Float Fall Rozanne Descheemaeker
© Saskia Vanderstichele

Float Fall: ‘We willen het beste van beide werelden’

Steven Van Garsse
© Brussel Deze Week
08/01/2014

2013 was een prima jaar voor Float Fall. De groep heeft met Someday een stevige hit beet, speelde full house op Pukkelpop en was te gast op een festival in New York. En dan heeft Float Fall nog geeneens een plaat uitgebracht.

F loat Fall stond in oktober 2012 in het voorprogramma van de Brusselse groep Tommigun in de Rotonde van de Botanique, bij uitstek het gezelligste concertzaaltje van Brussel. En zoals dat soms gaat: hoofdact Tommigun was zeker niet slecht, maar het was vooral het geluid van Float Fall dat nog dagenlang bleef nazinderen. Ook de podiumset was bijzonder: een frêle meisje achter de synths, rechts ervan een gitarist, beats door de boxen en dan haalt dat meisje plots een hoorn boven. Betoverend.

Dat meisje, weten we nu, heet Rozanne Descheemaeker. Ze is op en top Brussels. De jongen heet Ruben Lefever. Ze zijn 23 en 22 jaar en als het zo verder gaat, staan ze vandaag aan het begin van iets wat een heel mooie muziekcarrière kan worden.

Jullie staan geboekstaafd als Leuvense groep, maar jullie zijn eigenlijk Brusselser dan gedacht. Rozanne, jij bent hier opgegroeid, en Ruben, jij bent van Overijse. Waarom Leuven?
Rozanne: “Dat is zo gegroeid. We zijn in residence geweest in het Leuvense muziekcentrum Het Depot. Ruben studeert ook in Leuven, het is de stad waar onze fanbasis het grootst is en waar we al heel wat optredens hebben gedaan.”
Ruben: “In Brussel hebben we ook al opgetreden hoor: op Bruksel Live en in de AB met Humo’s Rockrally, waar we derde zijn geëindigd.”

Hoe hebben jullie elkaar leren kennen?
Ruben: “Op een muziekstage in Vaalbeek, georganiseerd door de Brusselse afdeling van Jeugd en Muziek. We speelden er als tieners onze eerste covertjes samen.”
Rozanne: “Het was een stage voor klassieke muziek. Ik was ingeschreven voor hoorn. Twee uur per week hadden we ‘rock’. Daar hebben we met andere instrumenten geëxperimenteerd en met zang. Het was de enige plek tijdens de stage waar we samen konden spelen. Want ik zat met mijn hoorn bij het orkest, en Ruben bij de kamermuziek.”
Ruben: “We zijn sinsdien goede vrienden gebleven. Drie jaar geleden zijn we dan met Float Fall gestart.”

Julie zijn allebei klassiek geschoold. Rozanne, jij hebt hoorn gestudeerd aan het conservatorium en Ruben, jij piano aan de academie. Is het evident om over te stappen naar pop?
Ruben: “Het is een natuurlijke overgang. Het is niet omdat we muziekacademie volgen dat we niet naar popmuziek luisteren. Onze geschoolde achtergrond is eigenlijk vooral een voordeel. We kunnen al eens een song analyseren. Een breed aspect aan invloeden speelt hoe dan ook in onze voordeel.”
Rozanne: “Je moet beide genres kunnen loslaten. Onze klassieke invloed mag geen rem worden. Omgekeerd moet je in de popmuziek open genoeg staan om al eens een hoorn te gebruiken in een nummer, of er wat andere akkoorden in te verwerken. We willen het beste van beide werelden combineren.”

Rozanne, jij komt helemaal uit een klassiek nest. Je vader is klarinettist bij het Ictus-ensemble. Bekijkt hij de popmuziek met enige argwaan?
Rozanne: “Neen helemaal niet, omdat de muziek van Ictus op zich al een bijzondere plaats bekleedt in de klassieke muziek (Ictus brengt hedendaagse componisten). Ook mijn vader moet opboksen tegen mensen binnen de klassieke muziek die Ictus maar niets vinden en die zeggen: ‘Wat speelt die nu weer op zijn klarinet?’ Mijn vader vindt het juist interessant dat ik deze weg bewandel.”

Spelen jullie nog klassieke muziek?
Rozanne: “Neen. Hebben we nooit gedaan. We hebben voor de Klara top honderd wel een popbewerking gemaakt van een aria van Purcell.”
Ruben: “Dat was een ongelooflijke ervaring. We kregen de kans om met de strijkers te spelen van het Brussels Philarmonic.”

Jullie zijn volop bezig aan een eerste album. Wanneer verschijnt dat?
Rozanne: “In de loop van 2014. We zijn nu nummers aan het uitproberen, maar we zijn nog niet echt toe aan opnames.”

Someday, jullie hit, is een uitstekend nummer, maar het werd ook stevig geproduced. Kregen jullie daar hulp voor?
Ruben: “Ja. Producer Justin Gerrish (die eerder samenwerkte met Vampire Weekend en The Strokes, SVG) is er speciaal een week voor uit New York naar hier gekomen.”
Rozanne: “We maken onze demootjes eerst zelf, voor we ermee naar de producer stappen. Het schrijven van de nummers gebeurt ook vrij organisch, zowel wat tekst als wat muziek betreft. Op het einde van de rit is niet meer duidelijk van wie welke inbreng juist is.”

Jullie staan met twee op het podium. Hadden jullie er geen drummer en bassist bij gewild?
Ruben: “Je zou kunnen zeggen dat een tweemansband een beperking is, maar dat is in ons geval zeker niet zo. Rozanne en ik hebben zowel op als naast het podium een heel goede muzikale chemie. Die zou onder druk komen te staan als we er een derde persoon bij betrekken.”
Rozanne: “Om diezelfde reden zien we het ook niet zitten om met een sessiemuzikant te werken.”

Jullie speelden op Pukkelpop in een eivolle tent. Hoe was dat?
Rozanne: “Dat is als een droom hé. Je weet dat al die mensen voor jou komen. Het optreden zat ook helemaal goed.”

Een keerzijde van het succes is dat er druk komt. De fans verwachten nu een steengoede debuutplaat.
Ruben: “Ze mogen dat verwachten. Maar we laten ons niet ophaasten. We willen onze tijd nemen zodat de plaat er echt staat. Onze fans hebben gelukkig geduld, denk ik. Someday is ook nooit uitgebracht als teaser voor onze eerste plaat. Het nummer staat op zich. Het is in maart uitgebracht en we praten er nog over.”
Rozanne: “Wat mij soms angst inboezemt is dat de mensen een tweede Someday verwachten. Terwijl wij nog meer in onze mars hebben.”

Jullie hebben enkele shows gedaan in New York. Hoe kwamen jullie daar terecht?
Rozanne: “We zijn gevraagd door een festival. Ons nummer is erg veel beluisterd in de Verenigde Staten, via Soundcloud. Dat is het grote voordeel van het internet.”

Maar tegelijk zorgt het internet ook voor een enorm aanbod en moeten muziekgroepen meer dan vroeger hun best doen om boven het maaiveld uit te steken. Wie dat goed begrepen heeft is, denk ik, Stromae, die naast goede nummers, ook een duidelijke strategie heeft om zijn product in de markt te zetten. Akkoord?
Rozanne: “Ik weet niet of het iets voor ons is, maar wat Stromae doet, zit slim in elkaar. Er moeten maanden voorbereiding aan vooraf zijn gegaan. Het is eigen aan onze tijd dat je naast de muziek ook veel tijd moet spenderen aan alles errond.”
Ruben: “Ik vind dat niet per se een nadeel. Stromae doet dat ook op een heel creatieve manier. Zoals hij als een pop werd binnengedragen om zijn prijs te komen ophalen in Cannes. Prachtig is dat.”

Rozanne, jij bent in Brussel opgegroeid. Hoe was dat?
Rozanne: Ik heb altijd in Koekelberg gewoond, liep er ook school, soms ging ik erheen met de fiets. Natuurlijk is in Brussel wonen anders dan in een dorp in Vlaanderen, maar het heeft zijn charmes en je bent het snel gewoon.”

Nieuwjaarsinterviews 2014

Naar goede gewoonte zet stadskrant Brussel Deze Week het nieuwe jaar in met een reeks interviews. Schoven mee aan tafel voor een gesprek:  . Roma-expert Koen Geurts, europarlementslid Philippe Lamberts, Rozanne Descheemaeker en Ruben Lefever van Float Fall, Nasci-directeur Nicky Budts, Véronique Aelbrecht van vishandel Noordzee en galeriehouder Xavier Hufkens.

Fijn dat je wil reageren. Wie reageert, gaat akkoord met onze huisregels. Hoe reageren via Disqus? Een woordje uitleg.

Lees meer over: Samenleving, Nieuwjaarsinterviews 2014

Iets gezien in de stad? Meld het aan onze redactie

Site by wieni