Sint-Gillis en Sint-Agatha willen stortbui van 4 juni laten erkennen als natuurramp

De zware regenval van vrijdag 4 juni zetten heel wat kelders onder water in verschillende Brusselse gemeenten, met schade tot gevolg. Minstens twee burgemeesters vragen nu dat het Gewest de stortbui erkent als natuurramp, waardoor er een vergoeding voor de getroffenen mogelijk is.

De zware regenval die volgde op de storm van 4 juni vorig jaar veroorzaakte veel schade, vooral in de gemeenten in het noordwesten en het centrum van de hoofdstad. In Sint-Agatha-Berchem werden tussen de dertig en vijftig huishoudens getroffen. "Dat is een minimumschatting", legt burgemeester Christian Lamouline (CDH) uit aan La Dernière Heure.

De lokale besturen hebben contact opgenomen met Leefmilieu Brussel. "Volgens de informatie die we van hen hebben gekregen, zijn de drempels die normaal gesproken worden gehanteerd om een ​​calamiteit aan te kondigen overschreden." Vivaqua van haar kant schat dat de regens die Berchem treffen, ergens tussen regens in die elke vijf jaar vallen, en regens die elke honderd jaar vallen.

Met regen die in sommige gebieden vijf keer het afvoerdebiet overschreden heeft, is het niet verwonderlijk dat ze zijn overstroomd. "De stormbassins waren 100 procent vol. Ze werkten, maar het was niet genoeg."

Brief

Daarom heeft burgemeester Christian Lamouline bij het Gewest een verzoek ingediend om de overstromingen van 4 juni als een natuurramp te laten erkennen. "Gezien het uitzonderlijke karakter van de regen, zou een dergelijke erkenning de inwoners in staat stellen een vergoeding te krijgen. Ik heb de brief donderdag gestuurd nadat ik deze aan mijn collega's op de conferentie van burgemeesters had voorgelegd. Verschillende van hen toonden hun interesse. "

Charles Picqué (PS), burgemeester van Sint-Gillis, waarvan sommige gebieden zwaar zijn getroffen door de overstromingen, zei ook dat hij een verzoek in deze richting heeft ingediend.