MIM wil los van Jubelparkmuseum

Het Muziekinstrumentenmuseum (MIM) vraagt meer autonomie. Nu is het museum als federale instelling aangehecht aan het Jubelparkmuseum (de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis). Daardoor kan het niet zelf beslissen over de verdeling van de dotatie en de besteding van de eigen opbrengsten.

Het MIM voelt zich benadeeld in de huidige constellatie. Het museum lokt jaarlijks ongeveer 250.000 bezoekers, maar is niet bevoegd voor de verdeling van de dotatie en de besteding van de eigen opbrengsten. Het aankoopbudget is drastisch teruggeschroefd, er zijn infrastructuurproblemen zoals waterinsijpeling in de reserve en het museum zou onderbemand zijn. Het personeel klaagt verder over inefficiëntie, tjidverlies en wederzijds onbegrip. Zo blijkt uit een enquête waarover De Standaard donderdag bericht.

Naar aanleiding van de rondvraag bij het personeel stuurden de afdelingshoofden van het MIM een klachtenbrief naar de bevoegde minister Sabine Laruelle (MR). Daarin vragen ze meer autonomie. De minister antwoordde dat ze de zaak zal onderzoeken, maar liet ook verstaan dat ze als ontslagnemend minister niet veel kan ondernemen.

Mogelijk beweegt er wat als de Koninklijke Musea voor Kunst en Geschiedenis een nieuwe directeur krijgen.