Interview

Tania Dekens en de Brusselse woonzorgcentra: ‘Geen enkele sector was hierop voorbereid’

Sara De Sloover
10/11/2020
© Bart Dewele | Tania Dekens, leidend ambtenaar bij de Brusselse welzijnsinstelling Iriscare.

De tweede coronagolf bezorgt Tania Dekens, leidend ambtenaar bij de Brusselse welzijnsinstelling Iris­care, kopzorgen. Het virus is weer binnengedrongen in acht op de tien woonzorgcentra, en er zijn opnieuw al 222 doden te betreuren. “Brusselse ouderen hebben een slechtere gezondheid dan leeftijdsgenoten in Vlaanderen en Wallonië.”

Wie is Tania Dekens?

  • Geboren in 1971 in Gent
  • Master in de rechten, UGent (1995)
  • Behaalt in 2001 een Master in ‘Public Management and Public Policy’, KU Leuven
  • Van 2003 tot 2010: adviseur sociale zekerheid op verschillende kabinetten
  • Is van 2012 tot 2018 administrateur-generaal Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Famifed
  • Sinds 2012: gemeenteraadslid Molenbeek voor SP.A
  • In 2015 wordt Famifed verkozen tot ‘overheidsorganisatie van het jaar’
  • Wordt in 2018 Overheidsmanager van het jaar
  • Is sinds 2019 leidend ambtenaar van Brusselse bicommunautaire welzijnsinstelling Iriscare en zo verantwoordelijk voor een budget van 1,3 miljard

Elke ochtend heeft Tania Dekens een overleg specifiek over de rust- en verzorgingstehuizen. Elke stijging van het aantal coronagevallen wordt daar besproken. “Op dit moment (eind vorige week, red.) is zeven procent van onze 11.500 bewoners besmet,” somt Dekens op, “en zowat zes procent van onze 7.000 personeelsleden.”

Op welke manier zijn jullie nu beter voorbereid dan tijdens de eerste golf?
Tania Dekens: Begin juli hebben we richtlijnen uitgestuurd naar alle rusthuizen om ze voor te bereiden op een tweede golf. Ze moesten elk een crisiscel samenstellen, en een overeenkomst afsluiten met een ziekenhuis. Iets wat voor rust- en verzorgingstehuizen eigenlijk verplicht is, maar waarvan we in de eerste golf hadden vastgesteld dat die meestal alleen op papier bestond. Ze moesten ook een afspraak maken met een labo, en met een leverancier van zuurstof. Zodat ze zeker zijn dat die effectief geleverd kan worden als het nodig is.

Alle woonzorgcentra waren daarnaast verplicht om ons een Covid-19-actieplan te bezorgen. Ze moesten één maand voorraad aan beschermingsmateriaal aanleggen, en daarbovenop hebben wij hen begin oktober nog voor een extra maand geleverd. Iriscare heeft nog eens voor drie maanden materiaal in voorraad.

Tania Dekens, leidend ambtenaar bij de Brusselse welzijnsinstelling Iriscare
© Bart Dewele | Tania Dekens: In"augustus hebben we opnieuw een regionaal hoofdverpleegkundige aangesteld, net als in de eerste golf. Als er ergens een uitbraak is, gaat die ter plaatse, samen met Artsen zonder Grenzen. Zij bekijken of de hygiënemaatregelen correct worden toegepast en geven waar het nodig is extra opleidingen."

In augustus hebben we opnieuw een regionaal hoofdverpleegkundige aangesteld, net als in de eerste golf. Als er ergens een uitbraak is, gaat die ter plaatse, samen met Artsen zonder Grenzen. Zij bekijken of de hygiënemaatregelen correct worden toegepast en geven waar het nodig is extra opleidingen. AzG heeft zich in de eerste golf spontaan bij ons aangeboden, en die hulp was zeer welkom. Ze hebben 88 van de 138 woonzorgcentra ter plaatse opgevolgd. In sommige is het team tot vier keer toe langs gegaan.

Iriscare heeft in augustus ook een ‘coronabarometer’ opgesteld, met duidelijke maatregelen per besmettingsniveau. Hoe gaan bewoners ermee om?
Dekens: Onderverdeeld in vier fases geeft die barometer rusthuizen een houvast. Zowat vijftig Brusselse rusthuizen, of ruim een op de drie, hadden in de afgelopen week meer dan twee coronacases. Zij zitten in de hoogste fase, fase 3: eten wordt er op de kamers opgediend, en activiteiten mogen ook niet meer in kleine groep. Dan wordt het moeilijker voor de bewoners. We hebben tijdens de eerste golf wel tablets verdeeld in alle woonzorgcentra, zodat digitaal contact met de familie mogelijk is. En we bieden specifieke psychologische ondersteuning aan voor ouderen die afhaken.

De enige bezoeken die nog mogelijk zijn, vinden plaats in de tuin of in een speciaal daarvoor voorziene ruimte, achter plexiglas of met masker op. Het zijn geen knuffelcontacten. Daarom houden we de huidige regeling aan: twee verschillende bezoekers per twee weken, zodat mensen met meer familie toch iedereen geregeld eens kunnen zien.

Tania Dekens, leidend ambtenaar bij de Brusselse welzijnsinstelling Iriscare
© Bart Dewaele | Tania Dekens: "Toen Pascal Smet (SP.A, red.) en Évelyne Huytebroeck (Ecolo, red.) in 2009 minister waren bevoegd voor onze sector, werd al vastgelegd dat elk rusthuis voldoende beschermingsmateriaal moest hebben. Ik kan alleen maar vaststellen dat dat niet gebeurd is."

Om Covid-19 in de woonzorgcentra sneller op te sporen tijdens de tweede golf, hebt u in augustus-­september al het personeel preventief getest.
Dekens: Telkens als we daarbij twee positieve gevallen vonden, hebben we ook de bewoners getest. Intussen is die preventieve PCR-testing stopgezet vanwege een gebrek aan capaciteit bij de laboratoria.
Wij zijn vragende partij om de algemene preventieve tests zo snel mogelijk te kunnen heropstarten, maar dat wordt pas herbekeken op 15 november.
In afwachting daarvan bekijken we samen met de gewestelijke gezondheidsinspectie en het federale niveau welke teststrategie we kunnen toepassen met de honderdduizend sneltests die het Gewest net heeft aangekocht. We willen graag alle personeelsleden blijven testen, maar de vraag is nu nog: hoe. Ze zijn minder betrouwbaar dan PCR-tests, en we willen wel vermijden dat een medewerker met een vals negatief resultaat onbewust hoogrisicopatiënten besmet.

“Na corona moeten we in allerlei verschillende woonvormen voor ouderen op één site voorzien: kangoeroewoningen, ‘koten’, serviceflats én woonzorgcentra”

Tania Dekens, leidend ambtenaar Iriscare

Tania Dekens, leidend ambtenaar bij de Brusselse welzijnsinstelling Iriscare

In de eerste golf probeerden woonzorgcentra wanhopig en vaak tevergeefs toch maar voldoende materiaal en personeel te vinden. Zo vertelde een rusthuis dat ze bij een duikersclub zuurstof voor beademing moesten halen. In een paar woonzorgcentra moest door personeelstekort zelfs het leger worden ingezet. Hoe kwam het dat Brussel zo onvoorbereid was op een mogelijke virusuitbraak?
Dekens: Toen Pascal Smet (SP.A, red.) en Évelyne Huytebroeck (Ecolo, red.) in 2009 minister waren bevoegd voor onze sector, werd al vastgelegd dat elk rusthuis voldoende beschermingsmateriaal moest hebben. Ik kan alleen maar vaststellen dat dat niet gebeurd is. Misschien heeft men in de rusthuizen verkeerd ingeschat hoeveel materiaal ze effectief dienden te hebben.

Daarnaast is een dergelijke epidemie natuurlijk al heel lang geleden. Geen enkele sector was erop voorbereid, zelfs niet alleen in België, maar in de hele wereld.

Beschermingsmateriaal is ook een taak van het federale niveau. Toen minister Maron (Ecolo, bevoegd voor Volksgezondheid, red.) in februari naar materiaal informeerde, heeft men hem verteld dat de nationale voorraad vernietigd was en dat er geen nieuwe was aangelegd.

Dat belet natuurlijk niet dat wij op ons niveau in een voorraad voorzien. De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, die in Brussel bevoegd is voor welzijn, had een kleine voorraad FFP2- en FFP3-maskers, omdat wij bevoegd zijn voor de opvolging van gelijk welke epidemie in het gewest. Soms hebben we bijvoorbeeld uitbraken van tuberculose. Die kleine voorraad is op 13 maart aangevuld met achthonderd FFP2-maskers van Artsen zonder Grenzen, waarmee wij de rusthuizen die het het meest nodig hadden, hebben kunnen helpen tot 26 maart, de dag waarop wij aan alle rusthuizen met een corona-uitbraak maskers hebben kunnen verdelen.

Ongeveer zeventig procent van de dodelijke slachtoffers in de eerste golf in Brussel waren rusthuisbewoners: het ging om ongeveer duizend mensen. Hoe kijkt u naar die vele sterfgevallen?

Dekens: Sinds het begin van de tweede golf begin september tot begin november zijn opnieuw 222 bewoners overleden aan het virus. Elk overlijden is er een te veel, voor ons en voor de familie. Maar het is natuurlijk zo dat de mensen die terechtkomen in een rust- en verzorgingstehuis meer en meer zware zorg vereisen. Ze hebben vaak al onderliggende pathologieën, het virus is dan de druppel.

Tania Dekens, leidend ambtenaar bij de Brusselse welzijnsinstelling Iriscare
© Bart Dewele | Tania Dekens: "Het heeft in onze ogen bijvoorbeeld nog weinig nut de opdeling te maken tussen rusthuizen en rust- en verzorgingstehuizen. Veel senioren met een zwaar zorgprofiel liggen in een gewoon rusthuisbed."

Bovendien heeft het Brussels Gewest een bevolking die er qua gezondheid niet zo goed voorstaat. Mensen met minder middelen, die daardoor minder geld besteden aan hun gezondheid en ook meer gezondheidsrisico’s lopen gedurende hun leven. We weten uit studies bijvoorbeeld dat heel veel Brusselaars hun doktersbezoeken uitstellen, dat speelt allemaal mee op het moment dat ze in het rusthuis terechtkomen. Op latere leeftijd zijn ze vaak zwakker dan hun leeftijdsgenoten in andere delen van het land.

Hoe evalueert u de aanpak van de coronacrisis door het Brussels Gewest?
Dekens: (Aarzelt even) Ik kan me daar moeilijk over uitspreken. Ik denk dat we alles hebben gedaan om het zo goed mogelijk te doorstaan. Het is gewoon een feit dat men zowel op het federale als op het internationale niveau te laat het hoge risico heeft opgemerkt. Ik denk niet dat je minister Maron met de vinger kunt wijzen.

Waarom zijn wij zelf materiaal beginnen aan te kopen? Op federaal niveau ging alle beschikbare materiaal telkens prioritair naar de ziekenhuizen, vanwege de drama’s die zich in Italië hadden afgespeeld. De rusthuizen waren maar categorie 4. Dat bleef maar een discussie: zij moesten eigenlijk een strategische voorraad hebben, maar die was vernietigd en er was geen nieuwe aangekocht.
Het is zelfs zo dat wíj in de eerste drie weken van de crisis in maart beschermingsmateriaal hebben uitgedeeld aan Brusselse huisartsen, thuisverpleegkundigen en vroedvrouwen. Die waren allemaal in een categorie ingedeeld na de ziekenhuizen.

“Wij hebben al onze zorginstellingen gevraagd of ze eventueel patiënten uit ziekenhuizen willen opnemen, en hoeveel personeel en zuurstof ze daarvoor hebben”

Tania Dekens, leidend ambtenaar Iriscare

The New York Times schreef in een ophefmakend artikel ook over Brusselse rusthuizen die zieke bewoners tevergeefs in het ziekenhuis probeerden op te nemen, of senioren die heel snel werden teruggestuurd. Een BRUZZ-collega tekende een soortgelijke getuigenis van een Brusselse rusthuisuitbaatster op. Wist u dat?
Dekens: Wij hebben in de hele eerste golf over één geval gehoord, en toen hebben we onmiddellijk ingegrepen. Voor de rest heb ik daar nooit bewijzen van gezien.
Natuurlijk werd er wel rekening gehouden met het levenseindeproject van de rusthuisbewoners. Als zij zelf hadden aangegeven dat zij bij ziekte niet meer verder behandeld wilden worden, dan moest dat gerespecteerd worden.
35,8 procent van de Brusselse rusthuisbewoners die tot 21 juni aan het coronavirus overleden, is in het ziekenhuis gestorven. In Vlaanderen was dat maar 13,8 procent, in Wallonië 27,7 procent.

Toch getuigde Brussels rusthuisuitbaatster Dominique Fris bij BRUZZ dat patiënten met zware Covid-19-­symptomen doorverwezen waren naar het ziekenhuis, maar direct werden teruggestuurd. Volgens het ziekenhuis waren ze niet ziek genoeg. “Op een bepaald moment lagen vijftien residenten in het rusthuis aan de beademing,” klonk het.
Dekens: Rusthuisbewoners die zuurstof nodig hadden, moesten naar het ziekenhuis, was ons standpunt van bij het begin (stilte).

Tania Dekens, leidend ambtenaar bij de Brusselse welzijnsinstelling Iriscare
© Bart Dewele | Tania Dekens: "We weten uit studies dat heel veel Brusselaars hun doktersbezoeken uitstellen, dat speelt allemaal mee op het moment dat ze in het rusthuis terechtkomen."

Eind oktober liet Marc Noppen, de CEO van het UZ Brussel, weten dat hij een akkoord had gesloten met de burgemeester van Jette om in Jetse woonzorgcentra met vrije bedden minder ernstig zieke Covidpatiënten te laten opnemen. Hoe bekijkt u dat dan?
Dekens: Dat is een initiatief van professor Noppen en de burgemeester van Jette dat niet is goedgekeurd door het kabinet-Maron, noch door Iriscare. Ik kan u dus niet zeggen hoe de financiering geregeld is. Wij hebben de vraag besproken, zowel met onze federaties, vakbonden als met het kabinet, en er is toen beslist dat wij daar niet wilden op ingaan omdat ons personeel al zwaar onder druk staat.

Een vrouw i.n een woonzorgcentrum wordt getest op het coronavirus dat de ziekte covid-19 veroorzaakt
© PhotoNews | Tania Dekens: "Wij zijn vragende partij om de algemene preventieve tests zo snel mogelijk te kunnen heropstarten, maar dat wordt pas herbekeken op 15 november."

Ondertussen hebben wij na een interministeriële conferentie een mail verstuurd aan al onze zorg­instellingen met de vraag of ze patiënten uit ziekenhuizen willen opnemen, en hoeveel personeel en zuurstof ze hebben. Dan kunnen wij zien wie een aanbod wil doen, en daar effectief de middelen voor heeft.

rusthuis bejaardentehuis woonzorgcentrum
© Saskia Vanderstichele | Tania Dekens: "Het zou nuttig zijn dat op eenzelfde site meerdere types woonvormen voor ouderen zouden bestaan."

Ziet u gevolgen van deze pandemie voor de Brusselse rusthuizen van de toekomst?
Dekens: Voor de coronacrisis stond al een herziening van alle normen gepland. Het heeft in onze ogen bijvoorbeeld nog weinig nut de opdeling te maken tussen rusthuizen en rust- en verzorgingstehuizen. Veel senioren met een zwaar zorgprofiel liggen in een gewoon rusthuisbed, met een lagere financiering dus. Wat eigenlijk ook wil zeggen dat de bewoner meer kosten moet dragen.

Daarnaast willen we verder werken aan een goed ketenaanbod rond de bejaarde, zodat die zo lang mogelijk thuis kan blijven wonen. Als dat echt niet meer lukt, kunnen ze vervolgens naar serviceflats, ‘kotwoningen’ voor ouderen of kangoeroewoningen.

Die bestaan toch al?
Dekens: Ja, maar zeer beperkt. Serviceflats worden vandaag door ons erkend, maar niet gefinancierd. Wij financieren, denk ik, twéé kangoeroewoningen en hebben één project van koten voor ouderen, het zijn allemaal nog vrij embryonale projecten.

Het zou nuttig zijn dat op eenzelfde site meerdere types woonvormen voor ouderen zouden bestaan. We moeten bekijken hoe we de bestaande gebouwen eventueel kunnen omvormen, en hoe we dat financieren. Ook kleinere leefeenheden binnen woonzorgcentra lijken me een goed idee.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Brussel, Gezondheid, Tania Dekens, Iris­care, senioren, coronavirus, woonzorgcentra, covid-19

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni