen en zeppelins rondcirkelen en alle wegen naartoe leiden. Bibliotheca Wittockiana als het ware.

François Schuiten (1956) begon als twaalfjarige strips te tekenen, aangestoken door zijn twaalf jaar oudere broer en architect Luc die de avonturen van Blake en Mortimer en Lucky Luke niet alleen voorlas maar ook naspeelde. Van hun vader, architect en schilder, leerden alle kinderen perspectieftekenen, compositie en kleurmenging. François debuteerde als zestienjarige in Pilote Belgique met het verhaal Mutations, zijn toegangsticket voor een opleiding als striptekenaar in Sint-Lukas. Tijdens zijn studie publiceerde hij samen met zijn broer het verhaal Pantsers (uit de latere reeks De Holle Aarde) in het experimentele stripblad Métal Hurlant. In een wereld waar iedereen ingesnoerd is met metalen omhulsels is de liefde bedrijven tegelijk de mooiste en moedigste daad, want het is als een insect waarvan het pantser wordt afgenomen.

Met zijn leraar aan Sint-Lukas Claude Renard tekende en schreef hij vierhandig aan de stripverhalen De medianen van Cymbiola en De Rail die bijeengebracht zijn in Metamorfoses. Dertig jaar later weten ze niet meer wie welk stadsgezicht getekend heeft.

Maar het is door de samenwerking met Benoît Peeters, zijn jeugdvriend uit het Don Bosco College in Brussel, dat Schuiten een coherenter universum zal creëren. Hoewel ze met elk nieuw album van De Duistere Steden dat universum verder aftasten, beweert Peeters dat ze nooit vooraf weten hoe dat er zal uitzien. Geen vijf- of tienjarenplannen, de reeks groeit bijna vegetatief. Het is vertederend hoe Peeters beschrijft hoe ze na drie decennia nog steeds op praktisch dezelfde manier werken als bij hun eerste album De Muren van Samaris (1983), Schuiten tekent, Peeters zorgt voor de teksten, en al de rest doen ze samen.

Uitvergroot Brussel
De Duistere Steden zitten vol directe en indirecte verwijzingen naar films, architecten, schrijvers en historische vergaderingen, maar Brussel zelf is overal. De archivaris (in het gelijknamige album uit 1987) Isidore Louis, belast met onderzoek aan het Centraal Instituut der archieven, afdeling mythen en legenden, noteert bij een geheimzinnige afbeelding van de Marollen en het Paleis der Drie Machten een citaat uit de Reisnotities van Eugen Robick: “Ik kan de omweg via Brüsel niet genoeg aanbevelen. Voor een urbatect bestaat er geen inspirerender omgeving dan deze plompe, ongerieflijke stad.”

U herkent vast het Autriquehuis, het Cauchiehuis, de Sint-Michielskathedraal, de Hallen van Schaarbeek, de Koninklijke Serres (maar dan nog veel duizelingwekkender), en heeft het mythische Buizenstelstel niet verdacht veel weg van het Atomium? Peeters vindt zelf dat ze soms pas achteraf zijn gaan beseffen hoe elk album weer nieuwe elementen uit deze stad uitvergroot. Was Venetië, Chicago of Parijs hun uitvalsbasis, dan waren het andere verhalen geweest: “Volmaakte steden laten zich niet zo gemakkelijk heruitvinden.”

Een aantal beelden en ‘oplossingen’ blijft na de lectuur gegarandeerd hangen, zoals het rijtje doorzeggers op stoelen (de ‘telefoon’ die het zelden doet), de wil van de president om de steden naar het platteland te verplaatsen en het platteland naar de steden, of verschuivingen in het medialandschap. Op vraag van de abonnees verdwijnt de reclame, maar als de Compensatiebeurs de steun opzegt, is het blad De Echo der Steden gedoemd te verdwijnen. Het Licht, ‘Eerste volledige fotografische tijdschrift’, maakt komaf met de verouderde elegantie van de tekening. Nog in al zijn glorie in Bibliotheca Wittockiana.

data: 16/01 > 19/04 - di > zo: 10 >17.00

waar: Bibliotheca Wittockiana. Museum van de Boekband en de Boekkunst, Bemelstraat 23, 1150 Sint-Pieters-Woluwe

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Sint-Pieters-Woluwe , Expo

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni