Boek: Applaus van Eric De Kuyper

Michaël Bellon
© Agenda Magazine
31/03/2012
Brusselaar Eric de Kuyper schrijft, filmt en regisseert, maar is minstens even vaak aan de receptieve zijde van de verschillende kunstdisciplines te vinden. Zowel in zijn autobiografische boeken als in zijn essaybundels heeft hij al veel geschreven over zijn ervaringen en voorkeuren. In Applaus staan meer dan twintig forse stukken over theater, opera, dans, literatuur en architectuur op een rij.

De eruditie van Eric de Kuyper staat buiten kijf, maar aan zijn enorme ervaring als lezer en als kijker (ook in verschillende buitenlanden) koppelt hij ook zijn theoretische kennis en ervaring als docent, recensent en maker. Bovendien cultiveert De Kuyper een zeer persoonlijke - zeg maar eigenzinnige - smaak waardoor je niet altijd kunt meepraten over de titels en uitvoeringen die hij bespreekt. Toch is Applaus toegankelijk en zelfs eenvoudig, in die zin dat het nooit hoogdravend wordt en dat je er behoorlijk wat van opsteekt.

Voorbeelden? Een terugkerende ergernis bij de auteur betreft de actualiseringsdrang die de hedendaagse podiumkunsten treft: regisseur en publiek lijken wel 'samen te zweren' tegen de auteur en het oorspronkelijke stuk. De Kuyper pleit ervoor om de aspecten van een bepaald stuk die tot onbegrip kunnen leiden - van het gebruik van pruiken tot het uiten van gedateerde wraakgevoelens - niet zomaar weg te (be)werken, maar juist te proberen ze te doorgronden. "Dat maakt voor mij het unieke van het theater uit, dat trillende gevoel dat de geschiedenis, een facet ervan, een fragment eruit vanavond leeft en herleeft daar, op het podium." Het belang dat De Kuyper hecht aan de historische dimensie verklaart ook zijn voorliefde voor het repertoiretoneel in het Duitse taalgebied, waar je elke week nog wel ergens terechtkunt voor een Faust of een Tsjechov.

Ook mooi is de vanzelfsprekendheid waarmee De Kuyper zijn autobiografie of de ervaringen en gevoelens van zijn omgeving in zijn besprekingen binnenbrengt. De voor- en nabesprekingen in bar of restaurant maken deel uit van de kunstbeleving, en het is volgens hem een ongefundeerde en jammerlijke reductie en abstrahering om die context in een recensie weg te laten. In dezelfde lijn ligt zijn argwaan tegen vormen van intellectualisering die theater niet nemen voor wat het is: "een subtiele vorm van spel".

Geduldig overloopt De Kuyper vervolgens alle regeltjes van dat spel. Dat levert verassend interessante bespiegelingen op over het applaus (waarmee het publiek niet alleen zijn waardering uit, maar ook de periode inluidt en afsluit waarin het alle macht aan de artiesten overdraagt), over de abonnee en zelfs over de pauze. Daarnaast zijn er uitvoerige notities over Maurice Béjart, Pina Bausch of de dans van Expo 58.

De Kuyper ventileert af en toe net iets te gemakkelijk zijn ergernis over intenties die hij vermoedt bij bijvoorbeeld Philippe Herreweghe, Guy Joosten of Ian Buruma, maar toch is het vooral zijn behoefte om zijn enthousiasme voor de kunsten op andere (jonge) mensen over te brengen die prominent aanwezig is in Applaus. Aan het einde van het boek toont hij zich zelfs nog bereid om even mee te gaan in de wereld van de computergames, die hij nooit meer zal doorgronden maar waarvan hij de esthetiek en de potentie als bron van eindeloze verhalen graag wil erkennen

bOEK |

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Shop, Cultuurnieuws

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni