3 vrouwen na de aanslagen: 'We hebben dit zelf gecreëerd’

Mathias Declercq
© BRUZZ
14/03/2017

Kristin Verellen verloor haar man Johan Van Steen bij de aanslag in het metrostation Maalbeek. Een jaar later is ze, samen met twee gelijkgezinden, de drijvende kracht achter de vele Cirkels die over het hele land getroffenen bijeenbrengen. Haar pleidooi is er een van verbondenheid en introspectie. “Hoe kunnen wij ooit standhouden als we niet zelf weer in contact komen met elkaar en onze eigen idealen?”

"Het was mijn verjaardag die dag. Ik had mij voorgenomen om het rustig aan te doen en wat langer in bed te blijven. Johan is nog even bij mij komen liggen om mij een gelukkige verjaardag te wensen. Hij heeft mij toen ook bedankt voor al die jaren dat ik al bij hem was. Op dat moment besef je het ware gewicht van die woorden natuurlijk nog niet.”

Haar man Johan vertrekt daarna naar de FOD Mobiliteit in Brussel, waar hij werkt. “Toen ik opstond, sijpelde net het nieuws binnen van de aanslag in Zaventem. Ik heb Johan toen meteen gebeld en ook aan de lijn gekregen. De verbinding werd even later verbroken, daarna kreeg ik hem niet meer te pakken.” Wat volgt, is een helse zoektocht naar meer informatie. Ondertussen lopen de verjaardagswensen binnen, maar de teneur slaat al snel om.

“Op zijn werk kreeg ik te horen dat hij niet was aangekomen. Op de hulplijn van de overheid kon je alleen een boodschap inspreken. We hebben een hele dag als gekken naar alle ziekenhuizen gebeld, maar nergens kwam nieuws van Johan.” Tot in het midden van de nacht opeens twee politieagenten aan de deur staan. Maar nieuws brengen ze niet: Johan staat niet op de lijst van doden of gewonden.

Kristin hoopt dat Johan nog ergens in een ziekenhuis ligt. “Er stond de hele tijd een koffer klaar met zijn favoriete muziek, zodat ik hem eventueel zou kunnen terughalen als hij in een coma zou liggen.” Uiteindelijk zal het drie volledige dagen duren tot Kristin bevestiging krijgt: Johan is bij de dodelijke slachtoffers van de aanslag op de metro van Maalbeek.

Hoe kijkt u nu, een jaar later, terug op die bewuste dagen?
"Op zo’n moment leef je in een andere dimensie. Je mag dat gerust letterlijk nemen. Johan en ik hebben dertig jaar lang alles gedeeld. We hadden zoveel passies die we samen beoefenden. We hebben natuurlijk allemaal onze eigen identiteit, maar in zo’n innige relatie vorm je ook een gezamenlijke identiteit, als koppel. Wanneer de helft van die identiteit wordt afgescheurd, verlies je een deel van jezelf. Op dat moment heb je meer dan ooit nood aan een verbondenheid met andere mensen. Ik werd onmiddellijk omringd door mijn dierbaren. Een vriendin van me is zelfs twee maanden bij mij blijven wonen, zodat het dagelijkse leven kon verdergaan.

Maar ik merkte zelf dat het bijzonder moeilijk was voor anderen om het woord naar mij te richten. Uit respect, uit angst voor de stroom van verdriet die er zou kunnen uitkomen, uit angst om me nog meer pijn te doen. Toen heb ik pas beseft in wat voor een eenzaamheid iemand kan terechtkomen die getroffen wordt door zo’n tragedie."

Met dat besef bent u bijna onmiddellijk aan de slag gegaan. Met de Cirkels probeert u rechtstreekse maar ook onrechtstreekse slachtoffers bijeen te brengen.
"De Cirkels zijn bijna meteen na de dood van Johan op een heel organische manier ontstaan. Eerst noemden we het waken: een uurtje voor het slapengaan ging ik met mijn vrienden en familie in cirkels zitten. Gewoon, om even tot zinnen te komen, wat innerlijke rust te vinden, zodat ik toch zou kunnen slapen ‘s nachts. Maar ik zag dat het ook voor mijn vrienden en familie een moment van bezinning betekende op een moment dat we in het oog van de storm zaten.

Na een tijdje kwamen er ook mensen die minder rechtstreeks betrokken waren bij de aanslagen onze Cirkels vervoegen, toen nog steeds bij mij thuis. Op het einde van die Cirkels overheerste een gevoel van lichtheid, zelfs vreugde. Er werd gelachen. Op de afscheidsdienst van Johan waren er enorm veel mensen die ons vroegen waarom we de Cirkels niet zouden voortzetten, omdat er heel veel betrokkenen zijn. Niet alleen directe slachtoffers en nabestaanden, maar ook mensen die bijvoorbeeld een paar wagons verder zaten, hulpverleners of zelfs mensen die net onderweg waren naar de luchthaven op die bewuste dag."

Ondertussen hebben in het voorbije jaar zo’n vierhonderd mensen de weg gevonden naar een van de dertig Cirkels die je organiseerde. Waar komt die nood aan engagement vandaan?
(Denkt lang na) "Eerlijk: ik had niet het gevoel dat ik een andere keuze had. Ik kon het gewoon niet aanvaarden dat zo’n afgrijselijke gebeurtenis geen enkele vorm van ‘zin’ meekrijgt. Ik wou zin geven aan dat zinloos geweld. Noem het de kracht van de liefde, want ik voel het ook aan als een eerbetoon aan Johan. Zijn leven is zo abrupt afgebroken. Hij had zoveel passies, waarvan een belangrijke fotografie was. Hij stond net op het punt om naar buiten te komen als professioneel fotograaf.

Licht en schaduw, dat was de rode draad in zijn passie voor muziek, fotografie, poëzie en literatuur. Hij was helemaal niet bang voor het sterfelijke van de natuur. Sterfelijkheid geeft net het leven zijn glans en schoonheid. Ik voel me zelf nog steeds verbonden met hem in de dingen die ik nu doe."

U sprak in het kader van de Cirkels het voorbije jaar met heel veel slachtoffers. Wat zijn de voornaamste dingen waar al die mensen mee worstelen?
(gedecideerd): "Er is één fundamenteel probleem, dat overal terugkomt. Namelijk dat de getroffen mensen niet, of véél te laat, de nodige aandacht hebben gekregen en niet het gevoel hebben serieus genomen te worden. Men heeft veel te laat beseft hoe ernstig de gevolgen zijn voor de rechtstreeks getroffenen, maar ook voor mensen die indirect met de aanslagen te maken hebben gekregen. De administratieve rompslomp en de financiële situatie van de slachtoffers zijn ondertussen bekend. Maar men is vooral vergeten voorbij de eerste medische nood te kijken om zo psychische en emotionele hulp te kunnen bieden.

Nu pas, enkele weken geleden, heeft de eerste minister – en chapeau dat hij het nog gedaan heeft - zijn excuses aangeboden. Hij heeft gezegd: “Sorry dat we het niet hebben kunnen voorkomen, ook al wisten we dat er een groot risico was.” Dat signaal doet veel, ook al komt het zeer laat.

De regering is er niet in geslaagd om de slachtoffers op te vangen. Meer nog dan een aanspreekpunt, moest er een platform zijn, dat slachtoffers zelf benadert, niet omgekeerd. Als gevolg daarvan zijn er heel veel slachtoffers die geen hulp meer kunnen of willen aanvaarden. Dat merk ik zelf nog elke dag: mensen die niet meer buiten durven te komen, die zelfs nog niet opnieuw naar muziek kunnen luisteren. Mensen voor wie de drempel om zelf naar een psychotherapeut te stappen te groot is, die niet wisten hoe er aan te beginnen. Dat had allemaal voorkomen kunnen worden."

De politiek is tekortgeschoten. Maar hoe vindt u dat wij het als samenleving hebben gedaan?
"Hoe we met elkaar omgaan op moeilijke momenten, dat is cruciaal. Als we er niet in slagen om ons gevoel van menselijke verbondenheid terug te vinden en dat als allerbelangrijkste te beschouwen, dan zijn we een heel makkelijk slachtoffer voor mensen die ons willen treffen. Zij zijn namelijk wél in staat om voor een hoger doel te strijden, zelfs te doden. Verbondenheid is het enige antwoord op terreur. Doen we dat niet, dan slagen de terroristen in hun opzet om ons te fragmenteren, ons te ontmenselijken en ons tot objecten te maken.

We moeten contact maken met onze eigen menselijkheid, maar ook de menselijkheid zien in de andere partij. Erkennen dat we allemaal schuldig zijn aan deze omstandigheden, dat we dit samen hebben gecreëerd. Zij-wij, dader-slachtoffer, schuldig-onschuldig: als we in die dynamiek blijven steken, raken we er niet uit."

> We Have The Choice: ‘Kiezen voor liefde en verbondenheid’

Kristin Verellen staat niet alleen in haar queeste van menselijke verbondenheid en ondersteuning voor de slachtoffers. Voor haar organisatie We Have The Choice kon Verellen van in het begin rekenen op Stien Michiels, net zoals Verellen een zelfstandige consultant op het vlak van coaching en veranderingsprocessen. Even later voegde ook Fatima Zibouh, de Molenbeekse opiniemaakster en onderzoekster aan de Universiteit van Luik, zich bij hen. Samen met een groep gelijkgestemden willen ze de organisatie uitbouwen en van een toekomst verzekeren.

“Na de aanslag ben ik niet meer van Kristin haar zijde geweken,” vertelt Michiels, die zelf in Schaarbeek woont. “Ik moest er wel een rol in opnemen, ik had het niet niet kunnen doen. Er is een hechte groep van vrienden uit ontstaan, maar bovenal een team van professionele vrijwilligers die weten hoe ze Cirkels moeten begeleiden.”

Aanwezig bij een van die Cirkels was ook Fatima Zibouh. “Aanvankelijk twijfelde ik erg hard of ik het woord wel zou nemen. Maar toen ik het deed, merkte ik dat ik dan pas, na al die maanden, voor het eerst luidop over mijn gevoelens kon spreken. Ik besefte dat we daar anders nooit de tijd voor nemen. Ik voelde me enorm verbonden met de andere aanwezigen, die ook gewoon samen vooruit willen.”

Gevaar van onverschilligheid
Zibouh en Michiels zien verschillende reacties van de samenleving op de aanslagen. “Eerst en vooral heeft een serieuze veiligheidsreflex zich van ons meester gemaakt,” analyseert Zibouh. “Veel mensen hebben zich naar binnen gesloten, en willen bijvoorbeeld niet meer naar Brussel komen. Maar ik heb zelf ook dichte kennissen die verhuisd zijn uit Brussel na de aanslagen.”

Michiels ziet ook een vorm van ontkenning. “Mensen weten wel dat het gebeurd is, maar daar stopt het vaak bij. Ze steken het in een kastje en doen dat op slot. Dingen benoemen is de pijn weer oprakelen, dat willen veel mensen niet. Maar het gevaar is dat dat uitmondt in gewenning en onverschilligheid. Terwijl het een illusie is om je immuun te maken voor zulke gebeurtenissen, je verhardt er alleen maar door. Je openstellen is moeilijker, dat geef ik zeker toe, maar alleen zo kunnen er dingen op een positieve manier veranderen.”

Daarom wil We Have The Choice inzetten op de derde reactie: kiezen voor liefde en verbondenheid. Dat is niet altijd evident, weet ook Zibouh. Als Molenbeekse moslima stond ze na de aanslagen in het oog van de storm. “Ja, dat was bijzonder moeilijk, om als moslima uit Molenbeek door het leven te gaan na de aanslagen. Maar het is tijd om het juk van stigmatisering zo snel mogelijk van ons af te werpen, zodat we ons kunnen concentreren op positieve projecten."

"We moeten voorbij onze identiteit als ‘moslim’ of ‘Molenbekenaar’ kijken om te kunnen antwoorden op dingen zoals haat en terreur. Net dat aspect van onze identiteit dat het zwaarst getroffen is, moeten we opnieuw herstellen: onze menselijke verbondenheid. We delen dezelfde hoop, dezelfde idealen voor een betere toekomst. De maatschappij zal worden wat wij er allemaal samen van maken.”

> Op www.wehavethechoice.com vind je meer info over hoe je kan bijdragen of lid worden alsook de geplande Cirkels.

Een jaar later

Op 22 maart liggen de aanslagen op de luchthaven en in metrostation Maalbeek een jaar achter ons. Hoe is de stad ondertussen veranderd? Wat maken de nabestaanden door? En wat zijn de sleutels om uit de huidige crisis te raken? Het zijn maar enkele vragen waarop we in ons dossier "Een jaar later" een antwoord proberen te geven.  Lees hier het volledige overzicht van hoe BRUZZ de aanslagen herdenkt.  

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving, Een jaar later

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni