Plooien over Europees herstelfonds zijn gladgestreken

Er klinkt gemor, onder meer bij Ecolo en Défi, over de verdeling binnen België van de middelen voor het Europese relancebeleid. Brussel zou onvoldoende middelen krijgen uit het fonds. Minister-president Rudi Vervoort (PS) heeft dinsdag meer tekst en uitleg gegeven op een bijzondere ministerraad. De plooien lijken intussen gladgestreken. "De Brusselse regering zal het akkoord loyaal verdedigen op het Overlegcomité," zo klinkt het.

Maandag hebben de federale regering en de deelstaten een akkoord bereikt over de verdeling van de middelen uit het herstelfonds. Deze Europese middelen, goed voor 5,9 milard euro, moeten de economie extra zuurstof geven tijdens deze coronacrisis.

Vlaanderen krijgt met 2,255 miljard euro het grootste bedrag. Gevolgd door Wallonië (1,48 miljard euro). Daarna volgen de Franse Gemeenschap (495 miljoen euro), het Brussels Gewest (zo’n 395 miljoen euro) en de Duitstalige gemeenschap (50 miljoen euro). De federale regering houdt zelf 1,25 miljard euro.

'Meest getroffen sectoren'

Bij Ecolo klonk vanochtend gemor over het Brusselse deel. Onder meer federaal minister Zakia Khattabi en de Brusselse ministers Alain Maron en Barbara Trachte vinden het bedrag van 395 miljoen euro onvoldoende.

Staatssecretaris voor Duurzame ontwikkeling Barbara Trachte (Ecolo) merkt op dat juist Brussel, met een aanzienlijke horeca- en culturele sector, extra getroffen is door corona. "Brussel is de motor van het land en concentreert sectoren die het meest getroffen zijn door de crisis. We willen uitleg,” zegt Trachte.

Ook Défi (in de meerderheid in Brussel) vindt dat Brussel te weinig krijgt uit het Europees herstelfonds.

Maron heeft aan minister-president Rudi Vervoort (PS) gevraagd om een bijzondere ministerraad samen te roepen. Die kwam deze middag samen.

Vervoort liet zich deze ochtend echter al ontvallen dat het akkoord met de deelstaten niet meer ter discussie staat. “Iedereen had gehoopt om meer te krijgen,” aldus Vervoort aan RTBF.

Intussen is de ministerraad afgelopen. De plooien lijken gladgestreken.

"Vanuit federale loyauteit, zal de Brusselse Regering in het overlegcomité instemmen met de voorgestelde verdeling en wenst dat de uitbouw van het Belgisch relanceplan dat in april aan Europa wordt voorgelegd, kan verdergaan met concrete projecten waarvan de Brusselaars, de Belgische bevolking en de hele Europese Unie de gunstige effecten zullen ondervinden." Zo klinkt het.

De Brusselse regering rekent er verder op dat "het vervolg van de werkzaamheden forse bijkomende steun oplevert om de economie van de hoofdstad van het land te herstellen."

Winnaars en verliezers

Hebben de kritikasters gelijk? Alles hangt ervan af welk criteria je hanteert. Op het eerste zicht krijgt Vlaanderen het meest en moet Brussel het inderdaad met minder doen.

Maar een snelle berekening per inwoner geeft een ander beeld. De Duitstalige gemeenschap is het best bedeeld, met 500 euro per inwoner. Dan volgen Wallonië (406),Vlaanderen (340), Brussel (324) en de de Franse gemeenschap (110).

Maar de Franse en de Vlaamse gemeenschap zullen ook in Brussel investeren, dus met die middelen erbij komt de Brusselaar er helemaal niet zo bekaaid vanaf.

Als je niet uitgaat van de verdeling per inwoner maar van het bruto binnenlands product (bbp), dan komen Vlaanderen en Brussel er wel bekaaid van af. Vlaanderen had gehoopt op 60 procent van de middelen, goed voor 3,5 miljard euro, en moet het dus met een pak minder stellen. Brussel had gerekend op zo’n 500 miljoen euro, en zal dus wellicht ook op zoek moeten naar extra geld.