Oppositie grijpt begrotingsdebat aan om regeringsbeleid van de legislatuur af te branden

De oppositie greep donderdagnamiddag het plenaire begrotingsdebat in het Brussels Parlement aan om een voor hen vernietigend beeld te schetsen van het (budgettaire) beleid van de regering-Vervoort tijdens deze legislatuur. En zichzelf als alternatief naar voren te schuiven.

"Nooit eerder was de Brusselse schuldenberg zo hoog, en nooit eender bouwde een begrotingsminister zoveel schulden op als minister Gatz", stak N-VA-fractieleidster Cieltje Van Achter van wal. "Op vijf jaar steeg de schuld tot 8,2 miljard euro, eind volgend jaar staan we 14,4 miljard in het rood", zei ze. Minister van Mobiliteit Elke Van den Brandt had deze legislatuur meer dan 8 miljard euro ter beschikking, met slecht "één zichtbare verwezenlijking: de totale polarisatie van het mobiliteitsdebat".

Met een schuld van 14,4 miljard is het voor Van Achter aan de volgende regering om Brussel van de afgrond te behoeden. Begrotingsminister Sven Gatz (Open VLD) beweert dat alles in het werk gesteld is om dat mogelijk te maken, maar dat klopt niet, aldus Cieltje Van Achter.

Ze richtte zich ook tot minister-president Vervoort om hem erop te wijzen dat zijn ploeg reeds vijf jaar 'op de poef' leefde en Brussel op zowat alle lijstjes achteruit gaat. "Aan de volgende regering om het tij te keren. En dat wordt niet eenvoudig. De uitdagingen zijn immens en het geld is op. Dat is de jammerlijke erfenis van Vervoort III die de volgende generatie bestuurders moet torsen", stelde de N-VA'ster.

Stijgende uitgaven

David Leisterh (MR) ging nog verder terug in de tijd: "De Brusselse schatkist is leeg en zit vol gaten. In zekere zin is Brussel de afgelopen jaren bestolen. Een roof op de belastingen van de werkende mensen. En we kunnen zelfs het jaar van de misdaad traceren: 2017. Vanaf dat moment stegen de uitgaven", zei hij.

Voor de MR kunnen de opeenvolgende crisismaatregelen de stijgende schuld niet verklaren. Om het Gewest er terug bovenop te krijgen zijn er voor Weytsman drie oplossingen: de openbare financiën terug op het spoor brengen in respect met onze Europese engagementen; het vrijmaken van de nodige middelen om het noodzakelijke beleid te voeren, onder meer inzake klimaat- en energietransitie, infrastructuur, mobiliteit, renovatie, onderzoek en ontwikkeling, onderwijs en veiligheid; het herstel van de koopkracht van de burgers en een fiscale hervorming.

Dominiek Lootens-Stael (Vlaams Belang) verweet minister-president Vervoort en zijn regering om met zakken geld te smijten die hij niet heeft. Het resultaat is een gewest met een financiële puinhoop.

Bianca Debaets (CD&V) sprak van een begrotingsdebat 'in mineur', waarbij ze ook verwees naar het nakende einde van haar verblijf in het Brussels Parlement - ze is kandidaat voor het Vlaams Parlement in 2024.

"De regering Vervoort zal de overheidsfinanciën aan flarden achterlaten en we vrezen dat het aan moedigere mensen dan zij zal zijn om orde op zaken te stellen", zei ook Christophe De Beukelaer (Les Engagés). "De regering laat het schip zinken door nog meer gewicht toe te voegen aan het anker van schulden dat het schip naar beneden sleurt. Het is hoog tijd om keuzes te maken, om te durven... gewoon om te handelen voor de Brusselaars en niet langer aan de kade te blijven zitten", besloot hij.

Besparingen

Terwijl de andere oppositiepartijen de toenemende schuld onder vuur namen, verweet Françoise De Smedt (PVDA) de regering - "die zich in 2019 de meest progressieve van het land noemde" - om alle lasten af te wenden op de werknemers: 150 miljoen besparingen, 240 miljoen onderbenuttingen, lineaire besparen van 3 tot 10 procent op de middelen van de administraties en openbare dienstverlening.

Minister van Begroting Sven Gatz antwoordt vrijdagvoormiddag.