Brussels Minister-president Charles Picqué heeft dinsdag een lunch-ontmoeting gehad met de Vlaamse werkgeversorganisatie Voka. Onlangs waren de twee nog in aanvaring gekomen over een visienota van Voka over Brussel. Daarin werd gepleit voor “meer Vlaanderen in Brussel”.

Beide partijen kregen tijdens een lunch-ontmoeting in Diegem de kans elkaar te vertellen wat er echt op hun lever ligt én hoe ze de toekomst zien. Want er waren eerder al harde woorden gevallen.

"Voka, die zich als werkgeversorganisatie meer zou moeten bekommeren om de economische ontwikkeling dan om het communautaire beleid, verdedigde duidelijk zijn utilitaristische visie op Brussel," zei Picqué na de publicatie van de Voka-nota. "Vlaanderen wil er zijn positie verstevigen om louter de eigen belangen beter te kunnen dienen. "

Tijdens de ontmoeting werden de standpunten uitgeklaard, maar die blijven ver uit elkaar liggen. "Ik ben niet gekomen om rekeningen te vereffenen," zei Picqué na de ontmoeting. "Maar ik denk dat het hoog tijd was om de eerdere uitlatingen van Voka te veroordelen."

Jo Libeer, gedelegeerd bestuurder van Voka, was achteraf "geschrokken" door de uitlatingen van de minister-president. "Maar we zijn allemaal grote jongens," zei hij. "Als we geen meningsverschil meer kunnen hebben, dan leven we in een fin-de-régime-tijd.

Dinsdag werd er vooral gepraat over een toekomstvisie op de ontwikkeling van Brussel als metropool. "We gaan naar een wereld van metropolen," zegt Libeers. "Brussel is onze belangrijkste metropool. De vraag is hoe we met Brussel kunnen samenwerken om een zo belangrijk mogelijke rol te spelen op wereldniveau."

Picqué pleitte voor een doorgedreven samenwerking, "maar wel op een schaal die de negentien gemeenten overstijgt".

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Politiek, Economie

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni